Home>>read Stoner free online

Stoner(9)

By:John Williams


Ten slotte bewoog zijn vader in zijn stoel. Stoner keek op. Zijn beide ouders staarden hem aan. Hij schreeuwde het bijna uit.

‘Ik weet het niet,’ zei zijn vader. Zijn stem klonk schor en vermoeid. ‘Ik had niet gedacht dat het zo zou lopen. Ik dacht dat ik er goed aan had gedaan om je hierheen te sturen. Je moeder en ik hebben altijd ons uiterste best voor je gedaan.’

‘Dat weet ik,’ zei Stoner. Hij was niet langer in staat hen aan te kijken. ‘Redden jullie je wel? Ik zou deze zomer een poosje kunnen terugkeren en helpen. Ik zou...’

‘Als jij vindt dat je hier moet blijven en je boeken moet bestuderen, dan moet je dat doen. Je moeder en ik redden ons wel.’

Zijn moeder keek hem aan, maar zag hem niet. Ze had haar ogen dichtgeknepen. Ze ademde zwaar; haar gezicht vertrok alsof ze pijn had en haar tot vuisten samengeknepen handen waren tegen haar wangen gedrukt. Verbaasd besefte Stoner dat ze huilde, in zichzelf en zwijgend, beschaamd en verlegen als iemand die zelden huilt. Hij bleef haar nog even aankijken; toen hees hij zich moeizaam overeind en liep de woonkamer uit. Hij begaf zich naar de smalle trap die naar zijn zolderkamer leidde. In bed bleef hij lang wakker liggen en staarde met open ogen naar de duisternis boven hem.





II





Twee weken nadat Stoner zijn bachelordiploma had ontvangen, werd aartshertog Frans Ferdinand in Sarajevo door een Servische nationalist vermoord. En nog voor het begin van de herfst was het overal in Europa oorlog. Onder oudere studenten was het een onderwerp van blijvende belangstelling. Ze vroegen zich af welke rol Amerika uiteindelijk zou spelen en ze verkeerden in prettige onzekerheid over hun eigen toekomst.

Maar voor William Stoner lag de toekomst er stralend en onveranderd bij. Hij beschouwde die niet als een opeenvolging van gebeurtenissen, veranderingen en mogelijkheden, maar als een panorama dat gereedlag om door hem onderzocht te worden. Hij beschouwde die als de grote universiteitsbibliotheek, waaraan nieuwe vleugels konden worden bijgebouwd, waarin nieuwe boeken konden worden geplaatst en waaruit oude boeken konden worden verwijderd, terwijl het werkelijke karakter ervan in wezen onveranderd zou blijven. Hij zag de toekomst in het instituut waaraan hij zich had toevertrouwd en waarover hij zo weinig wist. Hij begreep dat hij in die toekomst zou veranderen, maar hij zag de toekomst zelf als het instrument van verandering en niet als het doel ervan.

Tegen het eind van die zomer, vlak voor het begin van het najaarssemester, bezocht hij zijn ouders. Hij was van plan geweest met de zomeroogst te helpen, maar zijn vader had een zwarte boerenknecht in dienst genomen, die met een stille, heftige intensiteit werkte en in zijn eentje op een dag bijna evenveel werk verzette als William en zijn vader ooit in dezelfde tijd samen hadden gedaan. Zijn ouders waren blij hem te zien en leken hem zijn beslissing niet kwalijk te nemen. Maar hij merkte dat hij hun niets te vertellen had. Nu al, besefte hij, begonnen zijn ouders en hij vreemden voor elkaar te worden, en met het verlies voelde hij zijn liefde toenemen. Een week eerder dan gepland keerde hij terug naar Columbia.

Hij begon zich eraan te storen dat hij tijd aan het werk op de boerderij van Foote moest besteden. Omdat hij laat aan zijn studie was begonnen, voelde hij de noodzaak om te studeren. Soms, ondergedoken in zijn boeken, werd hem duidelijk hoeveel hij nog niet wist, hoeveel hij nog niet gelezen had, en het was gedaan met de sereniteit waarmee hij had gewerkt toen tot hem doordrong hoeveel tijd hij in zijn leven nog had om dat allemaal te lezen, te leren wat hij moest leren.

Hij doorliep de laatste onderdelen van het curriculum voor zijn masterdiploma in het voorjaar en besteedde de zomer aan het voltooien van zijn scriptie, een onderzoek naar ritme, klemtoon en intonatie van een van Chaucers Canterbury Tales. Voor het einde van de zomer vertelden de Footes hem dat ze hem op de boerderij niet langer konden gebruiken.

Hij had zijn ontslag zien aankomen en in zekere zin verwelkomde hij het, maar toen het gebeurde, werd hij heel even door paniek overvallen. Het was alsof de laatste band tussen hem en zijn oude leven werd doorgesneden. De laatste weken van de zomer bracht hij door op de boerderij van zijn vader, waar hij de puntjes op de i zette van zijn scriptie. Tegen die tijd had Archer Sloane geregeld dat hij twee colleges Engels voor beginners kon geven aan eerstejaars immigranten; ondertussen kon hij aan zijn dissertatie beginnen. Hiervoor ontving hij vierhonderd dollar per jaar. Hij haalde zijn bezittingen van de kleine zolderkamer van de Footes, waar hij vijf jaar had gewoond, en betrok een nog kleinere kamer in de buurt van de universiteit.

Hoewel hij alleen maar de grondbeginselen van de grammatica en de schrijfkunst aan een groep niet-geselecteerde eerstejaars hoefde te doceren, had hij er veel zin in en leek het hem belangrijk werk. In de week voor aanvang van het najaarssemester maakte hij een planning voor het college en zag hij de mogelijkheden die iemand ziet die met de materie en omstandigheden van een taak worstelt. Hij voelde de logica van de grammatica, en hij meende te begrijpen hoe die zich vanuit zichzelf verspreidde, de taal doordrong en het denken van de mens ondersteunde. In de eenvoudige steloefeningen die hij voor zijn studenten maakte, zag hij de mogelijkheden van het proza en de schoonheid ervan, en hij verheugde zich erop zijn studenten te vermaken met het gevoel dat hij erbij had.