Ze wilde, zei ze, iets aan zichzelf veranderen. Al te lang was ze geweest wie ze was. Ze sprak over haar jeugd, over haar huwelijk. En hoewel ze vaag en onzeker deed over de oorsprong, richtte ze zich op een beeld waaraan ze wilde voldoen. En gedurende bijna de hele periode van twee maanden die ze bij haar moeder in St. Louis verbleef, wijdde ze zich aan de uitvoering ervan.
Ze vroeg geld te leen van haar moeder, die er een onbezonnen gift van maakte. Ze kocht er een nieuwe garderobe van, verbrandde alle kleren die ze vanuit Columbia had meegenomen. Ze liet haar haar kort knippen, naar de mode van die tijd. Ze kocht cosmetica en parfums, en oefende op haar kamer dagelijks in het gebruik ervan. Ze leerde roken en ontwikkelde een nieuwe manier van praten: afstandelijk, vagelijk Engels, en enigszins schel. Ze keerde terug naar Columbia toen ze haar uiterlijke verandering goed onder controle had, en in het geheim droeg ze een andere potentiële verandering met zich mee.
Gedurende de eerste maanden na haar terugkeer uit Columbia stroomde ze over van activiteit. Het leek niet langer nodig te doen alsof ze ziek of zwak was. Ze sloot zich aan bij een kleine theatergroep en wijdde zich aan de taken die ze kreeg toegewezen. Ze ontwierp en schilderde decors, zamelde geld in voor de groep, en had zelfs enkele kleine rolletjes in de producties. Als Stoner ’s middags thuiskwam, zat de woonkamer vol met haar vrienden – vreemdelingen die hem als een indringer beschouwden – die hij beleefd toeknikte voordat hij zich in zijn studeerkamer terugtrok, waar hij achter zijn muren hun stemmen kon horen, gedempt en hoogdravend.
Edith schafte een tweedehands piano aan en liet hem in de woonkamer plaatsen, tegen de muur die deze van Williams studeerkamer scheidde. Kort voordat ze trouwde, was ze met muziekles gestopt, en nu begon ze bijna van voren af aan, oefende toonladders, worstelde zich door oefeningen die te moeilijk voor haar waren, speelde soms twee of drie uur per dag, vaak ’s avonds, nadat Grace naar bed was gebracht.
De groepen studenten die Stoner in zijn studeerkamer uitnodigde, werden groter en de bijeenkomsten vonden vaker plaats. En Edith stemde er niet langer mee in boven te blijven, weg van de bijeenkomsten. Ze stond erop thee en koffie te serveren, en als ze dat deed, ging ze in de kamer zitten. Ze sprak luid en opgewekt, slaagde erin het gesprek op haar werk in het kleine theater te brengen, of op haar muziek, of op haar schilderen en beeldhouwen, dat ze, zo kondigde ze aan, zodra ze er tijd voor had weer wilde oppakken. Verward en in verlegenheid gebracht, kwamen er langzamerhand steeds minder studenten, en Stoner ging ertoe over hen in de kantine van de universiteit te treffen, of in een van de kleine cafés rond de campus.
Hij sprak niet met Edith over haar nieuwe gedrag. Hij stoorde zich nauwelijks aan haar activiteiten, en ze scheen gelukkig te zijn, misschien een tikje wanhopig. Hij was, uiteindelijk, zelf verantwoordelijk voor de nieuwe wending die haar leven had genomen. In hun leven samen, in hun huwelijk, was hij niet in staat geweest enige betekenis aan haar leven te geven. Dus had ze gelijk dat ze op zoek naar betekenis in een omgeving belandde die niets met hem had uit te staan en wegen bewandelde die hij niet kon volgen.
Gesterkt door zijn recente succes als docent en door zijn toenemende populariteit onder de betere masterstudenten, begon hij in de zomer van 1930 aan een nieuw boek. Hij besteedde nu bijna al zijn vrije tijd aan zijn onderzoek. Edith en hij hielden de schijn op dezelfde slaapkamer te delen, maar kwamen zelden in die kamer, nooit ’s nachts. Hij sliep op de bank van zijn studeerkamer en borg zelfs zijn kleren op in een kleine kast in een hoek van zijn kamer.
Hij was in staat bij Grace te zijn. Zoals tijdens de lange afwezigheid van haar moeder de gewoonte was geworden, bracht ze een groot deel van haar tijd door in de studeerkamer van haar vader. Stoner vond zelfs een bureautje en een stoel voor haar, zodat ze een plek had om te lezen en huiswerk te doen. Ze aten vaker wel dan niet alleen. Edith was geregeld afwezig, en als ze niet weg was, had ze vaak haar theatervrienden over de vloer op kleine feestjes, waarbij de aanwezigheid van een kind niet gewenst was.
Toen, ineens, bleef Edith vaker thuis. Ze gingen weer met z’n drieën eten, en Edith ondernam zelfs een paar pogingen om voor het huis te zorgen. Het huis was stil; zelfs de piano werd niet bespeeld, zodat er een laag stof op het toetsenbord neerdaalde.
Ze waren op een punt in hun leven aangekomen dat ze zelden over zichzelf of elkaar spraken, uit vrees het wankele evenwicht van hun samenzijn te verstoren. Dus vroeg Stoner haar pas na lang aarzelen en nadenken over mogelijke gevolgen of er iets mis was.
Ze zaten aan tafel. Grace was geëxcuseerd en had in Stoners studeerkamer een boek gepakt.
‘Wat bedoel je?’ vroeg Edith.
‘Je vrienden,’ zei William. ‘Ze zijn hier al een poosje niet meer geweest, en zo te zien ben je niet meer bij je theaterwerk betrokken. Ik vroeg me gewoon af of er iets mis was.’