Home>>read Stoner free online

Stoner(37)

By:John Williams


Ze bleven tot bijna vier uur ’s ochtends praten. En hoewel ze bleven drinken, werden ze steeds stiller, totdat uiteindelijk niemand meer iets zei. Ze zaten dicht bijeen tussen de overblijfselen van het feest, alsof ze op een eiland zaten, tegen elkaar aan gekropen voor de warmte en om elkaar op te beuren. Na een poosje kwamen Gordon en Caroline Finch overeind en boden aan Lomax naar zijn appartement te brengen. Lomax gaf Stoner een hand, vroeg hem naar zijn boek en wenste hem er succes mee. Hij liep naar Edith, die rechtop op een keukenstoel zat, en pakte haar hand. Hij bedankte haar voor het feest. Toen, in een stille impuls, boog hij enigszins voorover en raakte met zijn lippen de hare. Edith bracht haar hand wat omhoog naar zijn haar en zo bleven ze even staan terwijl de anderen toekeken. Het was de meest ingetogen kus die Stoner ooit had gezien en het leek de gewoonste zaak van de wereld.

Stoner zwaaide zijn gasten bij de voordeur uit en bleef nog even dralen, en zag hoe ze de treden afdaalden en uit het licht van de veranda wegliepen. De koude buitenlucht kreeg vat op hem. Hij ademde diep in en de scherpe kou verkwikte hem. Met tegenzin sloot hij de deur en draaide zich om. De woonkamer was leeg. Edith was al naar boven gegaan. Hij knipte het licht uit en liep door de rommelige kamer richting de trap. Hij begon zich al thuis te voelen. Hij greep naar de balustrade die hij niet kon zien en liet zich naar boven geleiden. Toen hij boven aan de trap kwam, kon hij weer zien waar hij liep, want de overloop werd verlicht door de halfgeopende deur van de slaapkamer. De vloer kraakte toen hij zich over de overloop naar de slaapkamer begaf.

De kleren van Edith waren slordig op de vloer naast het bed gegooid, het beddengoed was nonchalant opzijgeworpen. Ze lag naakt en glanzend onder de lamp op het witte ongekreukte laken. Loom uitgestrekt was haar naakte lichaam ontspannen en weelderig, glimmend als bleek goud. William naderde het bed. Ze was diep in slaap, maar door een speling van het licht leek haar ietwat geopende mond geluidloze woorden van passie en liefde te vormen. Hij bleef lang naar haar staan kijken. Hij voelde enig medelijden, een aarzelende vriendschap en een vertrouwd respect. Ook voelde hij een vage bedroefdheid, want hij wist dat hij bij de aanblik die ze bood niet meer dezelfde kwellende begeerte kon voelen die hij eens had gekend, en hij wist dat haar aanwezigheid hem nooit meer zo zou raken als ooit was gebeurd. Zijn bedroefdheid nam af en hij dekte haar voorzichtig toe, deed het licht uit en stapte naast haar in bed.

De volgende ochtend was Edith moe en beroerd, en ze bleef de hele dag in haar kamer. William ruimde het huis op en verzorgde zijn dochter. Op maandag zag hij Lomax en sprak hem in de nasleep van het feest hartelijk aan. Lomax antwoordde met een ironie die op kille woede leek, en had het die dag noch later ooit nog over het feest. Het was alsof hij een animositeit had ontdekt die hem afstand deed nemen van Stoner, en waaraan hij geen einde wilde maken.



Zoals William al had gevreesd, bleek het huis al snel een bijna vernietigende financiële last. Hoewel hij zijn salaris met de nodige aandacht uitgaf, zat hij aan het eind van de maand altijd zonder geld, en elke maand sprak hij het gestaag slinkende spaargeld aan dat hij met zijn vakantiecursussen had verdiend. In het eerste jaar dat ze het huis bezaten, misten ze twee aflossingen aan de vader van Edith, en hij ontving een afstandelijke en principiële brief met tips over financiële planning.

Desondanks begon hij het bezit van een huis en comfort meer te waarderen dan hij had verwacht. Zijn studeerkamer bevond zich net als de woonkamer op de begane grond, met een hoog raam op het noorden. Overdag viel er zacht licht de kamer in en de door de ouderdom rijkgeschakeerde houten lambrisering lichtte fraai op. In de kelder, onder een beschimmelde laag puin, ontdekte hij een stapel bij de lambrisering passend hout. Hij zette het hout in de was en timmerde er boekenkasten van, zodat hij zich met zijn boeken kon omgeven. In een winkel met tweedehands meubels vond hij enkele gammele stoelen, een bank en een oud bureau, waarvoor hij een paar dollar betaalde en waaraan hij vele weken herstelwerk besteedde.

Terwijl hij met zijn kamer bezig was, en terwijl die langzaam vorm begon te krijgen, begon hij te beseffen dat hij jarenlang, zonder het zelf te weten, diep vanbinnen, als een geheim waarvoor hij zich schaamde, een beeld had weggestopt dat ogenschijnlijk een woning was, maar dat hij eigenlijk zelf was. Aldus was hij, werkend aan zijn studeerkamer, bezig met een poging zichzelf te definiëren. Terwijl hij de oude panelen voor zijn boekenkast schuurde, en het ruwe oppervlak zag verdwijnen, het grijs verweerde hout zag plaatsmaken voor het pure hout en uiteindelijk voor een rijk doorleefd generfd oppervlak – terwijl hij zijn meubels repareerde en in de kamer opstelde, was hij stap voor stap zichzelf aan het vormgeven, was hij orde in zichzelf aan het scheppen, was hij bezig zichzelf mogelijk te maken.