Home>>read Stil Bloed free online

Stil Bloed(10)

By:Toni Coppers


Ze geeuwde, nam haar gsm en drukte op een sneltoets.

‘Liese, how nice! Hoe is het?’

‘Dag tante Liz.’

Liz Anderson was 77, een welgestelde weduwe met een scherpe geest en een al even spitse humor. Ze was het enige familielid dat Simon nog had en hij aanbad haar.

‘Ik ben op weg naar Oostende.’ Liese legde de oude dame uit waarom.

‘Uitstekend, dan kun je die neef van mij een beetje in toom houden. Tussen haakjes, weet jij waar een tongpiercing voor dient?’

‘Hè? Tante Liz, je gaat toch niet…’

‘Niet voor mij, silly girl. Ik zag het in een tijdschrift bij de tandarts vanochtend. Waarom doen ze dat, denk je?’

‘Euh… geen idee. Omdat ze het mooi vinden?’

‘Mja…’ Liz was duidelijk niet tevreden met zo’n eenvoudig antwoord.

‘Ik zal de komende weken wel regelmatig in het appartement logeren’, zei Liese. ‘Ik wil gerust een bijdrage leveren, hoor. Als ik iets zou huren, moest ik ook…’

‘Don’t be vulgar. Ik ben blij dat er eindelijk eens geen omhooggevallen nitwit in logeert. Ik wil dat eigenlijk helemaal niet meer verhuren, maar ja, ik ben er zelf zo weinig.’

‘Oké, dank je.’

‘Alles goed met Simon?’

‘Ja, hoor.’

‘Zeg hem dat hij zijn oude tante eens belt, wil je?’

‘Dat doe ik.’

‘En stel je niet te veel voor van dat appartement, hé. Het huis heet wel Villa Victorine, maar dat is dan ook alles. Het is een gewoon huis, hoor. Het ligt niet aan de dijk, maar je kunt het strand vanuit de woonkamer wel zien.’

‘Ik ben er zeker van dat het heel goed zal meevallen, tante Liz’, zei Liese.

Toen ze haar telefoontje in haar handtas stopte, reed de trein het station binnen. Er waren niet zo veel passagiers die op deze maandagavond in Oostende moesten zijn. Enkele rugzaktoeristen, jong en luidruchtig, een ouder koppel dat elkaar heel stevig vasthield terwijl het van het perron naar de uitgang schuifelde, een man in pak en das die al lopend de berichten op zijn telefoon checkte. De geuren en geluiden waren dezelfde als alle andere keren dat ze hier was uitgestapt, en net als alle andere keren was er even een gevoel van onwennigheid, van verbazing: ze hoorde de meeuwen die rond de terminal cirkelden, ze rook het water dat pal achter het station lag te wachten.

Toen Liese nog klein was, namen haar ouders haar elke zomer voor twee weken mee naar een huisje in Mariakerke. De jaarlijkse vakanties van haar jeugd waren divers geweest, van de zinderende hitte in het binnenland van Griekenland tot mistige ochtenden in de Highlands van Schotland, maar de twee weken aan de Belgische kust werden, voor zover ze zich herinnerde, nooit overgeslagen. Het waren mooie vakanties geweest, ze dacht er heel af en toe aan terug als ze door oude foto’s ging en door de ansichtkaarten die ze toen spaarde. Maar zodra ze hier uit de trein stapte en het station van Oostende uit liep, tuimelden de zomerse beelden uit haar jeugd over elkaar, het ene na het andere. Liese met haar ouders op de fiets, haar vader als eerste, een en al glimlach, zij puffend en klagend achteraan, omdat ze het haatte. Het was nauwelijks enkele kilometers fietsen naar Oostende, maar haar gejammer hoorde bij het ritueel. Net als haar rode ogen als ze in het grote zoutwaterzwembad waren geweest, het enige aan de kust in die tijd, het ‘prikkewater’, zoals Liese het als kleuter noemde en zoals haar familie het haar nog jarenlang nadeed.

Vijf minuten later stond Liese voor de deur van het mooie huis in de Koninginnelaan. Simon stond breed glimlachend in de deuropening. Nog voor ze iets kon zeggen, had hij haar stevig in zijn armen genomen, en dat was alles wat ze op dat moment had kunnen wensen.

‘Het is hier ’s nachts niet echt stiller dan bij ons in Brussel’, zei Simon. ‘Alleen anders. Soms hoor je de zee, als de wind goed zit, da’s wel fijn. Maar ik heb ook al brallende dronkenlappen gehad. En de brandweer, die zit hier niet ver vandaan.’

Ze lagen in het donker. Door het raam van de slaapkamer kwam een vaal, gefilterd licht. Liese lag als een opgekrulde poes tegen hem aan en speelde afwezig met de weinige haartjes op zijn borstkas. Meteen na haar aankomst hadden ze iets gegeten en waren dan zonder al te veel inleiding naar boven gegaan, naar het brede bed dat bijna de gehele ruimte van de kamer innam. Ze hadden zacht en uitgebreid gevreeën, en Liese had vanaf het begin het initiatief genomen. Ze vond van zichzelf dat ze altijd al een gewone, gezonde belangstelling voor seks had gehad, maar sinds haar zwangerschap had ze beduidend meer zin om te vrijen dan voordien. Ze dacht er ook vaak aan, op de banaalste momenten zelfs. Het waren geen dagdromen maar eerder flitsen, levendige, heftige flitsen die haar soms naar adem deden happen, waarna ze beschaamd rondkeek in de hoop dat niemand van de mensen rondom haar iets had opgemerkt. Haar hoogtepunten waren een stuk intenser, en ook vanavond was dat zo geweest; ze had het uitgeroepen terwijl ze Simon zo stevig mogelijk vasthield, ze had, zoals steeds de laatste tijd, de raarste dingen gezien terwijl haar orgasme heel langzaam wegebde. Vanavond waren het allemaal paarse vissen geweest, een hele school, prachtige felle strepen van paars die heen en weer schoten. De vorige keer had ze allemaal witte huisjes met knalrode daken gezien, een hele stoet van identieke wit-rode huisjes die voorbijvlogen alsof ze op een snelweg zat.