‘Hoe gáát het met je?’
‘Goed.’ En dan wat bedremmeld: ‘Ik wil werken.’
‘Je boek schrijven? Eíndelijk!’
‘Ik zoek journalistiek werk...’
‘Nee! Milla! Waarom? Problemen?’
Ze weet dat ze nog niet alles kan vertellen. Daarom haalt ze alleen haar schouders op en zegt: ‘Barend heeft me niet meer nodig in huis.’
‘Milla! Geen goed idee. Je hebt de verkeerde huidskleur. Je hebt geen ervaring, je hebt geen cv, dat je cum laude bent afgestudeerd helpt je niets, niet op onze leeftijd. Je moet concurreren met hordes jonge, ambitieuze, hoogopgeleide mensen die bereid zijn om voor niets te werken. Zij kennen de digitale media, Milla, ze léven erin. En de economie! De media redden het nauwelijks! Weet je hoeveel tijdschriften ze opheffen? Banen worden bevroren, wegbezuinigd. Je had geen slechter moment kunnen kiezen. Zeg tegen Christo dat je een boetiek wil beginnen. Een espressobar. Journalistiek? Vergeet het maar!’
(9 augustus 2009. Zondag.)
Ze zit op haar nieuwe bank in de woonkamer. Voor haar op de salontafel ligt het katern met de personeelsadvertenties van The Sunday Times. Haar ogen gaan verlangend over de advertenties van de mediabedrijven die op zoek zijn naar een e-Commerce Operations Manager, een WordPress/php Developer, Web Developer en een Web Editor (ervaring met Word en diverse webbrowsers onontbeerlijk)...
De beklemming wordt nu weer sterker, de vertwijfeling, ze gaat het niet redden, ze overleeft het niet. De Vriendin had gelijk. En vrijdagmiddag heeft een uitzendbureau hetzelfde tegen haar gezegd, versluierd achter politieke correctheid en bedrijfseufemismen: ze maakt geen schijn van kans.
Ze wil het niet aanvaarden. Ze heeft eerst de tijdschriften gebeld, rechtstreeks, het ene na het andere. Haar voorkeurslijstje afgewerkt tot aan de dagbladen, Afrikaanse en Engelse. Daarna met tegenzin de plaatselijke wekelijkse roddelbladen. En ten slotte, wanhopig, de uitgevers van bedrijfsbladen geprobeerd.
Zonder succes. Steeds dezelfde boodschap: we hebben geen vacatures. Maar stuur uw cv.
Helemaal onder aan een van de binnenpagina’s ziet ze ten slotte het kleine blokje: Journalist. Vaste aanstelling in Kaapstad. Relevante ervaring een pre. Uitstekende onderzoeks- en schrijfvaardigheid vereist. Moet houden van teamwork. Academische achtergrond vereist. Marktconform salaris. Bel voor nadere informatie mevr. Nkosi. Sollicitaties voor 31- 08- ’09.
Het is dat ‘een pre’, dat haar een beetje moed geeft, zodat ze rechtop gaat zitten, de krant zo vouwt dat de advertentie duidelijk zichtbaar is, en haar kopje rooibosthee pakt.
5
(11 augustus 2009. Dinsdag.)
Om 12.55 uur duwt de bergie met zijn linkerhand een winkelkar door de Coronationstraat, langs de rij auto’s voor de moskee. Hij slingert. In zijn rechterhand heeft hij een fles, verpakt in een bruine papieren zak.
De straat is verlaten, de eigenaars van de auto’s zijn in de moskee, voor dhurh, het middaggebed.
Naast een witte Hyundai Elantra uit 1998 struikelt de bergie en valt. Hij houdt de fles omhoog, als de dood dat die zal breken. Hij blijft even verdwaasd liggen. Hij probeert op te staan, maar krijgt het niet voor elkaar. Hij schuift zijn lichaam zo dat zijn hoofd onder de auto ligt, vlak naast het achterwiel, alsof hij koelte zoekt. Dan trekt hij de fles ook onder de auto, om een slok te nemen, maar zijn handen zijn niet meer te zien. Zo ligt hij even te rommelen voordat hij langzaam weer tevoorschijn schuift.
Hij zet de fles op het asfalt, legt zijn hand op de rand van het spatbord en probeert op te staan. Het lukt niet goed, zodat hij zich weer aan de auto moet vastklampen en met grote moeite overeind komt.
Hij klopt denkbeeldig stof van zijn gehavende kleren, pakt de fles, nog steeds onvast op zijn benen, grijpt zich aan de kar vast en loopt wankelend verder.
In de computerruimte van de presidentiële inlichtingendienst zit Rajhev Rajkumar bij een computeroperator terwijl Quinn, de stafchef Operaties, naast hen staat. Alle drie kijken ze strak naar het scherm, waarop een plattegrond van Kaapstad te zien is.
Quinn kijkt snel op zijn horloge en dan weer naar het scherm.
Opeens wordt de stilte verbroken door een elektronisch piepje. Er verschijnt een kleine, rode driehoek op het scherm.
‘Inzoomen,’ zegt Rajkumar.
De operator klikt op het vergrootglasicoon en dan op het driehoekje, twee, drie keer, tot de naam van de straat duidelijk leesbaar is: Coronation.
‘Volgens mij is de bal aan het rollen,’ zegt Rajkumar.
‘Ik wacht op Terry’s rapport,’ zegt Quinn. ‘Maar so far so good.’
Quinn rapporteert rechtstreeks aan advocaat Tau Masilo, adjunct-directeur Operaties en Strategie. Aan het eind van de middag, in het kantoor van zijn chef, vertelt Quinn aan Masilo dat de gps-zender succesvol is aangebracht op de witte Hyundai Elantra van Baboo Rayan. En volgens de monitor staat de auto al meer dan een uur voor een nieuw adres. Chamberlainstraat 15, in Bo-Woodstock.