En vervolgens draaide hij zich bedaard om en liep terug naar het kampvuur. Tegen Lotter zei hij: ‘Ik wens je een goede nacht,’ hij pakte zijn staf en liep met zijn statige Rafiki-slenter naar de tenten.
En nu lig ik te luisteren en te denken aan nachtdieren en geheime levens. Aan percepties. En de verhalen die erdoor gevormd worden, zo vaak aangedikt tijdens het doorvertellen. Aan de vele lagen camouflageverf die we zo getraind en handig op onze façades aanbrengen dat de penseelstreken meestal niet te zien zijn.
Diederik Brand. De sluwe vos. De boerenbedrieger. Een ‘geval apart’ zoals Lourens le Riche en Lotter hem hebben beschreven. Toch niet de Zwarte Zwaan waarvoor ik hem aanzag. Zijn verf is grijs, de tint net licht genoeg om de goedmoedige Karoo-glimlach te ontlokken die zegt: ‘Ai ai, die Diederik.’ Ik vermoed dat hij dat beeld doelbewust heeft geschapen, zijn zonden op de grens van het toelaatbare, in het nog net veilige niemandsland van sociale acceptatie. Zo praat Emma over haar klanten en hun producten, zijn unique selling point, datgene waardoor hij boven de massa uitsteekt. Zijn verhaal.
Houdt hij het weldoenersgedeelte bewust geheim voor Loxton, de noodhulp aan Zim-boeren, het geschenk van een zending mag7-geweren omdat het zijn imago zal veranderen, hem minder interessant zal maken?
Zo eigenaardig. Wil de echte Diederik Brand alsjeblieft opstaan? Of is hij juist dat, die optelsom van tegenstrijdigheden, de man die zo tevreden bij het hek naar de rustig grazende neushoorns stond te kijken, omdat zijn geld ze gered had, zijn toedoen, zijn tussenkomst, zijn leugentjes om bestwil en valsheid in geschrifte.
En Ehrlichmann, met zijn haar en zijn armbanden en wandelstaf. Een handelsmerk, weinig subtiel, onbeschaamd, versterkt en bijgeschaafd door de wijsheden, de maniertjes, het accent, de stem, de boeiende verhalen. Ik ben van nature achterdochtig bij mensen zoals hij, verdenk ze ervan dat ze altijd iets proberen te verbergen. Of minstens in een fantasiewereld leven, beide mogelijkheden zijn even gevaarlijk in mijn beroep.
Ik geloof dat je je eigen demonen hebt. Met verschillende implicaties: dat hij de zijne heeft. Dat hij het inzicht – en de belangstelling – heeft om de mijne op te merken. Dat hij niet oordeelt. Eigenschappen die hem veel interessanter en acceptabeler maken dan het omslachtige, aangeleerde imago. Zodat ik me afvraag: waarom dan?
En het antwoord is, net als in het geval van Diederik: vanwege zijn behoefte om gezien te worden.
Emma heeft een theorie dat die behoefte de kern vormt van alle handelsmerken, de behoefte van de mens om zich te onderscheiden, om te ontsnappen uit de eenvormigheid van de massa. We willen een beeld scheppen met alles wat we kopen, een spandoek van onszelf voor de wereld omhooghouden waarop staat: dit ben ik. Voor Emma is dat een interessant, opwindend concept. Voor mij is het deprimerend omdat we niet meer worden gedefinieerd door wat we doen, maar door wat we bezitten. Het is de motor van consumentisme en oppervlakkigheid en hebzucht, de oorsprong van alle leugens en geknoei.
Dat is, denk ik, wat Vlo van Jaarsveld heeft gemotiveerd. Dat was haar oplossing voor haar hartverscheurende geschiedenis, de gekwetstheid, de vernederingen. Ik herinner me hoe we in de vrachtwagen over rijke Afrikaners zaten te praten. Ze zijn niet allemaal zo, had Vlo gezegd. Want ze wil er zo graag zelf een zijn. Ze denkt dat het haar pijn zal verzachten.
Ze was zo ongelooflijk doelgericht, zo meedogenloos in haar bedrog. Ik zie haar voor me, tijdens de olifantentelling, in haar strakke kleren, almaar bezig om kansen te zoeken, contacten te leggen. Het minachtende negeren van de nuttelozen, de warme toenadering tot de nuttigen.
Ze heeft mij en vooral Lourens zo slim om haar vinger gewonden, zo vlekkeloos gemanipuleerd met haar zinspelingen, haar toenadering. Ze moet doodsbang zijn geweest daar voor de vrachtwagen, met Inkunzi en zijn trawanten die de vrachtauto doorzochten, al haar plannen bedreigd, levens op het spel. Maar wat heeft ze zich daarna snel hersteld en aangepast.
En de diefstal van mijn Glock. Was het de stop bij de Harley-ridders die haar op het idee heeft gebracht dat ik haar zou gaan zoeken? Zodat ze ook daarvoor voorzorgsmaatregelen moest treffen?
‘Ze heeft zoveel potentie,’ heeft Ehrlichmann gezegd. Maar het is meer dan potentie. Ze heeft de hele operatie op poten gezet, gepland en uitgevoerd.
Ik vraag me alleen af wat ze zal doen als ze erachter komt dat al het geld haar wonden niet zal helen.
44
Het schieten van gevaarlijke dieren moet worden overgelaten aan ervaren wildopzichters die weten wat ze doen.
– De kunst van het spoorzoeken: Gevaarlijke dieren
We ontbijten alleen. Chipinduka, de chauffeur van de Land Rover zegt: ‘Shumba is gaan wandelen. Hij laat de groeten doen, zegt hij, tot ziens, en u bent altijd welkom.’