Home>>read Spoor free online

Spoor(136)

By:Deon Meyer


Ze volgt hem.

Aan de andere kant van de container ligt de kleine, beschutte baai. De vaargeul naar zee is nauwelijks tien meter breed, de baai zelf net groot genoeg om zo’n zes of acht kleine motorboten tegelijk te bergen. In het midden is een smalle steiger van goedkoop hout, drijvend op olievaten. Aan de andere kant een betonnen helling die langzaam uit het water omhoogkomt.

Vanaf hier gezien is de aftandse eenvoud van de club een nog grotere tegenstrijdigheid. Rechts zie je de bovenste verdiepingen van luxe appartementen bij de zeiljachthaven, links de gloed van het Waterfront. En aan de zuidkant, vijfhonderd meter achter een hoog talud aan de andere kant van de Strandweg, torent het nieuwe voetbalstadion spectaculair en onwezenlijk, een gloeiend ruimteschip dat tegen het donker van de Seinheuwel hangt.

Hij neemt alles goed in zich op. ‘Ze weten wat ze doen,’ zegt hij.

‘Hoezo?’

‘Het is bijna de volmaakte smokkelhaven: ziet eruit alsof hij binnenkort gesloopt gaat worden, niemand zal hem een blik waardig keuren als hij hier langskomt. Als je je boot hier aanlegt, ben je vrijwel onzichtbaar. Maar je hebt goed overzicht, je kunt iemand van tweehonderd meter afstand aan zien komen. En je zit vijf minuten van de N1, tien minuten van de N2, je bent vlak bij Seepunt en de stad, snel erin, snel eruit.’

‘Hoe gaan we dan...?’ Ze weet niet hoe ze de vraag af moet maken, want ze weet niet hoe je kruisraketten moet onderscheppen en in geld veranderen.

‘Het is volmaakt, maar niet helemaal. Kijk daar.’ Hij wijst naar de twee halvemaanarmen van de golfbreker van betonblokken. ‘Daar kun je je makkelijk verstoppen. Vanaf dat punt overzie je het hele gebied. Hun grote probleem is dat er maar twee uitgangen zijn, en ze zijn allebei smal: het hek naar de straat en de helling naar zee.’ Hij kijkt op zijn horloge en krijgt opeens haast. ‘We hebben nog bijna twee uur. Kom, we gaan koffie halen.’

‘Nog vier uur,’ zegt ze.

‘Nee.’ Hij loopt weg, terug naar de smalle balk.



Op tafel, tussen computers, gereedschap en apparatuur, ligt de harde schijf, onmogelijk klein, gekoppeld aan twee dunne draadjes.

‘Hij is een beetje verbogen, dus we moesten hem eerst uit z’n omhulsel halen,’ zegt Rajkumar. Hij tilt het zwarte, gedeukte metalen kastje op en laat het aan Mentz zien. ‘En toen hebben we een nieuw, aangepast omhulsel gebouwd dat meegaat met de verbuiging, want de schijf moet kunnen draaien. Het is de enige manier om snel bij de gegevens te komen. Het probleem is alleen dat de schijf beslist beschadigd is.’

‘Hoe erg?’

‘Dat weten we gewoon niet. Hangt ervan af hoe vol de schijf stond, en hoe vaak hij defragmenteerd werd... We moeten een beetje mazzel hebben.’

Mentz kijkt hem uitdrukkingloos aan.

‘Het rad van fortuin moet draaien, mevrouw. Vroeg of laat moet het rad draaien.’



Als ze bij de Mugg & Bean koffie zitten te drinken vraagt ze: ‘Waarom hebben we maar twee uur?’

‘De afspraak is om twee uur. Als ze te vroeg komen, duurt het wachten te lang en raken de mensen verveeld en ongeduldig. Worden ze onvoorzichtig. En het risico is groter; een bewakingspatrouille, de politie, een clublid dat iets vergeten is. Je stuurt een uur van tevoren een paar man, alleen om de plek te beveiligen, om ogen te hebben die uitkijken. En de rest van het team, met de vrachtwagens of bakkies of wat ze ook gebruiken, komt pas tegen kwart voor twee hier. Maar het zijn moslimextremisten, supervoorzichtig, want hun laptop is weg. Misschien sturen ze de ogen al vanaf twaalf uur. Misschien nog vroeger. We zullen zien.’

‘Hoe gaan we het doen?’

‘We gaan het geld pakken.’

‘Wat voor geld?’

‘Er is altijd geld bij zo’n transactie. Cash. Dit is een wereld waarin niemand iemand vertrouwt, je betaalt niet vooraf, je betaalt niet met een cheque, je gelooft het niet als iemand tegen je zegt dat hij het elektronisch zal overmaken. Je wilt het geld handje contantje en je wilt het tellen. De ene partij brengt iets mee, de andere inspecteert de goederen en overhandigt het geld. Altijd. En als het wapens zijn, zullen ze in dollars betalen.’

‘We zijn maar met zijn tweeën.’

‘We wachten tot de transactie is afgehandeld. We hebben geen belangstelling voor de wapens, we zoeken de mannen die weer met de boot vertrekken. Via die smalle vaargeul. Die zullen het geld bij zich hebben.’

Uit een zijvakje van zijn rugzak haalt hij een pen. Hij trekt een servet naar zich toe, en tekent erop, snelle lijnen voor de straten, de zee, de golfbreker.

‘Ik ben hier vooraan, op de punt van de golfbreker. Jij bent aan de andere kant van de Strandweg, achter het talud. Zo dekken we beide uitgangen. Dit soort dingen werkt meestal zo dat de brengers en de halers allemaal helpen met het overladen, het is in ieders belang dat het snel gebeurt, dat de goederen veilig afgeleverd worden.’