Home>>read Spoor free online

Spoor(10)

By:Deon Meyer


‘Zal dat helpen, Tau?’

‘Hoe bedoelt u?’

‘Zal het helpen om iemand in een van die huizen te zetten? Dan hebben we nog meer foto’s van hoe ze in en uit lopen, maar dat brengt ons niets nieuws. We willen weten waar ze over praten.’

‘Mevrouw, we zijn heel wat meer van plan dan alleen een camera.’

‘O?’

‘We gaan gsm-antennes oprichten, paraboolmicrofoons...’

Mentz maakt een wegwerpgebaar.

Masilo laat zich niet van zijn stuk brengen. ‘Kijk hier bijvoorbeeld, op de voormuur. Als we een van die schroeven kunnen vervangen door een elektro-akoestische microfoon...’

‘Als?’

‘U weet toch dat we eerst moeten observeren, mevrouw.’

‘Soms krijg ik het gevoel dat we maar wat spelen, Tau. Met al die technologie, met het idee van spionage. Het is allemaal zo filmisch, zo leuk en opwindend. Maar als het op resultaten aankomt, schieten we tekort.’

‘Ik protesteer...’

‘Je kunt zoveel protesteren als je wilt, maar vertel dan eens waar de resultaten zijn? We hebben Ismail Mohammed binnen gehad, we hebben geprobeerd ze af te luisteren met technologie die ik soms niet helemaal begrijp, en hier zitten we. In het duister te tasten.’

‘Niet helemaal.’

Janina Mentz grijnst en schudt haar hoofd. ‘Breng me resultaten, Tau.’

Hij glimlacht naar haar. ‘Komt voor elkaar.’

(19 augustus 2009. Woensdag.)



‘Zou je jezelf ambitieus noemen?’ vraagt de moederlijke, niet al te jonge mevrouw Nkosi.

Milla denkt na voordat ze antwoord geeft, want ze vermoedt dat het een strikvraag is. ‘Ik geloof dat je vooruitkomt in het leven als je hard werkt, als je je verantwoordelijkheden getrouw en naar beste kunnen nakomt.’

Mevrouw Nkosi zegt weer tevreden ‘aha’ en schrijft iets in haar papieren. Dan kijkt ze op. ‘Vertel eens iets over jezelf. Je achtergrond.’

Dat had Milla verwacht, ze is voorbereid. ‘Ik ben in Wellington geboren, daar ben ik opgegroeid en naar school gegaan. Mijn moeder was huisvrouw...’

‘Gezinsmanager,’ zegt mevrouw Nkosi, alsof dat het edelste beroep ter wereld is.

‘Ja,’ zegt Milla. ‘En mijn vader was zakenman, zou je kunnen zeggen...’



Operatie Shawwal

Transcriptie: afluisteren, M. Strachan. Daven Court nr. 14, Davenportstraat, Vredehoek

Datum en tijd: 7 oktober 2009. 23.09 uur

MS: Het was een stel Boeren-hippies, hij en mijn moeder. Reuze excentriek, heel anders dan de ouders van andere kinderen. Ik weet nog steeds niet of het... wat voor invloed dat op mij heeft gehad. Er was een tijd dat ik me zo voor ze schaamde... Ik bedoel, mijn moeder was... Ze liep soms bloot door het huis als we alleen waren. Mijn vader rookte af en toe een joint. In de woonkamer. Hij werkte thuis. De garage was zijn werkplaats. In het begin repareerde hij kassa’s. Toen computers... hij was... niet alleen excentriek, maar hij was ook slim. Hij las alles wat los en vast zat, wetenschap, geschiedenis, filosofie... Hij was een groot aanhanger van Bertrand Russell, en beschouwde zichzelf ook als een politieke pacifist, zijn lievelingscitaat was: ‘Het vrije intellect is de belangrijkste motor van menselijke vooruitgang...’



‘Ik trouwde het jaar dat ik cum laude mijn studie journalistiek afrondde. En werd zwanger. Toen gezinsmanager...’ Ze laat het woord met een verlegen glimlach tussen hen in hangen, omdat het mevrouw Nkosi’s woord was. ‘... zeventien jaar lang. En nu woon ik weer op mezelf. Ik moet ook zeggen dat ik officieel nog niet Strachan heet. Het is mijn meisjesnaam, maar de scheiding is er nog niet door.’

‘Goed zo,’ zegt mevrouw Nkosi. ‘Hoe lang woon je al op jezelf?’

‘O, al maanden.’ De leugen is uit nood geboren.

‘Heel goed,’ zegt mevrouw Nkosi. Milla weet niet waarom. De hele ervaring doet een beetje surrealistisch aan. Het uitzendbureau is een teleurstelling. Op de vierde verdieping van een ongezellig gebouw in de Waalstraat, de letters op de deur zijn klein en fantasieloos. perfect place­ment. arbeidsbemiddelaars. De inrichting is karakterloos, vaag deprimerend. Ze vraagt zich nog steeds af voor wat voor publicatie de vacature kan zijn. Een klein bedrijfsblad? Een nieuw huis-aan-huiskrantje in de buitenwijken?

Ze zitten ruim anderhalf uur te praten en dwalen af naar een ietwat verontschuldigende verkenning van haar achtergrond, haar persoonlijkheid, haar meningen en ideologieën, elk antwoord beloond met een ‘goed’, een gefascineerd ‘aha’ en soms een ‘prachtig’, alsof het allemaal volmaakt en precies goed is.

Eindelijk: ‘Is er iets wat je mij zou willen vragen?’

‘Ik zou graag willen weten voor wat voor publicatie de vacature is.’