‘Is dat wat je wilt?’ vroeg hij. Zijn warme adem ging vluchtig over haar gezicht.
Ze sloeg haar blik neer en bevochtigde haar lippen met haar tong. ‘Niet doen, Marc,’ hijgde ze. Haar borst ging heftig op en neer. ‘Nog niet… Ik ben er nog niet klaar voor…’
‘Waarvoor? Om te smeken?’ Tergend langzaam liet hij zijn duim hetzelfde pad over haar vochtige lippen volgen.
Als in een trance keek ze toe terwijl hij zijn tong over zijn duim liet gaan, haar smaak in zich opnemend. Deze intieme handeling maakte haar week vanbinnen. Ze voelde alle kracht uit haar benen vloeien, en haar ruggengraat leek weg te smelten tot er niets dan een warme stroperige substantie overbleef. Haar lippen tintelden van verlangen naar de zijne, naar zijn krachtige tong die haar zou opeisen, die haar zou temmen tot ze totaal aan zijn wil zou zijn overgeleverd.
‘Geeft niet,’ zei hij plots. Hij liet haar los en schoof opzij. ‘Ik kan wachten.’
Nu hij haar niet meer ondersteunde, zakte ze slapjes achterover in de bank. Geagiteerd haalde ze een hand door haar haren. Ze haatte het dat hij alleen al door zijn aanwezigheid de touwtjes zo strak in handen had, terwijl zij totaal uit haar doen was. Haar hart ging wild tekeer. Het leek alsof elk haartje op haar hoofd terugverlangde naar de streling van zijn sensuele handen. De anticipatie op zijn kus, gevolgd door de plotselinge afwijzing, waren te veel voor haar.
Ze was onaangenaam verrast dat hij na al die tijd en na alle verbittering die ze voor hem voelde, nog steeds dit effect op haar had. In zijn nabijheid veranderde ze onwillekeurig in een verlangend hoopje ellende. Ze schaamde zich voor haar eigen zwakte, wetend hoezeer hij ervan genoot haar zo te zien.
Denk aan waarvoor je het doet, praatte ze zichzelf moed in. Denk aan het geld. Denk aan Serena. Zwijgend nam ze zich voor haar hart deze keer beter in bescherming te nemen. Hij mocht met haar doen wat hij wilde en haar behandelen als de lichtzinnige vrouw die hij dacht dat ze was. Ze zou zijn maîtresse zijn, zowel in het openbaar als in zijn bed, maar ze zou hem niet toestaan nog een keer haar hart te breken…
De ijzeren hekken rond de villa zwaaiden automatisch open, en de chauffeur reed met knarsende banden het grind van de oprijlaan op. Voor de ingang van het huis hielden ze stil.
Marc hielp Ava uit de auto en begeleidde haar de trappen op naar de enorme foyer. De geur van verse rozen die Celeste eerder die avond op het marmeren tafeltje in de hal had geplaatst, vulde de lucht. Hun zoete geur gaf het statige landhuis een huiselijke sfeer.
Gedurende de laatste maanden van Douglas’ leven had Ava er alles aan gedaan om het huis zo comfortabel en rustig mogelijk te maken. Van het begin af aan had de formele sfeer in de villa haar afgeschrikt. Over de jaren heen had ze kleine aanpassingen aangebracht, die ervoor hadden gezorgd dat ze zich minder geïntimideerd had gevoeld.
Terwijl ze uit eten waren geweest, hadden de verhuismannen niet stilgezeten. Toen ze de salon binnen liep, zag ze dat daar al verscheidene kunstwerken van Marc waren opgehangen. Het voelde alsof hij zijn terrein aan het afbakenen was.
Ze verontschuldigde zich en liep naar de badkamer op de eerste verdieping. Daar aangekomen, zag ze dat hij ook de grootste slaapkamer had overgenomen. Op het bed lagen twee geopende veelgebruikte koffers en een zwarte toilettas. Zelfs de lucht was vol van zijn geur, een opwindende mix van citrusvruchten en mannelijkheid, waarvan ze kriebels in haar buik kreeg.
‘Madame?’ Celeste kwam tevoorschijn uit de inloopkast. ‘Kan ik iets voor u doen?’
‘Non, Celeste,’ zei ze, blozend omdat ze zich betrapt voelde. Dit was per slot van rekening Marcs domein. ‘Ik… Ik keek alleen even of Signor Castellano nog iets nodig heeft.’
‘Ik heb instructies gekregen om zijn koffers uit te pakken,’ zei Celeste. Ze aarzelde even voor ze verder ging. ‘Zal ik uw spullen ook hiernaartoe brengen?’
Ava sperde haar ogen wijd open. Haar hart bonkte in haar keel. ‘Heeft hij dat gevraagd?’
Celeste haalde onverschillig haar schouders op. ‘Het leek mij logisch, oui?’
Ava rechtte haar schouders. ‘Hoezo?’ vroeg ze.
‘Hij is een hele knappe man,’ antwoordde de huishoudster, alsof dat alles verklaarde.
‘Luister, Celeste,’ begon ze, zich afvragend hoe ze de situatie het beste kon uitleggen. ‘Ik wil niet dat je rare dingen over me denkt, maar –’
‘Het geeft niet, madame,’ verzekerde Celeste haar. ‘Ik ben ook ooit jong geweest. U heeft een verleden met hem, oui? Het is moeilijk weerstand te bieden aan een man die zoveel moeite doet om je weer in zijn leven te krijgen.’
Ze fronste. ‘Celeste… Ik weet niet of je het begrijpt. Marc Castellano heeft Douglas kapotgemaakt. Hij heeft hem alles afgenomen. Er is niets over voor zijn ex-vrouw en kinderen. Douglas wilde dat Adam en Lucy iets zouden erven als herinnering aan hun vader. Dat was zijn laatste wens.’