Home>>read Politie free online

Politie(91)

By:Jo Nesbo


‘Ik ben een gebruiker, geen programmeur,’ zei Katrine. ‘Maar inderdaad, het is waar. Ze hebben me uitgelegd dat de één stroom doorlaat en de nul niet.’

‘Eén betekent handeling, nul niks doen,’ zei Beate. ‘Zal wel, zal niet. Zal wel, zal niet. Eén, nul. Rij na rij.’

‘Als een margriet,’ zei Bjørn.

Ze zaten zwijgend, de ventilator van de pc was het enige dat ze hoorden.

‘De matrix sluit af met een nul,’ zei Aune. ‘Zal niet.’

‘Als hij klaar was,’ zei Beate. ‘Hij moest er bij de volgende halte uit.’

‘Het komt voor dat seriemoordenaars gewoon stoppen,’ zei Katrine. ‘Verdwijnen. Dat het nooit meer wordt herhaald.’

‘Dat komt zelden voor,’ zei Beate. ‘Nul of niet nul, wie van jullie gelooft dat onze politieslager van plan is te stoppen? Ståle?’

‘Katrine heeft gelijk, maar ik ben bang dat deze doorgaat.’

Bang, dacht Katrine, en ze wilde bijna zeggen wat ze dacht: dat zij bang was voor het tegenovergestelde, dat ze nu zo dichtbij waren dat hij zou stoppen, zou verdwijnen. Dat het het risico waard was. Dat ze bereid was nog een collega te offeren om Valentin te kunnen pakken. Het was een zieke gedachte, maar ze dacht het wel. Nog een politieleven verliezen, dat was te verteren. Zo was het feitelijk. Dat Valentin zou ontsnappen, was niet te verteren. En ze bewoog haar lippen in een stomme bezwering: ‘Nog een keer, jij verrekte duivel. Sla nog een keer toe.’

Katrines mobieltje ging. Ze zag aan het nummer dat het het forensisch laboratorium was en nam op.

‘Hoi. We hebben dat stukje kauwgum gecheckt uit die verkrachtingszaak.’

‘Ja?’ Katrine voelde haar bloed sneller rondpompen. Opgesodemieterd met al die theorietjes, hier hadden ze hard evidence.

‘We hebben helaas geen dna-materiaal gevonden.’

‘Wat?’ Het leek of er een emmer ijswater over haar hoofd werd gegooid. ‘Maar… maar het zat propvol speeksel?’

‘Helaas is dat soms zo. We kunnen het natuurlijk nog een keer onderzoeken, maar met die politiemoorden…’

Katrine verbrak de verbinding. ‘Ze hebben niets gevonden in het stukje kauwgum,’ zei ze zacht.

Bjørn en Beate knikten. Katrine meende een lichte opluchting bij Beate te bespeuren.

Er werd op de deur geklopt.

‘Ja!’ riep Beate.

Katrine staarde naar de ijzeren deur, ineens zeker dat hij het was.

Die lange, die blonde. Hij had zich bedacht. Hij was gekomen om hen te redden uit de misère.

De ijzeren deur ging open. Katrine vloekte in zichzelf. Het was Gunnar Hagen die binnenkwam. ‘Hoe gaat het?’

Beate rekte zich uit met haar handen boven haar hoofd. ‘Geen Valentin in tramlijn 11 of 12 vanmiddag en geen resultaten van de ondervragingen. We hebben vanavond mensen op de tram, maar denken dat hij eerder morgenochtend vroeg zal opduiken.’

‘Ik heb vragen gekregen van het onderzoeksteam over de inzet van politiemensen op de tram. Ze vragen zich af wat er aan de hand is, of het met de politiemoorden te maken heeft.’

‘De geruchten gaan snel,’ zei Beate.

‘Een beetje te snel,’ zei Hagen. ‘Dit zal Bellman ter ore komen.’

Katrine staarde naar het scherm. Het patroon. Dat was toch haar kracht, op die manier waren ze indertijd op het spoor gekomen van de Sneeuwman. Dus. Eén en nul. Twee cijfers in een paar. Tien misschien? Een getallenpaar dat meerdere malen herhaald wordt. Meerdere keren. Meerdere…

‘Ik zal hem daarom al vanavond inlichten over Valentin.’

‘Wat zal dat betekenen voor onze groep?’ vroeg Beate.

‘Dat Valentin opduikt in een tram is niet onze fout, we moesten wel handelen. Maar tegelijkertijd heeft de groep zijn werk gedaan. We hebben bewezen dat Valentin leeft en we hebben een hoofdverdachte geleverd. Als we hem nu niet pakken, bestaat er nog steeds de mogelijkheid dat hij in Berg opduikt. Nu nemen anderen het over, mensen.’

‘Hoe zit het met poly-ti – poly-tien?’ zei Katrine.

‘Wat zeg je?’ zei Hagen zacht.

‘Ståle zegt dat vingers schrijven waar het onderbewuste mee bezig is. Valentin schreef veel cijfers achter elkaar. Wij dachten dat het enen en nullen waren, maar het kan ook steeds het getal tien – ti – zijn. Poly betekent veel. Dus: Poly-ti. Als in politi – politie. In dat geval kan het betekenen dat hij meerdere politiemoorden plant.’

‘Waar heeft ze het over?’ vroeg Hagen aan Ståle.

Ståle Aune trok zijn schouders op. ‘We proberen die tekens te verklaren die hij op het raam van de tram heeft geschreven. Ik veronderstelde dat hij dood – dø – wilde schrijven. Maar wat als hij de cijfers één en nul mooi vindt? Het menselijk brein is een vierdimensionaal labyrint. Iedereen is er geweest, niemand kent de weg.’