Truls woonde al heel zijn leven in het oosten van de stad en had nog nooit van deze bistro gehoord. ‘En waarom zou ik dat doen?’
‘De schorsing,’ zei Mikael en hij schonk de rest van het flesje water in zijn glas. ‘Ik zal ervoor zorgen dat die wordt opgeheven.’
‘O?’ Truls keek Mikael argwanend aan.
‘Ja.’
Truls nam een slok uit zijn glas. Ging met de rug van zijn hand over zijn mond hoewel het schuim allang was ingezakt. Nam de tijd. ‘Als het zo simpel is, waarom heb je dat dan niet eerder gedaan?’
Mikael sloot zijn ogen en haalde diep adem. ‘Omdat het niet zo simpel is, maar ik zal het doen.’
‘Omdat?’
‘Omdat ik het kan vergeten als jij me niet helpt.’
Truls lachte even. ‘Wonderlijk hoe snel het tij kan keren. Of niet, Mikael?’
Mikael Bellman keek om zich heen. Er waren veel mensen, maar hij had deze plek gekozen omdat het geen restaurant was waar politiemensen naartoe gingen en hij moest niet samen met Truls worden gezien. Hij had het gevoel dat Truls dat doorhad. En wat dan nog?
‘Wat wordt het? Ik kan ook een ander vragen.’
Truls lachte hard. ‘Verdomme, dat kun je niet!’
Mikael keek opnieuw rond. Hij wilde Truls niet zeggen dat hij zachter moest praten, maar… Vroeger had Mikael kunnen voorspellen hoe Truls zou reageren, hij kon hem altijd krijgen waar hij hem hebben wilde. Maar er was iets veranderd bij Truls, er was iets donkers, iets lelijks, iets onberekenbaars over zijn jeugdvriend gekomen.
‘Ik moet een antwoord hebben. Het heeft haast.’
‘Prima,’ zei Truls en hij leegde zijn glas. ‘Die schorsing is mooi, maar ik wil nog iets.’
‘Wat dan?’
‘Een van Ulla’s gebruikte slipjes.’
Mikael staarde Truls aan. Was hij dronken? Of was die gekte in zijn vochtige ogen er de hele tijd al geweest?
Truls lachte nog harder, zette met een klap zijn bierglas op tafel. Een aantal van de juiste mensen draaide zich om.
‘Ik…’ begon Mikael. ‘Ik zal zien wat…’
‘Ik maak een grapje, idioot.’
Mikael lachte kort. ‘Ik ook. Betekent dit dat je…’
‘Wel verdomme, zijn we jeugdvrienden of niet?’
‘Natuurlijk zijn we dat. Je hebt geen idee hoe dankbaar ik je ben, Truls.’ Mikael moest zijn best doen om te lachen.
Truls stak een hand over tafel. Legde die zwaar op de schouder van Mikael.
‘Jawel, daar heb ik wel een idee van.’
Té zwaar, meende Mikael.
Er vond geen verkenning plaats, geen bestudering van de plattegrond met gangen, uitgangen en mogelijke vluchtwegen, geen belegering met surveillanceauto’s, die de wegen versperden waarop de terreinwagen van Delta reed. Terwijl ze reden, blafte Sivert Falkeid korte bevelen en de zwaarbewapende mannen achterin hielden hun mond, wat betekende dat ze het begrepen.
Het was een kwestie van tijd en het beste plan van de wereld zou nutteloos zijn als de vogel al was gevlogen.
Harry wist dat ze ook niet het op een na beste of op twee na beste plan van de wereld hadden. Hij zat helemaal achterin en luisterde.
Het eerste wat Falkeid Harry had gevraagd, was of hij dacht dat Valentin gewapend zou zijn. Harry had geantwoord dat er bij de moord op René Kalsnes een vuurwapen was gebruikt en dat hij bovendien geloofde dat Beate Lønn met een vuurwapen was bedreigd.
Hij keek naar de mannen die voor hem zaten. Politiemensen die zich vrijwillig hadden gemeld voor gewapende acties. Hij wist hoeveel extra ze kregen betaald en dat het niet te veel was. En wat hij ook wist, was dat wat de belastingbetalers van de Delta-mensen verlangden veel te veel was. Hoe vaak had hij niet gehoord dat mensen met statistieken in hun handen de Delta-eenheid hadden bekritiseerd: dat ze niet voldoende bereid waren meer risico te nemen, dat ze niet over een of ander zesde zintuig beschikten dat hun precies kon vertellen wat er achter een gesloten deur, in een gekaapt vliegtuig, in een dichtbegroeide bosrand langs het water zat, dat ze niet als een kip zonder kop ergens op af gingen. Als een Delta-man of -vrouw met gemiddeld vier gewapende acties per jaar zich zo zou gedragen, zouden ze vragen om problemen, om gedood te worden. Bovendien was sneuvelen tijdens de actie de beste manier om ervoor te zorgen dat de actie mislukte en collega’s in gevaar te brengen.
‘Er is maar één lift,’ blafte Falkeid. ‘Twee en drie nemen die. Vier, vijf en zes nemen de hoofdtrap, zeven en acht de brandtrap. Hole, jij en ik dekken het gebied buiten voor het geval hij uit een van de ramen probeert te klimmen.’
‘Ik heb geen wapen,’ zei Harry.
‘Hier,’ zei Falkeid en hij liet een Glock 17 naar achteren doorgeven.
Harry pakte hem aan, voelde het solide gewicht, voelde de balans.