Hank had wel een punt, maar ik geloofde niet dat de Commissie en Anne-Jade blind waren voor de problemen. Ze konden de situatie gewoon niet aan.
Ik vroeg wat ik doen moest, en Hank stuurde me naar de voorman. Die keek naar mijn strakke klimpak en gereedschapsriem, gaf me een stapel luchtfilters en noemde de schachten op waarin ik ze moest installeren.
Blij dat ik iets nuttigs kon doen plaatste ik de filters in de schachten. De magneten aan de randen van de filters maakten het simpel. En het mooiste was dat ik meteen de microfoons kon installeren. Minder was dat mijn nieuwe huid hevig protesteerde tegen al die inspanningen, en ook mijn spieren waren nog niet op volle sterkte. Ik hield het vier uur vol, en dat zou me twee maaltijden opleveren. Ik ging naar de DVB-agent, ervoor zorgend dat hij mijn tijden correct noteerde.
De volgende vijfentwintig uur was ik bezig met het installeren van filters en microfoons, steeds in diensten van vier uur. Tijdens de laatste vier uren van de week was ik van plan een van Logans microfoons te plaatsen, vlak bij het luchtrooster boven Sector D1, de plek waar Jacy meestal vergaderde met zijn mensen. Ontevreden en opgewonden geroezemoes zweefde door de schacht uit de barakken naar me toe.
Ik kroop boven de britsen in de barakken in Sector D en E. Ik vermoedde dat niemand me kon horen, omdat er daar beneden zoveel mensen aan het praten waren. Toen ik Sector F1 bereikte, ving ik flarden op van een luide conversatie.
‘…heb je die bergen was gezien?’
‘…het stinkt nog steeds. Ik word er misselijk van.’
‘…idioten… we hebben een betere Commissie nodig.’
‘…ik zag Meline en Bo bezig achter de drogers. Ze hebben elkaar eindelijk gevonden.’
‘…Kadar nog steeds niet gezien. Ze hebben hem vast gemarteld en door de Hakmolen gehaald.’
‘…oppers hebben het maar makkelijk. Wij zijn met veel meer… kunnen een paar Mop Cops omkopen, wapens regelen…’
Ik verstijfde, schuifelde terug naar het laatste rooster en luisterde naar wat de man te zeggen had.
‘…ik heb gehoord dat die TechNo is uitgeschakeld en dat de computers op hol zijn geslagen. Het perfecte moment voor een aanval. Dan dwingen we de oppers om sloof te worden en gaan wij in die chique appartementen wonen. En de Commissie gaat in de Hakmolen.’
De stem van de man klonk steeds luider, en ik rekte me uit om te kunnen zien wie er sprak.
‘En dat sloofje dat deze hele puinhoop heeft veroorzaakt?’ vroeg een vrouw.
‘Ik heb gehoord dat de Commissie kwaad op haar is. Misschien kunnen we…’ Hij dempte zijn stem.
Ik drukte mijn oor tegen het rooster, terwijl hij iets zei over rekruteren. Mijn gereedschapsriem sloeg met een kletterend geluid tegen het metaal aan, maar ik betwijfelde of het hard genoeg was om gehoord te worden boven al die herrie uit.
Plotseling schoot het rooster los. In de seconden die volgden ving ik een korte glimp op van een man, en toen grepen handen mijn schouders beet en werd er aan me getrokken. Ik viel op de bovenste brits, een meter lager.
Het was een zachte landing, en ik rolde op mijn rug. De man die me uit de ventilatieschacht had getrokken ging op mijn bovenbenen zitten. Hij pakte mijn polsen beet en drukte ze met zijn hele gewicht tegen de matras. Ik verzette me hevig, maar het had geen zin – hij was minstens veertig kilo zwaarder dan ik. Uiteindelijk gaf ik het op, maar mijn hart bleef als een razende kloppen.
‘Hallo, luistervinkje,’ zei hij. Zijn glimlach was eerder geamuseerd dan dreigend. ‘Weet je wel dat het niet netjes is om anderen te bespioneren?’
‘Ga van me af.’
‘Pas als je hebt uitgelegd wat je daarboven deed.’
‘Ik was bezig luchtfilters te installeren zodat we allemaal weer schone lucht kunnen inademen. Laat me los.’
Zijn ronde gezicht was vlak bij het mijne. Hij had lichtbruine ogen met kleine gele vlekjes, een snor en kort bruin haar. Het hoofd van een andere man verscheen nu naast de brits. Hij had de veiligheidsstang beet en stond waarschijnlijk op het bed onder ons. ‘Hé, Sloan, Wera zei dat je –’ Toen zag hij mij.
‘Help me,’ zei ik.
‘Eh… wat is hier aan de hand?’ Zijn stem piepte bijna.
‘Ik heb een luistervinkje met blauwe ogen gevangen,’ zei Sloan. ‘Ze beweert dat ze luchtfilters aan het installeren was en ze draagt zelfs een luchtslovenuniform. Kun jij even in de schacht kijken?’
‘Eh… oké.’ Hij klauterde omhoog naar de schacht en stak zijn hoofd erin. ‘Het is te donker om iets te zien.’
Ik snoof van frustratie. ‘Er zit een zaklamp aan mijn gereedschapsriem.’
Sloan ging wat opzij, zodat zijn vriend erbij kon. Nu rustte zijn gewicht op mijn bovenbenen.