‘En wat gebeurt er dan?’
‘Wat hij maar wil,’ fluisterde ik in zijn oor.
Verbaasd trok hij zijn hoofd weg om me met grote ogen aan te kijken.
Nadat ik de buis in was geklommen riep Riley me na: ‘Beloofd?’
Nog één keer stak ik mijn hoofd naar buiten. ‘Ja.’ Ik vond het niet nodig om erbij te zeggen: ‘Als we allebei nog leven.’
Het zou te lang duren om via de schachten naar niveau vier te klimmen, dus leidde ik Logan naar het dichtstbijzijnde bijna onzichtbare luik op niveau één en ging ik de Tussenruimte binnen. Gelukkig had Hank wel de tijd genomen om de ladder aan de Buitenmuur te repareren. Die liep nu langs de vier niveaus omhoog. Ik hoopte maar dat Hank hem inmiddels vergeten was. Los daarvan bleef het nog knap lastig om bij de ladder te komen. Ik zocht mijn balans op de smalle balk die het niveau aan de Muur verbond, liep zonder naar beneden te kijken naar de ladder en stapte op de onderste sport.
Logan kroop liever, en ik was doodsbang dat hij zou vallen. Onder een hoop gevloek kwam hij gelukkig veilig aan. We klommen naar niveau vier en gingen daar de ventilatieschacht in. Kwadraat A4 leek verlaten, maar ik was niet van plan alleen op mijn ogen te vertrouwen.
Geruisloos haalde ik het rooster weg en stak Zippy 2 naar buiten. Een rood lampje op zijn kop lichtte op.
‘Bewegingsmelders,’ fluisterde Logan.
Ik drukte de witte schakelaar op de trol in en het lampje werd groen. Toen liet ik Zippy 2 op de vloer zakken en zwaaide mezelf erachteraan, gevolgd door Logan. Hij liep naar de kluis en haalde een apparaatje uit zijn zak. Terwijl hij de zware kluisdeur opende, stelde ik het slot op de grote toegangsdeur opnieuw in.
Tot zover ging alles goed. Nu hadden we nog één probleem – we moesten de gewichtssensor in de bodem van de kluis uitschakelen. Logan was er al druk mee bezig, en ik telde minstens dertig stunguns en zes zappers daarbinnen.
‘Hij is uitgeschakeld,’ zei Logan even later.
‘Ga terug de schacht in, dan geef ik je de wapens aan,’ zei ik. ‘Twee meter in oostelijke richting is een waskoker.’
Hij mopperde iets over al dat geklim, maar klauterde vervolgens vliegenvlug tegen de wand omhoog. Ik gaf hem steeds twee wapens tegelijk aan en wachtte dan tot hij ze in de waskoker had gegooid en er weer twee kwam halen.
Gestaag doorwerkend slaagden we er zo in om de kluis leeg te halen. En om de Outsiders te alarmeren. Want opeens piepte het slot van de deur. Ik keek naar de klok. We waren twee uur bezig geweest.
‘Ga snel,’ zei ik tegen Logan. ‘Terug naar niveau één.’
‘Hoe dan?’
‘Via de waskoker. Wacht dertig seconden nadat je de laatste wapens erin hebt gegooid. Ik laat ze weten dat je eraan komt.’ Ik sloot het rooster en riep Riley op.
Er klonken nog meer piepjes uit de deur, toen gebonk en ten slotte het geluid van een snijbrander.
‘En wanneer kunnen we jou verwachten?’ vroeg Riley, nadat ik hem de situatie had uitgelegd.
‘Ik zie je op niveau vijf.’
‘Daar reken ik wel op,’ bromde hij.
Ik haalde net het rooster voor de verwarmingsbuis weg toen de deur openvloog. Tegen de tijd dat er vijf mensen de ruimte binnen waren gestormd die hun wapens op me richtten, had ik de stun-bom in mijn handen. Ik herkende Phelen, een van Hanks chefs.
‘Blijf staan,’ zei Phelen.
Ik rekende op de bescherming van de commandoband, rukte de pin uit de bom van Lotus en Kadar en rolde hem naar Phelen en de anderen. Ze keken allemaal omlaag, maar er gebeurde niets. Een blindganger. Shit.
‘Jullie keken wel,’ zei ik.
‘Ha. Ha,’ zei Phelen droog. Hij gebaarde met zijn stungun naar de deur. ‘Kom –’
Een felle lichtflits kapte hem af. Ik dook de verwarmingsbuis in, terwijl een golf van energie uit de bom explodeerde. De glasscherven knalden tegen de wanden, terwijl de mannen luid kreunden. Toen de rust was weergekeerd keek ik even de kamer in. Phelen en zijn mannen lagen roerloos op de vloer. Een paar hadden snijwonden van de glasscherven.
Ik controleerde even of de wonden niet te diep waren en of ze allemaal nog een hartslag hadden. Toen pakte ik hun wapens en wat er verder nog interessant uitzag, zoals Phelens communicatieapparaat.
Eenmaal terug in de schacht riep ik Riley op, zei dat er nog wat aankwam en gooide mijn buit de waskoker in. Eén stungun hield ik zelf. ‘Is er nog schade?’ vroeg ik.
‘Eén zwaar geïrriteerde TechNo, maar de rest is allemaal veilig geland. Hoeveel heb je er uitgeschakeld?’
‘Vijf maar.’
‘Beter dan gepakt worden. En wat ga je nu doen?’
Goede vraag. ‘Een beetje rondneuzen op niveau vijf. Kijken wat ons te wachten staat.’
‘Pas goed op. Wij gaan zo ook omhoog. Bubba Boom leidt het Kwadraat I-team en ik neem met mijn team de trappen in Kwadraat A.’