Home>>read Orsini broers 01 free online

Orsini broers 01(25)

By:Sandra Marton


Het vliegtuig raakte de grond en hobbelde een paar keer. De gezagvoerder heette hen welkom in New York. Terwijl het vliegtuig nog over de landingsbaan taxiede, maakte Chiara haar gordel los en stond op.

Een sterke hand pakte haar vast. ‘Ik ben blij dat je niet kunt wachten om je nieuwe huis te zien,’ zei haar man. In zijn stem klonk spot.

Ze dacht aan wat er voor haar kon liggen. De hemel mocht het weten. Ze zou het echter moedig tegemoet treden. Als het leven haar iets geleerd had, was het dat je je tegenstander nooit je zwakheden moest laten zien.

Eindelijk stond het vliegtuig stil en klapte de deur open. Chiara stapte de Noord-Amerikaanse nacht in.

Ze wist dat overal veiligheidsprocedures bestonden, maar klaarblijkelijk golden die niet voor machtige Amerikaanse gangsters. Haar man leidde haar naar een klein gebouw, waar hij hun paspoorten toonde aan een man die hun nauwelijks een blik waardig keurde. Een paar minuten later waren ze op weg naar een gereedstaande limousine met daarnaast een chauffeur in uniform.

Ze ging langzamer lopen, aarzelend, maar Raffaele hield haar elleboog stevig vast. ‘Doorlopen,’ zei hij kil.

Gij die hier binnentreedt, laat alle hoop varen, dacht ze. Nog een laatste vrije ademteug, en ze stapte in.



De grote wagen reed snel door de nacht.

Tot zover ging het goed, dacht Rafe, als hij buiten beschouwing liet dat zijn vrouw naast hem zat als een gevangene op weg naar haar executie.

Gelukkig had er geen ontvangstcomité gestaan, iets wat hij half verwacht had. Hij had aangenomen dat Cordiano zijn vader had gebeld, en dat die de rest van de familie had geïnformeerd…

Wat een grap. De oude man zou zich verkneukeld hebben, en zijn moeder zou overstuur zijn dat ze geen grootse bruiloft had kunnen organiseren die alle andere bruiloften in Manhattan in het niet zou doen vallen. Zijn zussen zouden hem onbarmhartig sarren, en zijn broers…

O nee, zijn broers… Niet aan denken…

Maar dat viel dus mee. Kennelijk had Cordiano geen contact opgenomen met Cesare. Nu had Rafe wat speelruimte. Morgenochtend zou hij meteen zijn advocate bellen, de eerste stap op de weg om zijn leven weer normaal te maken. Want wat hij Chiara ook had gezegd, hij wilde net zo graag scheiden als zij. Hij wilde zijn vrijheid.

Op dit uur van de nacht was er niet al te veel verkeer, en de grote wagen zoefde vlotjes voort over Fifth Avenue. Hij hield halt voor zijn pand.

De portier begroette hem hoffelijk. Als hij de aanblik van de vrouw gekleed in een jas die oude vrouwen in slechte buitenlandse films droegen, ongebruikelijk vond, dan liet hij dat niet merken. ‘Kan ik u helpen met uw bagage, Mr. Orsini?’

Nee, maar wel met mijn vrouw, dacht Rafe. Hij bedankte de portier vriendelijk en toog naar zijn privélift, met zijn reistas over zijn schouder en Chiara’s ouderwetse lederen koffer in een hand. De andere hand lag om haar elleboog. Het leek hem geen goed idee haar los te laten. Hij had geen zin om haar een heel eind over Fifth Avenue te moeten achtervolgen.

Zwijgend gingen ze met de lift naar boven – niets nieuws, het ging net als de rit in de limousine. Toen ze bij zijn penthouse aankwamen, gleden de deuren open en stapte Rafe uit de lift. Maar Chiara niet. Hij sloeg zijn ogen ten hemel en trok haar eruit, waarop de deur zich sloot.

In de hal zei hij kortaf: ‘Mooi; we zijn thuis.’

Wat een stomme opmerking. Maar wat kon hij anders zeggen? Hij zette hun bagage neer, trok zijn jas uit, bekeek het stapeltje post op het tafeltje in de hal en checkte zijn voicemail.

Intussen had Chiara tijd genoeg om iets te zeggen of te doen. Toen hij omkeek, bleek ze echter precies te staan waar hij haar had achtergelaten, alleen leunde ze nu tegen de wand. Ze zag er uitgeput en bang uit, en nogal verloren in de lelijke zwarte jas. Opstandigheid, of een poging daartoe, glinsterde in haar grote ogen, maar het algehele effect was ronduit meelijwekkend.

Hij voelde een steek van medelijden en besefte eens te meer dat hij niet kwaad op haar moest zijn. Ze zat net zo in de val als hij. Erger, misschien. Hij was op eigen terrein, en voor haar was alles hier onbekend.

Hij schraapte zijn keel. ‘Chiara?’

Ze keek naar hem.

‘Waarom, eh… Waarom doe je je jas niet uit?’

Ze gaf geen antwoord.

Hij probeerde het nog maar eens. ‘Heb, eh… Heb je misschien zin in iets te eten?’

Niets. Zijn kaken verstrakten. Ze werkte ook geen centimeter mee. ‘Kijk,’ zei hij, ‘ik weet best dat we dit allebei niet wilden –’

‘Jij wilde het wel,’ zei ze koud.

‘Ik? Allemachtig, nee, waarom denk je –’

‘Jij wilt geen scheiding.’

Aha. Rafe haalde een hand door zijn haar. ‘Zie je, dat –’

‘Ik zweer, signor, dat ik nooit in alle opzichten je vrouw zal zijn!’