‘Dat is tot nu toe een geluk geweest.’
‘Ja, dat kan ik begrijpen. Maar hebt u moeite met eten, of om het binnen te houden?’
‘Ik heb de laatste tijd niet veel trek, maar ik probeer wel te eten.’
‘Goed. Nu moet ik een lichamelijk onderzoek doen. Om te beginnen zal ik u ausculteren.’
‘Pardon?’
‘Neem me niet kwalijk. Naar uw hart luisteren.’
Hij klopte op de hoge tafel. ‘Kom hier maar zitten.’
Gehoorzaam ging ze zo rechtop mogelijk zitten, schikte haar rokken om zich heen, verlegen om haar uitpuilende middel, haar eenvoudige jurk, het haar dat uit de degelijke speld ontsnapt was. Ineens herinnerde ze zich in een flits dat ze als kind door een sleutelgat had gegluurd en gezien had dat dokter Webb over haar moeder heen lag, met zijn hoofd op haar borst. Charlotte was diep geschokt de kamer binnengestormd, klaar om de eer van haar moeder te verdedigen.
‘Wat doet u?!’ had ze verontwaardigd uitgeroepen, het schalde door de kamer. Dokter Webb ging vlug rechtop zitten, onthutst door haar uitbarsting. Maar haar moeder glimlachte alleen maar vriendelijk. ‘Het is goed, kind. Dokter Webb luistert alleen maar naar mijn hart, om te zien of dat oude ding nog werkt.’
Er daagde begrip op het vriendelijke gezicht van de man en ook hij glimlachte naar haar. ‘Kom eens hier, als je wilt, Charlotte. Wil je ook naar je moeders hart luisteren?’
Ze knikte, een en al ernst, en liep naar het bed. Ze ging naast dokter Webb zitten en legde haar oor op haar moeders boezem.
‘Een beetje hoger... daar. Hoor je het?’
Charlotte had haar ogen gesloten en geluisterd, en ja hoor, een dof ta-toem, ta-toem, ta-toem. ‘Ik hoor het!’ had ze trots verklaard, in meer dan één opzicht opgelucht.
Hoe verrukkelijk de herinnering ook was, toen Charlotte zich voorstelde dat dokter Taylor zijn hoofd tegen háár borst zou drukken, begonnen haar handpalmen te zweten.
Hij haalde een houten buis uit zijn koffer, een apparaat dat ze nooit eerder had gezien.
‘Dit heeft een vriend van mijn vrouw, die ook arts is, gemaakt. Hij is nog bezig het ontwerp te perfectioneren. Maar het is verbazend hoeveel beter ik kan luisteren met deze houten buis dan met alleen mijn oor.’
Hij kwam dichterbij en bukte. Hij keek haar in het gezicht. ‘Het geeft ook een zekere correctheid, wat de patiënten klaarblijkelijk op prijs stellen.’ Zijn ene mondhoek ging omhoog in een opgelaten glimlach, toen boog hij zich over zijn taak. Charlotte haalde diep adem en hield de lucht vast, bewust van zijn nabijheid, bewust van de vreemde situatie – dat ze alleen was met Daniel Taylor, zonder chaperonne, zo dicht bij hem – wat in een andere situatie allemaal hoogst ongepast zou zijn. Ze voelde de buis tegen haar borst drukken, vlak boven haar linkerborst, en onwillekeurig schrok ze. Het apparaat was niet heel lang, dus hij moest zijn hoofd tot op zo’n vijftien centimeter van haar lichaam houden om te luisteren. Ze ademde beverig uit en oppervlakkig weer in, en had moeite om adem te halen.
‘Mooi. Nu zal ik proberen het hartje van de foetus ook te vinden. Is de baby beweeglijk?’
‘Ja, nogal.’
Hij drukte de buis stevig tegen haar onderbuik en luisterde aandachtig. Hij verschoof hem een klein stukje en luisterde opnieuw. ‘Daar is hij.’ Hij bleef nog een ogenblik luisteren. ‘Sterk en regelmatig.’
Charlotte glimlachte. ‘Noemt u alle ongeboren baby’s “hij”?’
‘Ik weet het niet. Ik geloof van niet.’
‘Ik geloof inderdaad dat het een jongen is. Dat is gewoon een gevoel dat ik heb. Zeggen alle vrouwen in mijn toestand niet zulke dingen?’
‘Ja, en ze hebben vaak gelijk.’
‘O ja?’
Hij grinnikte. ‘Nou ja, ongeveer de helft van de tijd.’ Toen vervaagde zijn glimlach. ‘Tja, normaal gesproken zou ik nu het eh...’ hij wuifde met zijn handen over haar onderbuik, ‘gebied palperen. En ook... andere gebieden onderzoeken.’ Hij slikte. ‘Maar ik denk dat het, gezien uw algemene gezondheid en de bewegingen van de baby, zo wel genoeg is voor vandaag.’ Hij deed een stap naar achteren en Charlotte zakte opgelucht een beetje in elkaar op de tafel.
Er werd zachtjes aan de deur geklopt en dokter Taylor sprong gretig op om open te doen. Charlotte kon niet zien met wie hij sprak door de half geopende deur, maar ze kon een groot deel horen van het gedempt gevoerde gesprek.
‘U bent boven nodig.’
‘Is er een probleem?’
‘Helaas... nogal van streek.’
‘Aha. Ik kom er zo aan.’
Hij sloot de deur en keek om naar Charlotte. ‘Ik ben elders gewenst, juffrouw Lamb... neem me niet kwalijk, juffrouw Smith.’
Charlotte liet zich van de tafel zakken.