Home>>read Onbewaakt ogenblik free online

Onbewaakt ogenblik(192)

By:David Baldacci


                 ‘Ik wilde gewoon even kijken of het wel goed met hem ging. Als ze het op mij gemunt hadden, dan zouden ze hem toch ook wel moeten hebben, dacht ik, en daar bleek ik gelijk in te hebben. Die ontploffing was toch zeker geen toeval?’

                 ‘Nee. Ze hebben de restanten van een brandbom gevonden. Heel geavanceerd, zeiden ze. Het ding was vlak naast de gasleiding in de kelder geplaatst en heeft voor een flinke ontploffing gezorgd.’

                 ‘Maar waarom zouden ze dat doen? Sean was niet eens thuis.’

                 ‘Had ik daar maar een antwoord op, maar ik heb geen flauw idee.’

                 ‘Heb je een zoektocht op touw gezet?’

                 ‘Ik heb alles en iedereen die ik maar kon bedenken ingeschakeld, de fbi, de US Marshal’s Service, de Secret Service, de staatspolitie van Virginia en de plaatselijke politie, maar tot nu toe ontbreekt elk spoor.’

                 ‘Verder nog iets? Is er al iets bekend over Joan? Zijn jullie ook maar iets opgeschoten?’

                 ‘Nee,’ zei Parks ontmoedigd. ‘Helemaal niets.’

                 ‘Nou, dan moet ik me er toch heus zelf mee bemoeien.’ Ze wilde weer overeind gaan zitten.

                 ‘Nee, jij blijft hier liggen en komt wat tot rust.’

                 ‘Dat kan helemaal niet!’ zei ze boos.

                 ‘Nee, dat is alleen maar redelijk. Als je hier zo aangeslagen en gedesoriënteerd naar buiten stormt, raak je misschien achter het stuur al buiten westen. Dat kan niet alleen jou het leven kosten maar ook iemand anders, en dat lijkt me nergens goed voor. Dit is nu al de tweede keer binnen een paar dagen dat je in het ziekenhuis bent beland. De derde keer zou je wel eens in het lijkenhuis kunnen eindigen.’

                 Michelle keek alsof ze opnieuw kon uitbarsten, maar liet zich toen weer achteroverzakken. ‘Goed, jij wint. Voorlopig. Maar zodra er iets gebeurt, bel je me. Als je dat niet doet, weet ik je te vinden en dan loopt het slecht met je af.’

                 Met gespeelde verontwaardiging stak Parks zijn handen op. ‘Goed, goed, ik ga niet nog meer vijanden maken. Die heb ik al genoeg.’ Hij liep naar de deur en draaide zich toen om. ‘Ik wil geen valse hoop wekken, dus ik zeg nu meteen maar dat de kans dat we Sean King nog terugzien me niet groot lijkt. Maar zolang er nog een kans is, zal ik niet rusten.’

                 ‘Goed,’ zei ze met een moeizaam glimlachje. ‘Bedankt, hè.’

                 Vijf minuten nadat hij weg was gegaan, trok ze haastig haar kleren aan, ze sloop langs de verpleegsters en liep door een achterdeur het ziekenhuis uit.





•67•

                 King werd wakker in het donker. Het was ook koud. Hij wist niet waar hij zich bevond, maar hij had wel een steeds sterker wordend vermoeden. Hij ademde diep in en probeerde rechtop te gaan zitten. Net wat hij had gedacht. Hij kon niet overeind komen. Hij was vastgebonden. Met leren banden, zo te voelen. Hij draaide zijn hoofd opzij en liet zijn ogen wennen aan het donker, maar er was geen sprankje licht en hij kon niets zien. Hij zou zelfs ergens midden op de oceaan kunnen ronddrijven. Hij voelde hoe zijn spieren zich spanden toen hij ergens gemompel hoorde. Het geluid klonk zo zacht dat hij niet kon uitmaken of het nou menselijke stemmen waren of niet. Toen hoorde hij naderende voetstappen en een paar seconden later voelde hij iemand naast zich staan. Er werd een hand op zijn schouder gelegd, heel licht en zonder enige dreiging. Toen klemde de hand zich om zijn schouder en begon te knijpen, steeds harder en harder, tot King op zijn lippen moest bijten om het niet uit te schreeuwen van de pijn. Uiteindelijk wist hij, heel rustig, te zeggen: ‘Hoor eens, als je me niet wilt doodknijpen, laat me dan los.’