Home>>read Nanny Slaat Terug free online

Nanny Slaat Terug(32)

By:Nicola Emma En Kraus Maclaughlin


Ryan loopt naar een verhuisdoos, trekt er een schoon T-shirt en sokken uit en geeft Grace onderweg een klopje op haar kop. ‘Alleen…’ – hij steekt zijn hoofd door het shirt – ‘… ik dacht dat we probeerden te wennen aan het idee van een kind, en ik denk, gezien de manier waarop je keek toen we in mijn oude jongenskamer waren, dat omgaan met je vroegere werkgevers, en zeker deze, de zaak geen goed zal doen.’

Een bijna verrukkelijke golf van woede overspoelt me, wat me de kans geeft uit mijn verwarring op het vasteland te springen. ‘Eraan wennen is niet genoeg, Ryan.’

‘Wat bedoel je daar nou weer mee?’

‘Zal ik eten bestellen of niet?’ Ik doe de plafondlamp aan.

‘Nan…’

‘Sorry, maar ik sterf van de honger.’ Ik draai me om naar de overloop en Grace hijst zich overeind om achter me aan te draven. Ryan volgt ons.

‘Dus ik mag er niet eens over beginnen,’ zegt hij vanaf de bovenste tree. Het is meer een constatering dan een vraag.

‘Je bént er niet eens, Ryan.’ Ik ren voor hem uit de twee trappen af. ‘Breng het gerust ter sprake voordat je weer naar de kolonel vliegt.’

‘Het is nu hectisch op het werk, maar zo blijft het niet.’

‘Door mijn werk voor Jarndyce kan ik veel nieuwe cliënten opdoen. Mijn werk wordt ook hectisch, hoor.’ Ik stamp op de krakende tree van de laatste trap en spring met twee treden tegelijk naar de tegelvloer. Opeens hoor ik een luid gekraak en als ik omkijk, zie ik de drie hoogste treden bezwijken onder Grace’ gewicht. Ryan rent de bovenste trap af en ik haast me weer naar boven, maar we zijn geen van beiden op tijd. De treden storten in en Grace struikelt en zakt misselijkmakend langzaam in de afgrond. Haar achterpoten bungelen al in de kast onder de trap.

‘Grace!’ roep ik terwijl ik de afbrokkelende houten piramide beklim. Ryan gaat intussen op zijn buik op de gang boven me liggen en strekt zijn handen naar Grace uit.

‘Hé, meisje,’ zegt hij zacht. ‘Stil maar. Ze heeft niets.’

Ik hou me in evenwicht op de hoogste veilige tree terwijl Grace’ voorpoten in een stofwolk grip krijgen op de overgebleven tree. Ze hijgt bedaard, alsof het gewoon bij haar nieuwe huis hoort.

‘Het is een ouwe taaie,’ zegt Ryan met een zucht van verlichting. ‘Net haar moeder.’

Ik trek een mondhoek op en kijk hem aan. ‘We komen er wel uit, hè?’

‘Zou je eerst de ladder willen pakken en mij redden, zodat ik onze hond kan redden?’

Ik glimlach verdrietig naar allebei. ‘Het spijt me.’

‘Mij ook. En ik zeg niet dat het makkelijk wordt, maar… ik hou van je, en we hebben allebei lang voor andere mensen gezorgd in ons werk. Ik zou willen dat we eens wat meer om onszelf dachten, jij niet?’

Ik knik instemmend en laat de opluchting om de wapenstilstand zwaarder wegen dan mijn totale gebrek aan verlangen om aan de voorwaarden te voldoen. Nog erger: voor het eerst sinds we elkaar kennen, lieg ik tegen hem, met dat knikje. ‘Ik ga de ladder pakken.’





5

Als ik klaar ben met mijn verhaal over de aanstelling op Jarndyce, die ondanks het adembenemend mooie voorschot van tienduizend dollar dat me in de vorm van een cheque per koerier is bezorgd, nog geen declareerbaar uur werk heeft opgeleverd, legt Citrine een hand op mijn pols. ‘Ik kan me niet voorstellen dat ik weer naar school zou gaan – ik bedoel, naar Chapin teruggaan zou nog gekker zijn, maar toch, voelde je je niet oud?’ Ze loopt door.

‘O, zeker,’ zeg ik terwijl ik met haar meeloop over de hobbelige stoep. ‘Maar tegelijk ook niet, gek genoeg. Ik kon bijvoorbeeld meteen zien wie de populaire leerlingen waren, en die maakten me een beetje zenuwachtig. Misschien blijft een deel van onze psyche stilstaan op de ergste dag van de brugklas en kom je nooit verder.’

Ze lacht alsof ze het begrijpt, maar als ik het me goed herinner, werd het ergste van háár brugklasperiode afgemeten in gradaties van een Catherine Oxenberg-achtige perfectie. ‘Ik kijk naar de meisjes in mijn nieuwe-oude buurt…’ zegt ze terwijl ze wankel over een plek stapt waar een eik de stoep heeft veranderd in een parcours voor skaters. ‘En ze zien er zo krankzinnig chic uit. Wij waren…’

‘Vuil wil ik het niet noemen.’

‘Vooral ons haar.’

‘Weet je nog dat Tatiana, Alex en jij een wedstrijdje hielden wie het langst zonder shampoo kon?’

Ze grinnikt. ‘En jij ging in de colberts van je vader naar school.’

‘Alles maten te groot, slordige knotten en praktische schoenen – het was een fantastische tijd om volwassen te worden.’

Citrine zet haar linnen FEED-tas op de stoep en klemt hem tussen haar zwarte sportschoenen om haar provisorische knot los te maken. Het haar golft prerafaëlitisch over haar rug, afstekend tegen haar zwarte, glanzende donsjack. Ze klemt het elastiekje tussen haar tanden. ‘Zo, wanneer begin je?’