Home>>read Nachtvlucht free online

Nachtvlucht(58)

By:Anita Terpstra


Ik gaf mijn vader een zoen en rook de vertrouwde geur die een mengeling was van aarde, hooi en koeien. Zijn handen waren groot, met dikke, eeltige bulten. Ik ken geen boer met kleine handen.

‘Je mag mijn hamburger,’ bood hij aan.

Een golf van heimwee naar mijn kindertijd sloeg door me heen. Mijn vader die me leerde hoe ik een lammetje de fles moest geven, bij wie ik op de trekker mocht zitten terwijl ik honderduit vertelde over mijn belevenissen van die dag. Het besef dat hij snel ouder werd en dat er meer jaren achter hem lagen dan voor hem maakte dat ik hem wilde omhelzen. Maar ik deed het niet. Mijn gedachten werden afgeleid door Rik, wiens mobiele telefoon begon te rinkelen. Geërgerd wendde ik mijn hoofd af.

Sascha overhandigde me een glas wijn. ‘Je mag het etentje dan niet leuk hebben gevonden, maar het zag er goed uit, Nick en jij. Hij verdient het om weer gelukkig te zijn. En jij ook,’ voegde ze eraan toe.

‘Weer?’

‘Je weet toch dat hij gescheiden is?’ Ze vertelde dat Nick en zijn vrouw na een huwelijk van elf jaar uit elkaar waren gegaan, nadat ze hun driejarig zoontje hadden verloren. ‘Het gebeurde op vakantie. Nick had het joch meegenomen naar een meertje, maar viel in slaap. Toen hij wakker werd, was Syard verdwenen. Ze vonden hem later in het water.’

Die informatie was te veel om in één keer op te kunnen nemen. Vol ongeloof staarde ik Sascha aan. Ik hakte de zinnen in stukjes, maar het werd er niet minder afschuwelijk van. Nergens in Nicks huis had ik foto’s van het overleden jongetje gezien, realiseerde ik me.

Mijn vader overhandigde Sascha een hamburger, die er zwartgeblakerd bij lag.

‘Ik had nooit gedacht dat ik dit zou zeggen, maar ik mis de vegetarische burgers van Ron.’

Onmiddellijk wist ik waar ze op doelde. Iedere keer als we met het hele gezin gingen barbecuen, stelde Ron twee barbecues op. Eentje voor het vlees, en eentje voor de vegetarische burgers die hij speciaal voor de gelegenheid aanschafte. Vaak kocht hij voor ons biologisch vlees. ‘Als jullie dan toch zo nodig vlees moeten eten, neem dan dit,’ kon ik hem nog horen zeggen.

De eerste barbecue zonder Ron. Sascha’s verjaardag zou de eerste verjaardag zijn zonder Ron. De eerste sinterklaas zonder Ron. Elk jaar trokken we lootjes en dan kon je alleen maar hopen dat jouw naam niet in zijn handen viel. Een gedicht korter dan twee a4 ’tjes beschouwde hij als een afgang.

‘Ik zal zijn vreselijke sinterklaasgedichten in ieder geval niet missen,’ glimlachte ik. Sascha hief haar glas.

‘Zo, ouwe vrijster,’ zei Rik.

Een hand werd op mijn schouder gelegd.

Ik draaide me om. ‘Grapjas.’

‘Is het echt definitief over tussen jullie?’

‘Dat lijkt me wel. Hij zit daar en ik hier.’

‘Dus Ben heeft je gedumpt. Vervelend. Wat heb je gedaan om hem zover te krijgen?’

Ik probeerde rustig te blijven.

‘Ik ben weggegaan. Niet andersom.’

Toen ik zijn grijns zag vervloekte ik mijn woorden. Sinds mijn thuiskomst had ik niemand verteld wat er zich precies tussen Ben en mij had afgespeeld en ik was van plan dat zo te houden. Rik probeerde me uit mijn tent te lokken.

‘Waarom?’

Nonchalant zette hij een flesje bier aan zijn mond.

‘Privé.’

‘Doe niet zo flauw. Hoe lang kennen we elkaar nu al? Vertel het maar aan ome Rik.’

‘Je bent mijn oom niet.’

‘Ik had stiekem gehoopt binnen niet al te lange tijd oom te worden. Hoe oud ben je nu?’

Zijn lippen waren vochtig van het bier.

‘Je weet heel goed hoe oud ik ben. Wat heeft dat ermee te maken?’

Suggestief keek hij naar mijn buik. ‘Je eierstokken hebben niet het eeuwige leven. Wist je dat je vruchtbaarheid na je vijfendertigste schrikbarend snel afneemt? Dan heb je nog twee jaar.’

Even stelde ik me voor hoe ik het vorkje precies tussen zijn ogen ramde.

‘Wie zegt dat ik kinderen wil?’

Hij leek oprecht geschokt, en dat zou me niet moeten verbazen. Rik behoorde tot een uitstervend ras dat geloofde dat vrouwen thuis, omringd door een grote kinderschare, het gelukkigst zijn. Zeggen dat je geen kinderen wilde, was als beweren dat je het nut van je benen niet inzag of geen ogen meer nodig had.

‘Joh. Je kunt altijd nog kindjes adopteren.’

‘Misschien kan ik beter aan Nora vragen of jij zaaddonor wilt zijn. Jij zegt altijd dat je zo graag nog meer kinderen wilt.’

Als het aan Rik lag, kwam er nog een derde bij. Ik had een verongelijkte uitdrukking op zijn gezicht verwacht, maar dat was allerminst het geval. In plaats daarvan was er een grijns zichtbaar die waarschuwingssignalen naar mijn hersenen zond.

‘Grappig dat je erover begint. Nora had je dit zelf willen vertellen, maar ze vindt het vast niet erg als ik het doe. We hebben onlangs besloten dat we graag nog een kindje willen.’