Miles schudt zijn hoofd. ‘Het zou beter zijn als je je bedenkt. Of in elk geval eens in de spiegel kijkt.’
Als ze hem al hoort, negeert ze hem. Ze wendt zich in elk geval tot Damen. ‘Zo, Damen Auguste Esposito.’ Ze glimlacht, haar gezicht een opvallend masker met rode, fonkelende ogen. Ze gebruikt een naam die hem heel lang geleden werd opgedrongen, nadat zijn ouders waren vermoord en hij werd achtergelaten in een weeshuis, waar hij woonde tot de pest in die regio woedde en hij zichzelf wist te redden door het elixir te maken. Het is een naam die hij al eeuwen niet meer gebruikt heeft en het duurt even voor ik hem herken. ‘Ik weet alles over jou. Ik weet niet of Ever je dat ooit verteld heeft, maar Roman heeft zeer goede notities bijgehouden door de jaren heen, zeer gedetailleerde aantekeningen. En jij... laten we zeggen dat je een erg ondeugende jongen bent geweest, hè?’
Damen haalt zijn schouders op en doet zijn best niets te laten merken en zijn emoties te verbergen. ‘Ik heb meer elixir bij me. Er staat een grote doos bij de deur en geloof me, ik heb nog veel meer. Kom anders even met me mee om te kijken, goed? Als je wilt, kun je zelfs even proeven.’
‘Waarom bespaar je me die moeite niet – breng het maar hierheen.’ Ze knippert zogenaamd verleidelijk en probeert te glimlachen zoals vroeger – schattig, charmant, flirterig en met een vleugje vrolijke eigenzinnigheid. Maar ze is zo anders dan die oude versie van zichzelf, dat het nu alleen maar griezelig overkomt. ‘Zoals je ziet, heb ik mijn handen nogal vol op dit moment. Ever en ik zijn bezig met de laatste details van de deal die we hebben gesloten. Als ik me niet vergis, betekent jouw aanwezigheid hier dat ze me niet meer vertrouwt. Nogal ironisch als je bedenkt dat zij me heeft gemaakt tot wat ik ben. Want van wat ik in Romans dagboeken heb gelezen, heeft ze ook niet bepaald een goede reden om jou wel te vertrouwen. Toch?’
‘Hou nou maar op over die dagboeken,’ zeg ik, in een poging van onderwerp te veranderen. ‘Ik weet alles, Haven. Er is niets meer waarmee je ons kunt chanteren, dus je kunt net zo goed...’
‘Weet je dat zeker?’ Ze kijkt heen en weer tussen ons alsof zij iets weet wat ik niet weet en ze niet kan wachten het me te verklappen. ‘Weet je over zijn verleden met Drina? Hoe hij zijn eigen dood heeft gefaket met een grote brand? Weet je van het kleine slavinnetje dat hij bij haar familie vandaan heeft gekaapt? Weet je dat allemaal al?’ Ze kijkt van hem naar mij en zelfs naar Jude, maar die beantwoordt haar blik zonder iets te laten merken.
‘Dat weet ze.’ Damen kijkt haar aan. ‘En trouwens, ik heb de slavin niet gekaapt, maar haar gekocht om haar haar vrijheid te schenken. Helaas kon het destijds niet anders. Het was een donkere periode in onze geschiedenis. Maar ik denk niet dat je dat allemaal wilt oprakelen. Dus verspil niet nog meer tijd aan deze onzin. Laat Jude los en geef ons het shirt. Nu meteen!’
‘Nu meteen?’ Ze lacht spottend en trekt een wenkbrauw op. ‘O nee, hoor. Ik denk niet dat ik dat nu meteen ga doen. Helemaal niet zelfs. Zo werkt dit spelletje niet. Sterker nog, dat druist in tegen alle regels. Maar omdat je zo laat pas binnenvalt, zal ik het je uitleggen. Het is simpel: er moet een keus gemaakt worden. Je kunt kiezen voor optie A: Jude redden, of B: het shirt redden. Dus, Damen, wat wordt het? Iemands leven of je eigenbelang? Dit lijkt een beetje op wat Roman met Ever deed toen ze mij liet drinken van het elixir, ook in deze kamer. Althans, dat is Evers verhaal. Ik zou het niet weten, ik was niet bij bewustzijn. Al kan ik me wel herinneren dat het zich allemaal hier, op die bank, afspeelde.’ Ze maakt een hoofdgebaar. ‘Dat is, denk ik, ook de reden waarom ze nu niet meer wil meedoen. Het is natuurlijk een pijnlijke herinnering voor haar, aangezien ze dik spijt heeft van haar vorige besluit. Ja, ze zou willen dat ze me die dag alsnog had laten sterven, dat is duidelijk. Maar goed, als zij niet wil meedoen, dan kun jij het overnemen. Dus, Damen, verlos ons van de spanning. Zeg maar welke van de twee het wordt en je mag het houden!’
Damen kijkt haar aan, klaar om aan te vallen. Hij wil het liefst ingrijpen en een eind maken aan dit alles. Ik vóél gewoon hoe zijn energieveld verandert en ik ‘zie’ het plan in zijn hoofd ontstaan. Vlug waarschuw ik hem het niet te doen – ik smeek hem in gedachten om kalm te blijven en niets te doen. Ze provoceert hem en verwacht dat hij iets doet. Er staat te veel op het spel om het op die manier te laten gebeuren.
‘Niemand gaat die keus maken, Haven,’ zeg ik. ‘Niemand speelt jouw stomme spelletje mee. Dus laat Jude nou maar los, geef ons het shirt en probeer jezelf weer onder controle te krijgen – en de rest van je leven. Geloof het of niet, maar ik wil je nog steeds helpen. Ik wil alle ellende graag achter ons laten, zodat je kunt herstellen. Echt waar. Dus... geef me het shirt en laat Jude los en dan...’