Home>>read Nachtster free online

Nachtster(68)

By:Alyson Nol


Ik wil dolgraag weten hoe het ze gelukt is hier te komen, maar dat moet even wachten. Ik heb iets belangrijkers aan mijn hoofd.

Niet dat ik de kans krijg het hardop te vragen. De meisjes knikken plechtig en zeggen: ‘Hij is hier.’ Ze draaien zich om en wijzen naar de Paleizen van Kennis en Wijsheid vlak achter hen. ‘Ava is bij hem. Het komt wel weer goed.’

‘Dus... hij is genezen?’ Mijn stem slaat over en blijft steken, in de hoop dat ze dat bedoelen. Ik voel me opgelucht als ze dat bevestigen. ‘En jullie? Wonen jullie nu weer hier?’

Ze kijken elkaar aan, hun blikken kruisen en de sombere uitdrukking op hun gezicht maakt algauw plaats voor schokkende schouders en daverende lachsalvo’s. Ze liggen dubbel van het lachen – een grapje dat zij alleen begrijpen – voor Rayne genoeg ­bedaart om te praten. ‘Wil je soms dat we hier weer gaan wonen?’ Ze trekt haar wenkbrauwen op en bekijkt me van top tot teen, helemaal weer de oude. Nou ja, grotendeels.

‘Ik wil alleen maar dat jullie gelukkig zijn,’ zeg ik zonder een pauze te laten vallen. ‘Waar dat ook mag zijn.’

Romy grijnst en trekt haar schouders op. ‘We blijven bij Ava. Nu we weten hoe we hier kunnen komen voor een bezoekje wanneer we willen, vinden we het niet nodig hier te blijven wonen. En trouwens, we vinden school veel te leuk.’

‘Ja, en school ons ook.’ Rayne toont een zeldzame, korte glimlach die haar ogen laat glinsteren. ‘Ik ben verkozen tot klassenvoorzitster.’

Ik knik; het verbaast me niets.

‘En Romy is cheerleader,’ voegt ze toe met rollende ogen.

‘Ik denk dat al die oefeningen met Riley, je weet wel, toen zij hier nog woonde en met ons omging... nou, die hebben me wel geholpen.’ Romy haalt bescheiden haar schouders op.

‘Heeft Riley je geholpen met cheerleaden?’ Ik tuur haar aan, behoorlijk verbaasd, al weet ik niet waarom.

Romy knikt. ‘Ze wilde net zo worden als jij, dat weet je toch wel, hè? Ze heeft elke cheer die je ooit gedaan hebt, uit haar hoofd geleerd en vervolgens aan ons doorgegeven.’

Ik pers mijn lippen op elkaar en leun tegen Damen aan. Ik geniet van het beschermende gevoel van zijn stevige, sterke warmte, zijn hand die in de mijne knijpt. Nu weet ik het zeker – meer dan ooit – dat ik dit kan voelen wanneer ik wil, wanneer ik het nodig heb. Hij zal er altijd voor me zijn.

Dan richt ik me weer op de tweeling. ‘Nou we het toch hebben over mensen die we missen...’

Ze wisselen eerst een blik met elkaar en kijken dan pas naar mij.

‘Ik ken iemand die jullie erg graag zou terugzien.’

Ik haal me de oude Britse man voor de geest die ik ontmoette toen ik per toeval het huisje ontdekte waarin de tweeling heeft gewoond. Toen ik de waarheid ontdekte over hun relatie tot zowel mijn zusje als Ava. Ik stuur hun het beeld telepathisch.

‘Maar hij komt wel wat verward over. Om een of andere reden blijft hij volhouden dat Romy de koppige is van jullie twee en ­Rayne de gemakkelijke, maar we weten allemaal dat dat niet waar is.’

Ze kijken van mij naar Damen en barsten dan opnieuw uit in een giechelbui. Damen en ik staan daar maar te kijken zonder enig idee wat er nou zo grappig is. Maar dat is niet belangrijk, en we richten ons meteen weer op elkaar.

Zo treffen Ava en Jude ons aan als ze uit de Paleizen vandaan komen en de steile, marmeren trap af lopen.

De giechelende tweeling.

Damen en ik dicht tegen elkaar aan – mijn hoofd op zijn schouder en stevig elkaars hand vasthoudend.

Meer heeft Jude niet nodig om te beseffen dat ik mijn keus gemaakt heb.

Om te weten dat Damen en ik voorbestemd zijn voor elkaar.

Dat alles wat er tussen ons gebeurd is in het verleden al voorbij was voor het goed en wel kon beginnen.

Hij blijft stilstaan op de onderste tree van de trap. Hij richt zijn blik op mij terwijl Ava langs hem verder loopt. Die blik houdt hij lange tijd vast, maar hij zegt niets en ik krijg ook geen gedachten te horen.

Niet dat woorden nog noodzakelijk zijn nu de boodschap zo duidelijk is.

Hij haalt diep adem, neemt een ogenblik om het te laten bezinken en knikt dan instemmend. We begrijpen allebei dat het voorbij is; ik heb mijn keus gemaakt en dat vraagstuk is voorgoed beantwoord.

Dan richt hij zich tot Ava en de meisjes en besluit hen te vergezellen op hun tripje langs al hun favoriete plekken. Al is het maar als afleiding voor wat hij denkt dat hij nu kwijtgeraakt is.

Ze willen net vertrekken als ik me richt tot de tweeling. ‘Hé, hoe hebben jullie het eigenlijk voor elkaar gekregen weer hiernaartoe te kunnen?’

Ik zie Ava trots stralen terwijl de zusjes eerst naar elkaar kijken, dan naar mij. Romy doet het woord: ‘We hebben de focus verlegd van onszelf naar iemand anders, voor de verandering.’