Home>>read Nacht in Parijs free online

Nacht in Parijs(61)

By:Michael Berg


En met succes.

Het bordje wees naar het souterrain van het flatgebouw. Een trap bezaaid met platgetreden kauwgum en andere rommel voerde naar een ondergronds pleintje, waar de helft van de plafondverlichting het niet deed of irritant flikkerde. Aan het pleintje lagen een paar winkels. De ingang van de schietclub bevond zich in een donker hoekje. Een zware metalen deur met CLUB DE TIR DE BOBIGNY, aan weerszijden met graffiti volgespoten betonmuren. Naast de deur zat een elektronisch slot waarmee leden die een pasje hadden en de cijfercombinatie kenden zelf de deur konden openen. Voor bezoekers was er een intercom. Een bordje vermeldde dat de toegang van de schietclub onder cameratoezicht stond.

Ze belde aan.

‘Ja?’

Ze richtte haar hoofd naar de plek waar ze de camera veronderstelde. ‘Ik ben van Armes & Tir,’ zei ze met haar vriendelijkste gezicht, ‘en heb een afspraak met een van uw leden.’

Het noemen van de naam van het sportschutterstijdschrift bleef niet zonder effect. Bij het horen van de zoemer kon ze de metalen deur openduwen. Ze kwam in een smalle gang terecht waar haar een tweede metalen deur wachtte. Eenzelfde elektronisch cijferslot, eenzelfde intercom. Ongetwijfeld hing er ook nog ergens een camera. Nadat ze opnieuw had aangebeld en de naam van het tijdschrift had genoemd, betrad ze eindelijk de clubruimte. Een typische sportkantine. Bruine slijtvaste vilttegels, een tiental tafels met stoeltjes, stoffige door spotjes beschenen rubberplanten en een L-vormige bar, waarachter een zwaarlijvige man stond met achterovergekamd haar vol brillantine.

‘Dus u bent van Armes & Tir?’ vroeg hij zichtbaar verbaasd.

‘Ja,’ antwoordde ze, zich afvragend hoeveel vrouwelijke journalisten er waren die over wapens schreven.

Met een verrassende souplesse kwam de man achter de bar vandaan. ‘Lagarde,’ stelde hij zich breed glimlachend voor. ‘Claude Lagarde. Mijn vrouw en ik beheren de kantine.’

‘Chantal.’

Ze gaven elkaar een hand.

‘Leuk dat u ook eens een kijkje komt nemen bij onze vereniging,’ zei de beheerder duidelijk verheugd over het onverwachte bezoek. ‘En met wie had u een afspraak?’

‘Met Oscar Ortola.’

Na uren op internet had ze hem eindelijk gevonden. Compleet met foto. Kampioen luchtpistool van twee jaar geleden van de regio Ile de France én lid van Club de Tir de Bobigny. Met glimmende schedel en donkere prikoogjes hield hij een wanstaltige beker op. Het was de enige foto die Chantal van Ortola op internet had kunnen vinden.

‘Oscar Ortola,’ herhaalde de beheerder fronsend, ‘die heb ik al een tijd niet meer gezien.’

Ze ging er niet op in en bleef de man vriendelijk aankijken.

‘Hoe laat hebt u met hem afgesproken?’

‘Om elf uur,’ antwoordde ze na een blik op haar horloge.

‘Dan zal hij zo wel komen.’ De beheerder leek in dubio te staan wat hij moest doen. ‘Kan ik u iets aanbieden?’ vroeg hij wijzend naar de bar.

‘Nee, dank u. Misschien wilt u me alvast iets over de vereniging vertellen.’

‘Ik?’ De man sloeg zijn ogen neer. ‘Dat moet u iemand van het bestuur vragen.’ Hij gebaarde naar de lege tafeltjes. ‘Maar zo vroeg op de ochtend zijn er meestal nog geen bestuursleden. Bovendien ben ik bang dat de meesten nu op vakantie zijn.’

‘Bestuursleden vertellen altijd dezelfde saaie verhalen. Voor mijn artikel ben ik op zoek naar een andere insteek, het “echte” verenigingsleven.’ Chantal gaf de beheerder een knipoog en liep naar de glaswand die uitzicht bood op de schietbaan. Naast elkaar stonden twee sportschutters, beiden met een blauw kogelvrij vest en oorbeschermers. Ze hielden hun armen vooruitgestrekt, hun pistool richtend op een van de schijven die een meter of vijfentwintig verder hingen. Na ieder schot volgde een lichte ontspanning in hun nek en schouders.

‘Waarom hoor ik niets?’ vroeg ze.

‘Tien centimeter dik glas.’ Met een rouwrandnagel tikte hij op de glaswand. ‘Kost een kapitaal, maar dan heb je ook wat.’

Ongeveer op hetzelfde moment lieten de schutters hun armen zakken en ontspanden hun lichamen helemaal. Via een strakgespannen kabeltje kwamen de schietschijven op hen af zodat ze hun score konden aflezen.

‘Het systeem is volledig geautomatiseerd,’ merkte de beheerder trots op. ‘Met tien schietbanen voldoet onze club aan alle eisen voor officiële wedstrijden.’

‘Wanneer was de laatste wedstrijd?’

Er volgde een diepe zucht. ‘Ons bestuur is niet bepaald actief op dat vlak. Maar eh…’ Hij leek gegeneerd.

Chantal gebaarde dat ze de informatie die ze net gehoord had niet zou gebruiken. ‘Schiet u zelf?’ vroeg ze snel.

‘Ja, natuurlijk. Schieten is het mooiste wat er is.’ Hij begon te stralen. ‘Ik behoor tot de gelukkige mensen die van zijn hobby zijn beroep heeft kunnen maken. Maar mijn vrouw schiet niet. Mocht u dat soms denken.’ Hij lachte een beetje verlegen.