Home>>read Nacht in Parijs free online

Nacht in Parijs(120)

By:Michael Berg


‘Mijn vader is dood!’ riep Romy. ‘Ze hebben het lichaam vrijgegeven. Meer weet ik niet. Maandag is de begrafenis. Wil je ons tot die tijd, en ook daarna, alsjeblieft de privacy gunnen waar we recht op hebben?’

Abrupt draaide ze zich om naar de Audi, waarop Isabelle Lavillier haar raampje opende en onveranderd bewegingloos voor zich uit kijkend haar dochter een sleutelbos aanreikte. Daarna schoof het raam weer dicht, Chantal achterlatend met het gevoel dat ze sinds afgelopen zaterdagavond ongeveer alles fout had gedaan wat ze maar fout kon doen. Ze wilde naar de auto lopen, aankloppen en haar excuses aanbieden. Of nogmaals proberen uit te leggen dat Saimir niets met de moord te maken had. In de tussentijd had Romy het toegangshek van het chateau geopend en was in de auto gestapt. Terwijl het grind onder de banden vandaan spatte, reed ze door de poort om een paar meter verder ruw af te remmen.

‘O ja…’ Romy, een sigaret in haar mondhoek, was weer uitgestapt om het hek af te sluiten. ‘Je zult begrijpen dat we de politie hebben gebeld.’ Ze wees naar haar moeder, van wie Chantal slechts het achterhoofd zag. ‘Dus begin maar vast iets te verzinnen om je eruit te lullen. En als je het nog één keer in je hoofd haalt om over een muur te klimmen en ons lastig te vallen, vermoord ik je.’



Door de open lamellen ziet Jarre de mannen naderen. Snel moffelt hij het papiertje weg in zijn jaszak.

Twee harde kloppen op de deur.

‘Binnen,’ roept Jarre terwijl hij zijn handen op tafel legt.

De mannen betreden de kamer. Eerst de prefect, dan Renoir met rond zijn lippen een slijmerig lachje.

‘Beste Auguste…’ De prefect trekt een gezicht alsof ze al jaren dikke vrienden zijn. ‘Ik zit met een verdomd vervelend probleem,’ gaat hij verder zonder aanstalten te maken om te gaan zitten, laat staan een hand te geven. ‘Het onderzoek naar de moord op gedeputeerde Lavillier zit in een impasse. De druk van de pers is gigantisch. Zeker na de onfortuinlijke ontsnapping van de hoofdverdachte.’ Hij werpt Jarre een lauwe glimlach toe.

Lul, denkt Jarre terwijl hij net zo terug glimlacht. De prefect en hij zijn geen vrienden. Nooit geweest. Sinds zijn aantreden heeft de prefect alles geprobeerd om de beslissing van zijn voorganger waardoor Jarre kon blijven werken, terug te draaien.

‘Daarom, Auguste…’ – de prefect kijkt alsof de beslissing hem zwaar valt – ‘… verzoek ik je de leiding van het onderzoek over te dragen.’

‘Waarom?’ vraagt Jarre.

‘Het is geen oordeel over wie de meeste fouten heeft gemaakt. Ik heb jouw klacht gezien naar aanleiding van de gewelddadige arrestatie van de verdachte. Niet fraai. Maar ik begrijp hoe jullie beiden onder tijdsdruk moeten werken. En waar gehakt wordt, vallen spaanders.’

Spaanders. Het woord doet Jarre denken aan de ontruimingsactie van het Roma-kamp bij het stadion. Van meet af aan heeft de prefect, die verantwoordelijk was voor de ontruiming, op een actie ingezet waarbij onontkoombaar ‘spaanders’ zouden vallen. Wat dat betreft zijn de prefect en Guy Lavillier van hetzelfde laken een pak. Arrogante smeerlappen. Net als Renoir, die doet alsof hij nergens iets mee te maken heeft.

‘Laten we het houden op een onverenigbaarheid van karakter,’ vervolgt de prefect flauw glimlachend. ‘Een onverenigbaarheid van jullie karakters die het onderzoek negatief beïnvloedt. Daarom heb ik besloten de hoofdcommissaris terug te roepen van vakantie. Tot die tijd neemt Renoir de leiding van het onderzoek over.’

‘Ben ik geschorst?’ vraagt Jarre.

‘Daar komt het feitelijk wel op neer. Het spijt me, Auguste.’ De prefect wendt zich tot Renoir. ‘De zaak is aan jou, Renoir. Voorlopig althans. Maak er iets moois van.’

Renoir straalt helemaal. Straks springt hij nog op het bureau. Jarre ziet opeens een aap voor zich die, zichzelf op de borst slaand, over de stapels papier danst. Met een beetje geluk glijdt Renoir uit en breekt hij zijn benen.

‘Kan ik misschien nog even mijn bureau opruimen?’ vraagt Jarre zo onschuldig hij maar kan.

‘Renoir?’ De prefect heft zijn handen ten teken dat de beslissing niet meer aan hem is.

‘Alles laten liggen,’ zegt Renoir op grimmige toon. ‘Ik wil al het materiaal zien. In het belang van het onderzoek,’ voegt hij er met een slijmerig lachje naar de prefect aan toe.

‘Dan niet.’ Jarre haalt zijn schouders op.

‘Sleutel?’ Renoir steekt zijn hand uit en wacht tot Jarre de kamersleutel heeft ingeleverd. ‘Wat is de persoonlijke inlogcode van de hoofdcommissaris?’

‘Ik ben het briefje kwijt,’ zegt Jarre wijzend op de puinhoop op zijn bureau. ‘Ergens moet het liggen.’