Die vraag had ze niet verwacht. ‘Daar kun je zelf het antwoord wel op bedenken.’
‘Vanwege je vader.’ Het was geen vraag, maar een constatering. ‘Waarom zijn je moeder en jij niet bij hem weggegaan?’ Van terzijde keek hij haar aan. ‘Was dat niet het verstandigste geweest?’
‘Het klinkt zo gemakkelijk, hè? Ga weg bij die bruut. Maar we konden niet. Hij… Hij…’ Kara slikte. ‘Hij bedreigde ons. Ik weet niet wat hij ons zou hebben aangedaan, maar we vonden ons leven belangrijker dan onze vrijheid. Niet dat ons leven erg goed was…’
Blake vloekte. ‘Maar goed dat je vader dood is, anders zou ik persoonlijk –’
‘Blake, toe nou.’ Ze legde een hand op zijn arm. ‘Ik had je niet over hem moeten vertellen. Het is te persoonlijk en te pijnlijk. Alsjeblieft, ik wil er niet meer over praten.’ Omdat ze hem anders ook nog zou vertellen over hun financiële problemen, en dat mocht niet.
Hij kneep zijn lippen op elkaar, maar zoals Kara al had verwacht, lukte het hem niet om lang te zwijgen.
‘Probeerde je er daarom zo onopvallend uit te zien? Om zijn aandacht niet te trekken? Je wilde niet dat hij zag wat voor mooie dochter hij had. En door hem ben je bang geworden voor alle mannen.’
Kara haalde haar schouders op. ‘Vertel me eens iets over jezelf,’ zei ze geforceerd luchtig.
‘Bedoel je dat je míjn droevige verhaal wilt horen?’ vroeg hij met opgetrokken wenkbrauwen. ‘Dit uitstapje was niet bedoeld om onze ziel bloot te leggen, maar om jou gelukkig te maken.’
‘Ik ben niet ongelukkig,’ zei ze onmiddellijk.
‘Maar door mijn botte vragen heb ik ongelukkige herinneringen opgeroepen. Sorry.’
Hij pakte haar hand en trok haar tegen zich aan, sloeg toen een arm om haar schouders en hield met één hand het stuur vast. Toen ze hem aankeek, gaf hij haar glimlachend een kus.
Onmiddellijk waren al haar problemen vergeten. Blakes kus gaf haar nieuwe energie. Ze wist dat dit alles voorbij zou zijn zodra ze terug waren in Engeland. Dan zou haar leven weer zoals vroeger zijn. Maar daar wilde ze nu niet aan denken. Nu wilde ze zo veel mogelijk genieten van ieder moment.
De hele ochtend verkenden ze de inhammen en landtongen, en ze lunchten in een prachtig hotel. Soms praatten ze, soms zaten ze zwijgend te kijken naar andere jachten of naar de capriolen van waterskiërs in de verte. Vaak merkte Kara echter dat Blake naar haar keek, in plaats van naar wat er om hen heen gebeurde.
Het meer was veel groter dan ze had gedacht. Onwillekeurig hoopte ze dat ze nog eens terug zou kunnen komen om het helemaal te verkennen. ‘Je hebt geluk dat je een villa op een plaats als deze hebt,’ zei ze. ‘Maar toch kom je hier zelden of nooit. In al de tijd dat ik voor je werk, heb je tenminste nog nooit vakantie genomen. Waarom eigenlijk niet?’
Blakes gezicht betrok. ‘Ik heb ook geheimen, Kara. Mijn herinneringen aan de villa zijn niet onverdeeld gelukkig.’
Toen hij zijn ogen dichtdeed, begreep Kara dat hij nog steeds werd gekweld door die onaangename herinneringen. Maar waarom had hij haar dan hierheen gebracht? Er liep een rilling over haar rug.
‘Misschien hadden we dan beter niet hierheen kunnen komen,’ zei ze, zich er niet van bewust dat ze een emotionele afstand schiep.
‘Ik wilde haar aan jou laten zien. Ik wilde genieten van jouw plezier.’
‘Ten koste van je eigen plezier?’
‘Ik vond het tijd om het verleden los te laten. Ik zag iemand die net zo gekwetst was als ik, maar op een volkomen andere manier, en ik wilde helpen. Heb ik dat gedaan?’ Blake wist dat het een riskante vraag was. Het had juist geleken Kara mee hierheen te nemen. Nu hij zag hoe ze was veranderd, was hij blij dat hij gehoor had gegeven aan zijn opwelling. Maar wat vond Kara ervan?
Met ingehouden adem wachtte hij op haar antwoord. Meestal interesseerde het hem weinig wat zijn vrouwelijke kennissen van hem vonden, en hij vertelde hun absoluut nooit iets over zijn privéleven. Maar om de een of andere reden was hij geïnteresseerd geraakt in Kara. Ze begon haar eigen demonen ook los te laten en onthulde al doende een kant waarvan hij het bestaan niet had vermoed. Ze wond hem op erg veel verschillende manieren op.
Ze knikte. ‘Ik voel me hier een ander mens.’
‘Dan heb ik mijn doel bereikt. Misschien geloof je het niet, Kara, maar jij en ik hebben veel gemeen.’
Kara schudde haar hoofd. ‘Dat kan niet. Onze levens zijn zo verschillend, Blake! Ik kan me niet voorstellen dat we ook maar iets gemeen hebben.’
‘Ik ben je een verklaring schuldig,’ zei hij, nadat hij even had nagedacht. Hij realiseerde zich dat het hem niet gemakkelijk zou vallen om die te geven. Kara was in alle opzichten de tegenpool van zijn ex-vrouw. De twee vrouwen verschilden van elkaar als dag en nacht. Kara was onschuldig en eerlijk, zijn vrouw was ontrouw en een intrigante.