Op zaterdag ontmoette Darcy antwoordnummer 1143, Albert Booth, voor een brunch in het Victory Café. Ze schatte hem op een jaar of veertig. Uit hun telefoongesprek had ze kunnen vernemen dat hij volgens zijn advertentie computerdeskundige was, hield van lezen, skiën, golfen, walsen, ontspannen museumbezoek en luisteren naar muziek. Hij had ook gezegd dat hij veel gevoel voor humor had.
Dat, concludeerde Darcy nadat Booth haar had gevraagd of ‘het ontmoeten van een antwoordnummer haar het gevoel gaf een vraagteken te zijn’, deed de waarheid meer dan geweld aan. Tegen de tijd dat ze haar eerste kop koffie op had, twijfelde ze bovendien aan nagenoeg al het andere dat hij had beweerd, behalve de computerdeskundigheid. Hij had een week uiterlijk, waarin geen skiër, golfer, danser of wandelaar te herkennen viel.
Hij sprak uitsluitend over het verleden, het heden en de toekomst van computers. ‘Veertig jaar geleden vulde een computer twee grote vertrekken met omvangrijke apparatuur om te doen wat tegenwoordig die ene computer op je bureau doet.’
‘Ik heb er vorig jaar pas een gekocht.’
Hij keek geschokt.
Tijdens het eten van eggs benedict gaf hij uiting aan zijn afkeer voor de wijze waarop slimme studenten met studieresultaten knoeiden door computersystemen te kraken. ‘Ze zouden vijf jaar gevangenisstraf moeten krijgen. En ook nog een fikse boete moeten betalen.’
Darcy was ervan overtuigd dat schending van het Allerheilige of van het godshuis in zijn ogen geen zwaarder vergrijp zou zijn geweest.
Tijdens de laatste kop koffie eindigde hij ten slotte met een uiteenzetting van zijn theorie dat toekomstige oorlogen zouden worden gewonnen of verloren door experts die in staat waren vijandelijke computers te kraken. ‘Verander alle cijfers, als je begrijpt wat ik bedoel. Je denkt dat je tweeduizend kernkoppen in Colorado hebt. Iemand verandert dat in tweehonderd. Je hebt legers opgesteld. De statistische gegevens veranderen. Waar is de vijfde divisie? De zevende? Je weet het niet meer. Waar of niet?’
‘Waar.’
Booth glimlachte plotseling. ‘Je kunt goed luisteren, Darcy. Er zijn maar weinig vrouwen die dat kunnen.’
Het was de opening die ze nodig had. ‘Ik ben nog maar pas begonnen met het beantwoorden van contactadvertenties. Je ontmoet vast allerlei soorten mensen. Welke types kom je het meest tegen?’
‘De meesten zijn nogal saai.’ Albert boog zich over de tafel. ‘Zeg, wil je weten met wie ik twee weken geleden uit ben geweest?’
‘Wie?’
‘Met de vrouw die werd vermoord, Erin Kelley.’
Darcy hoopte dat ze niet te sterk zou reageren. ‘Wat was zij voor type?’
‘Knappe vrouw. Aardig. Ze piekerde ergens over.’
Darcy pakte haar koffiekopje. ‘Heeft ze je verteld waarover ze piekerde?’
‘Inderdaad. Ze zei dat ze bijna klaar was met een halssnoer, dat het haar eerste belangrijke opdracht was, en dat ze op zoek zou gaan naar een nieuw appartement zodra ze haar honorarium binnen had.’
‘Om een bepaalde reden?’
‘Ze zei dat de beheerder van haar flatgebouw haar in het voorbijgaan altijd aanraakte en excuses zocht om in haar flat te komen. Op zoek naar een lekkage, een defect in de verwarming en meer van dat soort dingen. Ze dacht dat hij ongevaarlijk was, maar ze vond het toch griezelig toen ze hem aantrof in haar slaapkamer. Ik geloof dat het op de dag voordat ik haar ontmoette wéér was gebeurd.’
‘Vind je niet dat je dit aan de politie moet vertellen?’
‘In geen geval! Ik werk voor IBM. Ze willen daar niet dat een van hun werknemers ooit in de krant komt te staan, tenzij ze gaan trouwen of worden begraven. Als ik de politie informeer, gaan ze me natrekken. Waar of niet? Toch vraag ik me af... Vind je dat ik ze een anonieme brief zou moeten sturen?’
Het uitgebreide netwerk van de FBI schakelde over in de hoogste versnelling bij de speurtocht naar het verkooppunt van de hooggehakte avondschoen die naar het huis van Claire Barnes was gestuurd en het exemplaar dat aan de voet van Erin Kelley was aangetroffen. In het geval van Nan Sheridan had de politie vijftien jaar geleden ontdekt dat de avondschoen afkomstig was van een schoenenzaak aan Route 1 in Connecticut. Niemand kon zich toen herinneren wie hem had gekocht.
De schoen van Claire Barnes was duur, een Charles Jourdan, en werd door het gehele land verkocht in exclusieve zaken. Tweeduizend paar, om precies te zijn. Onmogelijk op te sporen. De schoen van Erin Kelley was een Salvatore Ferragamo, een gangbaar model.
FBI-agenten en rechercheurs van het politiedistrict New York gingen op zoek in warenhuizen, schoenenzaken en discountwinkels.
Len Parker werd binnengebracht om te worden ondervraagd. Hij begon onmiddellijk te tieren dat Darcy hem zo onfatsoenlijk had behandeld.