'O, Gavin is bang voor zijn papa,' hoonde de hufter.
'Ik ben niet bang voor hem. Ik vrees alleen dat ik opnieuw op mijn donder zal krijgen.'
'Bespaar jezelf de ruzie.' Dit zei de optimist die hun eerder zijn voorraad condooms had laten zien. 'Wacht tot hij naar bed gaat voordat je naar buiten sluipt.'
'Dat heb ik al geprobeerd. Hij is verdomme net een vleermuis. Hij heeft een ingebouwde radar of zoiets.'
Dit gesprek maakte de rotavond nóg rotter. Niemand kon hem opvrolijken vanavond, de tequila niet, en zelfs niet de terugkeer van de meisjes. En de kans was heel groot dat ze zich niet aan hun belofte hielden en niet terugkwamen. Waarom zouden ze hun tijd verspillen aan sukkels als dit zootje, als hij?
Hij stond op en zwaaide gevaarlijk heen en weer. 'Ik smeer 'm. Als ik geluk heb, is hij nog niet thuis. Hij is bij zijn vriendin.'
Hij baande zich een weg tussen de anderen door. Daarna sprong hij van de laadklep. Maar hij schatte de afstand tot de grond fout in en ook de zwakheid in zijn knieën, zodat hij languit op zijn buik in het stof viel.
Zijn nieuwe maten brulden van het lachen. Hij gierde het ook uit terwijl hij moeizaam overeind krabbelde. Zijn T-shirt was zó nat van het zweet, dat hij, toen hij probeerde het vuil weg te vegen, modderstrepen op zijn borstkas achterliet.
'Morgenavond,' zei hij tegen zijn vrienden terwijl hij wankelend wegliep. Waar had hij zijn auto neergezet?
'Vergeet niet dat het morgen jouw beurt is om drank mee te nemen,' riep Craig.
'Ik ben blut.'
'Pik het dan van je ouweheer.'
'Dat kan niet. Hij controleert de flessen.'
'Jeetje, is hij soms smeris in zijn vrije tijd?'
'Ik zal kijken wat ik kan doen,' bromde Gavin, en liep in de richting van het parkeerterrein.
'Wat als miss Hotpants je komt zoeken?' Dat riep de hufter tegen hem met eentonige stem. Zijn grijns was gemeen en irritant. 'Wat moeten we dan tegen haar zeggen? Dat je naar huis moest, naar je pappie?'
'Krijg de klere!'
Het joch begon hatelijk te lachen. 'Nou, jij zult niet uit de kleren gaan. Vanavond in elk geval niet.'
Een van de anderen bromde: 'Hou je kop, idioot.'
'Ja, hou op,' zei de condoomjongen.
'Wat? Wat moet ik doen?'
Craig sprak zachtjes. 'Ze heeft hem gedumpt.'
'O ja? Wanneer?'
Gavin liep door tot hij buiten gehoorsafstand was. Hij wilde niets meer horen.
Toen hij het parkeerterrein bereikte, spoorde hij zijn auto op. Het was niet zo moeilijk hem te vinden te midden van alle andere, omdat het een waardeloze kar was. Voor hém geen fantastische pick-up of sportwagen. O, nee, niets van dat al voor Gavin Mal- loy. En een motor kon hij wel vergeten. Dat zou niet gebeuren zolang zijn pa de baas was, en waarschijnlijk niet zolang hij nog ademhaalde.
Zijn auto was een praktisch vervoermiddel, zuinig in het gebruik en zo traag, dat zelfs een oud omaatje zich er veilig in zou voelen. Er werd van hem verwacht dat hij er dankbaar voor was.
Hij had de wind van voren gekregen toen hij zei dat hij er niet weg van was. 'Een auto is geen stuk speelgoed, Gavin. Of een statussymbool. Dit is een betrouwbare auto voor beginners. Als je bewezen hebt dat je verantwoordelijk genoeg bent om ervoor te zorgen en hem veilig te gebruiken, zal ik een duurdere overwegen. Tot die tijd...' Bla-bla-bla.
Hij schaamde zich dood voor het ding. Als het najaarssemester op zijn nieuwe school begon, zou hij waarschijnlijk worden uitgelachen op de campus omdat hij in deze oude brik reed. De allergrootste sukkel zou er niet mee gezien willen worden.
In zijn huidige toestand had hij niet het recht om ergens in te rijden. Hij was nog net nuchter genoeg om zich dat te realiseren. Hij concentreerde zich zo goed mogelijk op de middenstreep, maar dat leek zijn duizeligheid alleen maar erger te maken.
Hij was nog maar een paar blokken van zijn huis verwijderd toen hij gedwongen werd te stoppen, uit te stappen en over te geven. Hij braakte een golf tequila uit op het bloembed van een of andere pechvogel. Het braaksel vormde een fraaie, gekleurde kring rond de brievenbus. Als iemand morgen naar buiten kwam om de post uit de bus te halen, stond hem een walgelijke verrassing te wachten. Om maar te zwijgen over de postbode.
Gedesoriënteerd klom hij weer in zijn auto en reed naar het nieuwe huis dat zijn vader voor hen had gekocht. Het was zo gek nog niet. In feite vond hij het wel prima. Vooral het zwembad. Maar hij wilde niet dat zijn vader dat wist.
Tot zijn opluchting zag hij dat de auto van zijn pa niet op de oprit stond. Gavin zag hem er wel voor aan een val te hebben opgezet. Daarom sloop hij door de achterdeur het huis binnen en bleef even staan luisteren. Zijn vader zou hem graag willen betrappen, zodat hij hem voor langere tijd huisarrest kon geven, zijn zaktelefoon, computer en auto kon afnemen, en Gavins leven nog beroerder maken dan het al was.
Dat was het hoofddoel van zijn ouders in hun leven - het zijne ellendig maken.