Het is nog niet te laat om ervoor te zorgen dat ze zich nooit meer iets herinnert.
Shauna veerde geschrokken overeind. Haar telefoon ging. Ze keek op het klokje. 6.32 uur. Ze moest toch nog in slaap gevallen zijn.
Ze pakte haar telefoon op. Een sms-bericht. Voor zover ze wist hadden alleen Wayne en oom Trent haar nummer. Wayne sliep in de andere kamer van het gastenverblijf en Trent zou geen bericht versturen als hij haar ook gewoon zou kunnen bellen. Wie was het dan?
Van: Onbekend.
> Je bent omringd door leugenaars.
Shauna klapte de telefoon dicht.
Was het een bedreiging of een waarschuwing?
Of ze liegt al die tijd dat het gedrukt staat of jullie zijn er niet in geslaagd om…
Ze legde haar hand op het nachtkastje om in evenwicht te blijven toen ze overeind kwam. Pillenflesje nummer vier viel met een klap op de grond – haar hart bonsde – en rolde toen onder het kastje. Ze herinnerde zich een deel van het gesprek met dokter Carver.
Wissen de medicijnen herinneringen uit?
Nee, deze medicijnen werken door de intensiteit van emoties die met je geheugen in verband staan, te onderdrukken.
Shauna ging op handen en knieën zitten en tastte naar het flesje, de telefoon nog steeds in haar andere hand geklemd. Hoe kwam het dan dat haar dagen gevuld waren met hevige emoties en onduidelijke herinneringen? Waarom zat haar hoofd vol bedrieglijke visioenen – of hoe dokter Harding die dan ook noemde – in plaats van de realiteit?
En nu angst.
Toen ze het flesje gevonden had, staarde Shauna ernaar. Ze wist niet eens wat er in zat. Ze schroefde de dop eraf en bekeek een tabletje, een klein oranje ding dat er even onschuldig uitzag als een aspirientje.
Was dokter Carver ook een leugenaar?
Shauna deed een gok. Ze gooide haar dosering pillen voor de ochtend in haar hand en spoelde ze door het toilet.
Wat zou ze zich niet mogen herinneren?
Ze klapte haar telefoontje weer open en probeerde het bericht te beantwoorden.
Wat bedoelt u?
Onbekende ontvanger. Onbestelbaar.
Haar handen beefden.
Probeerde iemand haar kwaad te doen?
Wayne?
Echt, nu. Als Wayne haar kwaad wilde doen, lagen de mogelijkheden voor het oprapen.
Was Wayne haar bewaker?
Het is nog niet te laat om ervoor te zorgen…
Er klopte allemaal niets van.
Shauna ging om kwart voor zeven naar de keuken, waar Khai thee aan het zetten was. Khai, die de indruk wekte dat Wayne een twijfelachtig karakter had. Of was het juist Khai voor wie Shauna op haar hoede moest zijn?
‘Weet je wie de spullen in mijn appartement heeft ingepakt?’ vroeg Shauna zonder haar te begroeten.
‘Ja.’
Shauna was er zo zeker van geweest dat Khai een ontkennend antwoord zou geven dat ze een extra seconde nodig had voor het tot haar doordrong dat ze ja had gezegd.
‘Waarom wil je dat weten?’ vroeg Khai.
Pas toen drong de werkelijke reden die achter de vraag schuilging tot haar door – omdat Wayne het wilde weten.
‘Ik kan mijn laptop niet vinden en ik heb hem nodig.’
Khai schepte wat blaadjes jasmijnthee in het filter en zette die toen op de theepot. Toen pakte ze de ketel van het fornuis en goot het kokende water op de bladeren.
‘Ik ben er vrij zeker van dat mevrouw McAllister die heeft meegenomen.’
Meegenomen? Heeft Patrice aan mijn spullen gezeten?
‘Ik heb haar geholpen.’
‘Waarmee heb je geholpen?’ Wayne stond in de deuropening. Hij rekte zich uit en keek naar de theepot. ‘Dat ruikt heerlijk, Khai.’
Khai bedekte de theepot met een theemuts en zette hem op tafel. ‘Shauna vroeg wie haar spulletjes heeft ingepakt.’
‘De senator heeft toch een verhuisbedrijf ingeschakeld?’ zei Wayne.
Shauna fronste haar voorhoofd. Als hij het al wist, waarom had hij er dan naar gevraagd?
‘Twee verhuizers hebben het zware werk gedaan,’ zei Khai.
Wayne sloeg zijn armen over elkaar en ging op een van de houten stoelen zitten. ‘Zie je wel?’ zei hij tegen Shauna. ‘Ben je iets kwijt?’
‘Ik eh… ik zocht mijn laptop. Ik wil om een verslag van het ongeluk vragen. Via internet.’
‘Ik bel Joe Deleney wel om een afschrift,’ zei Wayne. ‘Daar is een advocaat voor.’
Shauna, opnieuw in verwarring gebracht, draaide zich op haar hielen om en verliet de keuken. Ze wist niet meer wat ze moest vragen of wie ze kon vertrouwen om de juiste antwoorden te krijgen.
‘Shauna?’ hoorde ze Wayne roepen, maar ze kon niet antwoorden.
Nadat ze een uur gewacht hadden tot meneer Delaney zou terugbellen, vroeg Shauna aan Wayne of hij haar alsjeblieft mee uit huis wilde nemen.
‘Laten we naar mijn appartement gaan. Misschien roept dat herinneringen op,’ zei ze, door de kamer heen en weer lopend.
Wayne ging in de fauteuil zitten voordat hij antwoord gaf. Hij scheen haar irritatie op te merken, wat haar nog zenuwachtiger maakte. ‘Ik ben er vrijwel zeker van dat daar nu iemand anders woont. We kunnen niet zomaar binnenlopen.’