Wat moest ze in die tussentijd doen?
Nu wachtte ze op oom Trent, die erop had gestaan om midden in de nacht met zijn privétoestel naar haar toe te vliegen om haar borg te komen betalen. ‘Dat is de plicht van een vader,’ had hij haar via Wayne laten weten.
Dat was het. Dat was het.
Ze sloot haar ogen, weifelend of ze moest proberen wat te gaan slapen of dat ze iets moest bedenken om haar ernstige fouten van de laatste tijd goed te maken.
‘Laten we maken dat we hier wegkomen, Shauna.’ Waynes zachte stem maakte haar wakker en bij het geluid van de traliedeur die open schoot, veerde ze overeind. Hij had een jas voor haar bij zich.
Oom Trent kwam met een uitgestrekte hand de cel binnen, hielp haar van de bank en omhelsde haar. Zijn ronde gezicht was gerimpeld en voelde aan als een babyhuidje en zijn mond krulde in een onafgebroken glimlach omhoog. Hij droeg op deze kille oktoberdag zijn kenmerkende coltrui en blazer en gedroeg zich zoals altijd, of hij nu thuis was of op kantoor. Zijn korte witte haar streelde haar wang als fluweel.
‘Maak je maar nergens zorgen over, kind. Dit gaat allemaal snel voorbij.’ Ze sloot haar ogen. In de veiligheid van zijn omhelzing was het gemakkelijk om hem te geloven. ‘Houd je gedeisd als je in het huis van je vader bent tot je weer helemaal gezond bent. Wayne blijft bij je in de buurt om ervoor te zorgen dat je alles krijgt wat je nodig hebt.’
‘Ik ga liever naar huis. Ik bedoel mijn eigen huis.’
‘Kind,’ zei Trent, ‘een paar weken na het ongeluk heeft je vader de huur van je appartement opgezegd. Hij heeft al je spulletjes in laten pakken en op laten slaan.’
Shauna kon niet geloven wat ze hoorde.
Ja, toch wel.
‘Hij is echt van plan om je tijdens je herstel goed in de gaten te houden en voor je te zorgen.’
Hoe zou hij dat moeten doen? Een man die campagne voert om president te worden, heeft alleen maar tijd om zijn eigen belangen te behartigen.
‘Landon en Patrice willen mij niet bij hen in de buurt hebben.’
‘Het huis is groot genoeg om elkaar te ontlopen. En Wayne kan je helpen.’Wayne knikte.
Shauna bloosde.
‘Goed dan.’ Hij drukte een vaderlijke kus op haar voorhoofd. ‘We willen alleen maar het beste voor je.’
‘Oom Trent, het spijt me als ik u op die avond van het feestje in verlegenheid gebracht heb.’
‘Dat kunnen we maar beter vergeten.’
Ze moest erom glimlachen. ‘Ja, dat denk ik ook.’
In het hoofdkantoor namen zij en Wayne afscheid van Trent. Wayne haalde een keer diep adem, draaide zich naar haar toe en keek haar aan.
‘Hoe gaat het?’
‘Beter nu jij bij me bent.’
Wayne trok zijn wenkbrauwen op en hield zijn hoofd een beetje scheef. ‘Miste je me nu al?’
Ze sloeg haar ogen neer, in verwarring gebracht door haar eigen bekentenis. Ze voelde zich bij hem op haar gemak, zoals bij een oude vriend, maar toch kende ze hem nauwelijks. Misschien was haar onderbewustzijn hard aan het werk.
‘Is er een achterdeur?’ vroeg ze.
‘Dat is al geregeld,’ zei hij. Hij hielp haar in haar jas. ‘Die heb je nodig, want het regent.’
Ze stak haar handen in haar zakken en toen hij haar meenam naar het midden van het gerechtsgebouw en ze de lange marmeren gang door liepen, bleef ze met haar hoofd naar beneden dicht langs de muur lopen. Ze wreef met haar vingers langs de voering om ze warm te maken.
Na drie trappen kwamen ze via de achterdeur op een smal betonnen paadje dat tussen twee gebouwen doorliep. De miezer van gisteravond was overgegaan in een lichte regen die loodrecht naar beneden viel.
‘Deze kant op,’ zei Wayne terwijl hij haar hand pakte. Ze liepen naar de parkeerplaats aan het eind van de overdekte passage. Tussen hen en de parkeerplaats in stond een blonde man in een beige regenjas tegen een muur geleund met een pakje sigaretten te spelen.
Wayne trok haar haastig met zich mee, maar toen ze langs hem liepen, stapte de man plotseling naar voren het paadje op en liet zijn pakje sigaretten vallen. Ze struikelde en de vreemdeling pakte haar bij haar middel om te voorkomen dat ze zou vallen.
‘Ik ben niet zo’n goede danser, mevrouw McAllister.’ Shauna, geschrokken dat hij haar naam kende, keek op naar Wayne. ‘Neem mij niet kwalijk dat ik u lastigval.’
Wayne trok haar naar zich toe.
‘Mevrouw McAllister, ik zou u graag een paar vragen stellen over…’
‘Mevrouw McAllister heeft geen commentaar,’ zei Wayne terwijl hij Shauna om de man heen probeerde te leiden.
‘Heel even maar,’ hield hij aan terwijl hij voor Wayne ging staan. Hij was minstens tien centimeter langer dan Wayne en aanzienlijk zwaarder.
‘Gaat u alstublieft opzij.’
‘Vertrouwelijk.’