Home>>read Krijgsraad free online

Krijgsraad(77)

By:Sven Hassel


Maar God is niet op Hofmanns hand. Op zijn tenen springt Wolf verder tot hij ongedeerd droge grond bereikt. Daar blijft hij op een grote steen stilstaan.

Wang, een van zijn Chinezen, komt aansnellen met een doek om de laarzen van 550 mark zorgvuldig te poetsen. Chef-mecanicien Wolf beschouwt deze laarzen als een belangrijk onderdeel van zijn imago. Glanzend gepoetste en met de hand vervaardigde laarzen behoren tot de uiterlijke attributen van een big-boss. Alleen Untermenschen en sukkels lopen in dienstlaarzen. Hij trekt zijn op maat gemaakte leigrijze uniform strak, dat ook niet door de foerier is verstrekt, hoewel die handeling volkomen overbodig is. 'Heil Hitler!' zegt hij ironisch, als hij het compagniesbureau binnenstapt. Zonder te vragen steekt hij een van Hofmanns reusachtige sigaren op.

Hofmann doet geen enkele poging zijn gevoelens te verbergen. Hij zou niets liever doen dan die sigaar door Wolfs strot stampen.

'Ik kan me niet herinneren dat jij het laatste kwartaal bent afgekomen met een termijn én met de rente voor die lening van jou,' begint Wolf, een begerige hand ophoudend.

'Vandaag hebben we belangrijker zaken te bespreken,' valt Hofmann hem arrogant in de rede.

'Ik zou niet weten wat dat zou kunnen zijn,' antwoordt Wolf, terwijl hij op de rand van Hofmanns bureau gaat zitten. 'Maar misschien zou je graag bezoek willen krijgen van mijn incasseerder?'

'Hoeveel?' vraagt Hofmann zuur, zich achter het oor krabbend.

'Dat weet jij donders goed,' glimlacht Wolf sluw. 'Je hebt zeker wel gehoord wat staf-wachtmeester Brinck is overkomen, die twee weken achter was met zijn termijnen en rente?'

'Woekeraar!' snauwt Hofmann, maar de spieren van zijn gezicht trillen nerveus. Hij kent het verhaal over staf-wachtmeester Brinck, die onder onverklaarbare omstandigheden een oor is kwijtgeraakt, dat hij in een pakje per militaire post kreeg teruggestuurd. Het gerucht ging dat de partisanen dat hadden gedaan, maar in werkelijkheid was de man van tachtig procent ervoor verantwoordelijk. En niet voor het eerst!

Hofmann trekt een lade open en reikt Wolf een grote, grijze enveloppe aan.

De bankbiljetten worden zorgvuldig geteld en ze worden stuk voor stuk tegen het licht gehouden.

'Dacht je soms dat ik ze zelf heb gemaakt?' vraagt Hofmann bijtend.

'Nee, daar ben jij veel te stom voor,' antwoordt Wolf brutaal. 'Jij bent van het soort dat ze in de hand gedrukt krijgt!'

'Ze hebben me gebeld vanuit Paderborn,' zegt Hofmann somber. 'Het schijthuis staat in de fik!'

'Stuur dan de brandweer,' oppert Wolf onbekommerd. 'Daar zijn ze tenslotte voor!'

Porta slaat dubbel van het lachen en ramt met beide vuisten op het bureau.

'Stelletje lolbroeken, hè? Over een minuutje staan jullie weer met beide benen op de grond,' belooft Hofmann dreigend. Hij is de wrekende gerechtigheid in eigen persoon. 'Het vervalsen van persoonsbewijzen is een zeer ernstige zaak. Dat kan iemand de kop kosten! Het minste dat je ervoor kunt krijgen is een lange, lange tijd in de kooi.'

'We zullen je ieder jaar, zolang je in Torgau zit, een kerstkaart sturen,' belooft Wolf, 'en we zullen je ook een brief meegeven voor IJzeren Gustav, om ervoor te zorgen dat hij je niet al te hard behandelt.'

'Als ik naar Torgau ga,' brult Hofmann met stentorstem, terwijl hij op iedereen de indruk maakt van een oververhitte boiler waarvan hoognodig de veiligheidsklep moet worden opengezet, 'gaan jullie mee! Het hele zootje! Ik zal ze alles vertellen wat ik weet – en wat ik niet weet, daar zal ik wel naar raden! Tussen haakjes, wisten jullie dat de straf voor zwarte handel de dood is?'

'Je méént het!' glimlacht Wolf vrolijk.

'Herr Hauptfeldwebel kent misschien iemand die spullen op de zwarte markt verpatst?' vraagt Porta met een huichelachtig glimlachje.

Wolf hinnikt van enthousiasme.

'Maak me nou niet kwaad, Porta!' dreigt Hofmann, die zich weer terug laat vallen in zijn Amerikaanse bureaustoel. 'Ik vaag jullie weg van de aardbodem, net als de schijtluizen die jullie zijn!' Hij haalt een geoliede revolver uit een bureaulade en zwaait ermee naar Porta en Wolf.

'Waarom begin je niet met jezelf neer te paffen?' provoceert Wolf hem. 'Dat zou dan één moeilijkheid minder voor de compagnie zijn!'

'Een Hauptfeldwebel hoeft niet zijn toevlucht tot zulke stommiteiten te nemen!' brult Hofmann uitzinnig. 'Beledig me nog één keer in het bijzijn van ondergeschikten en je zult ervan lusten! Jij mag dan de chef-mecanicien van de vijfde compagnie zijn, maar ik ben de vijfde compagnie!'

'Mag ik je alsjeblieft even aanraken?' zegt Wolf met gespeeld ontzag, terwijl hij zijn hand uitsteekt. 'Jij bent een grote kerel, maar ook met grote kerels kan van alles gebeuren, zie je!'

'Hij zou bijvoorbeeld opgeblazen kunnen worden,' sist Porta, zijn enige tand ontblotend.

'Dreigen jullie soms met het vermoorden van jullie Hauptfeldwebel?' tiert Hofmann, met zijn revolver op het bureau hamerend. 'Ik kan jullie allemaal even gemakkelijk voor de krijgsraad gooien als knipogen! Bekijk jullie strafblad maar eens! Er staat genoeg in om iedere advocaat steil achterover op z'n reet te laten vallen!' Hij bladert Porta's dossier door. 'Na drie maanden dienst in het munitiedepot in Bamberg werd je naar de militaire gevangenis te Heuberg gestuurd, omdat ze tot de conclusie gekomen waren dat jij moest worden vastgeketend. Arsenicum en ouwe kant! Verschillende keren. Overal in het dossier staat: leugenachtig, onbetrouwbaar, arglistig – enzovoort, enzovoort.' Hij smijt Porta's dossier met een uitdrukking van walging op zijn gelaat weer in de lade. 'Hier, dan kun jij je eigen dossier lezen,' zegt hij, Wolfs dossier naar hem toeschuivend.