'Jullie blijven hier!' schreeuwt Gregori hysterisch. 'Ik schijt op dat koren van jullie, begrepen!'
'Vergis je nou niet,' zegt Sjenta. 'Die Duitsers zijn gevaarlijk! Laten we de honden inspannen en hier vlug vandaan gaan. Dan zullen de Duitsers teleurgesteld zijn en is er hier geen enkele Rus die op zijn dood zit te wachten.'
'Vluchten is laf!' protesteert Gregori zwakjes. 'Stalin heeft bevolen dat verdomme ieder van ons, mannen én vrouwen, die fascisten moeten doden waar we ze ook tegenkomen. En haal je maar niet in je hoofd om je door die fascisten krijgsgevangen te laten maken. Ze snijden je je lever uit je lijf en verslinden hem rauw. Ik heb er in de polittroek-school te Moermansk foto's van gezien, dus het is niet alleen maar propaganda.'
'Dan wordt het hoog tijd dat we wegkomen,' vindt Sjenta, die haar vilten vest aantrekt. 'Ik ben veel te gek op mijn lever om hem door een of andere Duitse hoerenzoon op te laten vreten!'
'Jij blijft hier,' zegt Gregori, terwijl hij zijn machinepistool op haar richt. 'Vanaf dit moment staan jullie onder de krijgstucht – en ben ik de wet hier! Jullie hebben onder het Sovjetstelsel goeie jaren beleefd; nu mag je de slechte óók meebeleven!'
'Val jij toch dood in een rol prikkeldraad, Gregori!' brult ze minachtend. 'Jou kennen we! Jij gaat er als een haas vandoor zodra de eerste Duitser aan de horizon verschijnt!'
Opnieuw zitten ze een poosje in gespannen stilte te drinken om moed te verzamelen. Sommigen proberen de Lap te laten bekennen dat hij alles heeft gedroomd. Maar hij blijft strak en stijf volhouden dat hij Duitsers heeft gesproken.
Gregori kondigt de noodtoestand af en vanaf dat ogenblik zijn in 'De rode engel' alle consumpties gratis en voor niks. Ze verdelen zich in kleine gevechtsgroepen en voor de burgerwacht wordt alarmfase rood afgekondigd.
'Het contact met de vijand kan ieder moment worden verwacht,' roept Gregori met veel pathos, terwijl hij diep in zijn innerlijk het onechte van zijn moed voelt, tot in iedere vezel van zijn lichaam. Stiekem zit hij te hopen dat de Duitsers het dorp voorbij zullen trekken, omdat het in een diep dichtgesneeuwd dal ligt.
Er wordt hard op de deur gebonsd. Iedereen kruipt dicht opeen, bang dat het de Duitsers zijn. Maar het is alleen maar Julia, die altijd op iedere deur bonst, onverschillig of ze erin wil of eruit gaat. 'Je moet thuiskomen,' roept ze druk gebarend naar Gregori, 'er is iemand die jou wil spreken!'
'Ik heb geen tijd om met iemand te spreken,' brult Gregori terug.
'Praat geen onzin! Thuiskomen, of ik zal jouw oortjes eens warmen! Denk maar niet dat jij iets voorstelt, alleen omdat je een uniform draagt!'
Iedereen in het dorp is een beetje bang voor Julia. Zij is de dorps-baboesjka die de toekomst kan voorspellen en ziekten kan genezen.
'Wie wil mij dan spreken?' vraagt Gregori timide.
'Dat zul je wel zien als je thuis bent,' antwoordt baboesjka Julia laconiek.
'Zeg hem dan maar dat hij zal moeten wachten,' zegt Gregori. 'Ik kom pas thuis als ik de Duitsers heb uitgeroeid!'
'Jij bent niet goed bij je hoofd,' zegt Julia. Als de baboesjka de deur uitloopt bonst ze er flink hard tegenaan.
Sjenta hangt een partij-missive op het mededelingenbord:
Towaritsjs, iedere stap achterwaarts is laf en oneervol!
Het betekent de DOOD!
Boven het kabaal van de storm uit horen ze een machinepistool ratelen.
Het volgende ogenblik heeft iedereen achter een stoel of onder de tafel dekking gezocht.
Op een of andere mysterieuze manier is Sjenta erin geslaagd om al haar overtollige kilo's vet onder de tapkast te wringen. Sofija rent als een kip zonder kop naar buiten, naar het kolenhok. Onder het rennen scheurt ze het partij-insigne van haar bloes en smijt het weg. Het burgerwachtersembleem van Fjedor gaat dezelfde weg. 'Er zijn moeilijke tijden op komst,' vertrouwen ze elkaar toe, 'en niemand kan met enige zekerheid zeggen wie deze oorlog gaat winnen!'
Even later blijkt dat het alleen maar Sanja, de pelsjager is, die met zijn nieuwe machinepistool heeft staan schieten. Hoog torent hij in de deuropening op. Hij bukt zich om onder de tafel te kijken, waar Gregori op zijn hurken is weggekropen, met zijn handen over zijn oren.
'Kom naar buiten, kameraad! Die Duitsers zitten daar in de sneeuw te wachten totdat ze worden doodgeschoten!'
Langzaam kruipen ze uit hun schuilhoeken te voorschijn en na een paar stevige glazen wodka begint Gregori zich weer de geboren militaire commandant te voelen. Hij besluit om twee vooruitgeschoven posten uit te zetten. Na een lang palaver over de plaats waar ze zich moeten opstellen begeven ze zich traag en met duidelijke tegenzin naar de aangegeven posities.
Twee mannen dragen het watergekoelde Maxim-machinegeweer met zich mee, maar zodra ze buiten komen worden ze door de storm van de sokken geblazen. Het duurt niet lang voor ze terug zijn in 'De rode engel' – waar iedereen het erover eens wordt dat ze hier net zo goed op de Duitsers kunnen zitten wachten als buiten, waar ze alleen maar het risico lopen te zullen doodvriezen nog voor de Duitsers er zijn. Gregori heeft echter bij de burgerwacht in Moermansk geleerd dat het van groot belang is een schildwacht uit te zetten.