Hij duwde haar open, maar zonder in haar te komen. Ze veerde op zodra hun intieme delen elkaar raakten. Hij wreef zijn erectie over haar gevoeligste plekje, steeds sneller. Ze kreunde luid, snikte bijna.
Plagend wisselde hij zachte duwtjes af met draaiende bewegingen, steeds weer opnieuw, zonder haar echt te nemen.
Leunend op haar ellebogen kwam ze half overeind, buiten adem, hijgend, met een wilde blik in haar hemelsblauwe ogen. Een blik die hem uitnodigde met haar te doen wat hij wilde.
Onverstoorbaar bleef hij haar prikkelen, steeds sneller, tot ze schreeuwend achteroverviel. Kronkelend en schokkend over haar hele lichaam beleefde ze een verpletterend orgasme.
Haar zo te zien opgaan in genot, genot dat hij haar had bezorgd, deed zijn hart bonzen van trots, van opluchting, van een onbeheersbare lust naar meer. Hij was al verslaafd aan de aanblik, aan de ervaring. Hij wilde het opnieuw. En hij begon er aan te werken.
Hij streelde haar teder, sussend. Met tranen in haar ogen sloeg ze hem gade, terwijl hij haar intiemste plekjes liefkoosde, haar opwond, haar opnieuw in extase bracht.
Al snel begon ze hem onsamenhangend te smeken. ‘Nee, niet meer…
Jij… Jij… Neem me, neem me, daheenah, nu…’
‘Aih, nu. Ik zal je nu nemen, je opeisen, je brandmerken. Ik zal je laten genieten tot je tranen van vervulling huilt, ya talyeti.’
109
Hij schopte zijn broek uit, ging op zijn knieën zitten en pakte haar bij haar billen. Toen hij op het punt stond om haar te nemen, raakte een gedachte hem als een mokerslag.
Hij kón haar niet nemen.
Sidderend, krachteloos, zonk hij op haar neer.
Ze gaf een gil, probeerde hem aan te sporen, maar hij weerstond haar.
‘Pas wanneer we terug in de hoofdstad zijn, kan ik je nemen.’ Hij streek troostend haar haren van haar voorhoofd. ‘Maar ik zal je nu op veel andere manieren laten genieten.’
Het begrip in haar ogen werd gevolgd door een langzame, verleidelijke glimlach. Ze trok hem hartstochtelijk tegen zich aan, kuste hem en murmelde: ‘Je kunt me wel nemen. Het is veilig. Nog minstens een week. Geloof me maar. Ik ben arts.’
Dus dit was een veilige periode voor haar. Hij wenste bijna dat het niet zo was, en dat hij toch met haar zou vrijen. ‘Ik vertrouw je, ya habibati, met mijn leven. Het gaat me alleen om jou.’ Ze knikte, de liefde in haar ogen benam hem bijna zijn verstand. Hij streelde haar teder. ‘Ik ben ook veilig.’
Ze beet zacht in zijn kin, als straf omdat hij het nodig vond dat te zeggen. Ze wist dat hij haar nooit in gevaar zou brengen, dat hoefde ze niet van hem te horen.
Ze stak haar armen uitnodigend naar hem uit, trillend van verlangen.
Het was te veel. Hij wilde te veel. Hij wilde haar helemaal. Nu meteen.
Hij hoorde zichzelf angstaanjagend grommen, terwijl hij zijn tanden blindelings in haar lichaam zette. Ze raakten haar waar haar hals overging in haar zachte sterke schouder, net als die keer tijdens hun tocht door de woestijn. Ze wierp haar hoofd achterover, gaf hem de ruimte. Hij maakte er gebruik van.
Het scheelde maar een haar of hij verviel in razernij. Hij probeerde uit alle macht zijn opwinding te beteugelen.
Toen maakte ze het hem onmogelijk zijn hartstocht in te tomen.
‘Laat me zien hoezeer je naar me verlangt.’ Haar stem klonk hees en uitdagend. ‘Geef me alles, neem alles, drijf me tot het uiterste. Ik kan de leegte niet meer verdragen… Kom in me.’
110
Grommend gaf hij toe. Hij greep haar bij de haren, trok haar hoofd achterover om haar te verslinden. Ze slaakte een kreet vol overgave.
Hij drukte haar in de dunne matras en stootte met een krachtige beweging diep in haar.
Hun lichamen golfden, hun ruggen hol en dan weer bol. Wijd opengesperde monden gaven geluidloos uiting aan de extase van het moment, aan onverdraaglijk genot, aan hun vervulling. Eindelijk.
Met een kreet trok hij zich terug. Ze omvatte hem met haar strakke vochtige vrouwelijkheid, zette zacht jammerend haar nagels in zijn billen, zijn terugkeer eisend. In haar ogen zag hij alles waarvoor hij wilde leven.
Hij begon te bewegen, hard, steeds sneller, tot haar kreten verstikten in gekweld gejammer. Haar lichaam schokte. Ze verkrampte om hem heen, in een ongecontroleerd wild ritme. Stamelend fluisterde ze zijn naam, terwijl de tranen over haar wangen stroomden.
Hij bleef in haar bewegen tot ze alleen nog krachteloos natrilde. Toen liet hij haar zien hoe groot zijn begeerte was, hoezeer ze hem in haar macht had.
Hij riep haar naam. Eindelijk gaf hij zich over aan haar, aan een verrukking die beangstigend was in zijn intensiteit, een hoogtepunt dat uitmondde in golven van puur genot. Toen zonk hij krachteloos in haar armen.
Nog steeds hard. Verlangend naar meer.
Dat deed er niet toe. Hij moest haar even tijd gunnen.
Hij wilde zich terugtrekken, maar ze protesteerde en klampte zich aan hem vast.