De mannelijke dokter die had geholpen met Doreen werd opgedragen aan het werk te gaan, terwijl de anderen besloten wat ze zouden doen met dokter Lamont.
Uren later werd ik wakker in de logeerkamer bij de ziekenboeg. Ik ging op onderzoek uit en zag dat de dokter druk bezig was in de ziekenboeg met de anderen die gewond waren geraakt in de strijd.
‘Ga weer naar bed, Ella,’ beval hij.
Ik nam niet de moeite hem te corrigeren. Ella, Trella of Sadie – op dat moment kon het me niet schelen. In plaats daarvan zei ik: ‘Alle bedden zijn vol. Je hebt mijn hulp nodig.’
Hij keek om zich heen. ‘Gelukkig geen ernstige gevallen. En er zijn maar een paar Opper Cops gerecycled. Je hebt rust nodig. Als de gemoederen eenmaal een beetje bedaard zijn, wordt het hier nog… interessant.’
Ik schuifelde terug naar mijn kamer. Ik bedacht me dat mijn taak erop zat en dat de anderen nu even de rest mochten uitzoeken.
Toen ik voor de tweede keer wakker werd, zat Riley op de rand van mijn bed. Hij straalde alsof hij iets wist wat ik niet wist.
‘Wat is er?’ vroeg ik.
‘Je ziet er veel beter uit.’ Hij streek een haarlok uit mijn gezicht.
‘Je bent vast niet gekomen om me dat te vertellen.’
‘Nee, maar ik vind het wel fijn om te zien. Vooral na… je weet wel… Vinco.’
Ik huiverde bij de herinnering aan zijn kwaadaardige mes. Snel raakte ik de pijnlijke plek in mijn hals aan, in het besef hoeveel erger het had kunnen zijn. ‘Bedankt dat je me gered hebt.’
‘Graag gedaan.’ Weer zo’n brede lach.
Ik werkte mezelf omhoog tot ik zat. ‘Oké, Riley. Zeg nou maar wat er aan de hand is.’
‘Ik heb mijn broer gevonden.’
‘Geweldig. Hoe – nee, laat me raden. Je bent naar de onderste niveaus gegaan met Mama Schaap en je hebt de man gevonden die Papa Schaap nog steeds had?’
‘Ja. De familie Schaap is weer compleet. Hij heet Blake, en hij werkt in de keuken.’ Hij straalde.
Ik keek hem aandachtig aan. ‘Je hebt nog meer nieuws.’
Deze keer was zijn lachje nerveus. ‘Ik hoop…’ Hij haalde een ketting uit zijn zak. ‘…dat we een verbintenis kunnen aangaan.’
Een golf van angst sloeg door me heen. ‘Bedoel je partners worden?’
‘Nee. Althans, nog niet. Het is bij ons traditie dat je een geschenk geeft, als eerste stap. Een soort symbool dat zegt dat we gaan kijken hoe goed we het met elkaar kunnen vinden.’ Hij legde de ketting in mijn hand.
Het was een dunne ketting met een zilveren hangertje. ‘Een schaap?’ vroeg ik.
‘Ik vond het wel gepast, gezien de gebeurtenissen.’
Er was zoveel gebeurd, en Binnen zou nooit meer hetzelfde zijn. Maar de gedachte dat ik voortaan Riley aan mijn zijde zou hebben gaf me een veilig, geborgen gevoel.
‘En hoe moet ik dat aanbod accepteren?’ vroeg ik.
‘Door die ketting te dragen.’
Vol bewondering bekeek ik de details van het schaap. ‘Weet je het zeker? Je weet lang niet alles van me –’
‘Ik weet wel dat het voelde alsof mijn hart was versnipperd toen ik jou vond in onze opslagruimte, bloedend en bewusteloos. En je achterlaten in die cel met Vinco was het moeilijkste wat ik ooit heb gedaan.’ Hij sloeg zijn arm om me heen en trok me naar zich toe. ‘We kunnen het langzaamaan doen. We hebben alle tijd.’
Hij kuste me. Er ging een siddering door me heen, die niet ophield toen hij zich terugtrok. Mijn mond tintelde.
‘En wat is je antwoord?’ vroeg hij.
Ik kuste hem, en voor het eerst genoot ik van het geluksgevoel dat in me opbloeide. Veel te snel naar mijn zin lieten we elkaar weer los.
‘Ik neem aan dat dat “ja” betekent.’ Riley maakte de sluiting van de ketting los. ‘Het is bij ons ook traditie dat je zo’n hanger zelf maakt, maar ik heb wel hulp gehad van Logan en Anne-Jade.’ Hij legde de ketting om mijn nek, maakte hem vast en streek mijn haren opzij.
Ik voelde aan het schaap. ‘Logan en Anne-Jade? Is het een van hun apparaatjes?’
‘Ja. Maar,’ voegde hij er haastig aan toe, ‘het staat niet aan. Als je ooit in de problemen zit en hulp nodig hebt, knijp dan in het schaap. Dan zendt het een signaal uit. Door dat signaal weten we waar je bent, zodat we hulptroepen kunnen sturen.’
Ik lachte. ‘Denk je echt dat dat nu nog nodig is?’
‘Ik weet misschien niet alles van je, maar ik weet wel dat als er ergens problemen ontstaan, jij er middenin zit.’
Hij smoorde mijn protesten met nog een kus. Al snel vergat ik mijn verontwaardiging.
De overgang van de alleenheerschappij van de Trava’s naar een meer democratisch bestuur verliep niet vlekkeloos. Hoewel elke familie een vertegenwoordiger uitkoos en er van elke sloven-‘familie’ iemand aanwezig was bij de vergaderingen, bekeken veel oppers de sloven toch nog met argwaan. En de sloven maakten het proces op hun beurt moeilijk met hun wantrouwen en verbittering.