‘Niet grappig, Lamont. Bied liever aan om te helpen met onze zoektocht naar die sloof. Vergeet je verleden niet, dókter. Als je meewerkt, red je levens.’
‘Waarom zou ik meewerken? Ik heb geen kind meer waarmee je me kunt chanteren. Daar heb jij wel voor gezorgd.’
Interessant. Dat verklaarde waarom Lamont de hoofdcommandant zo haatte.
‘Ik kan vast wel een ander vinden om wie je geeft. Je stagiair, misschien? Hoelang overleeft ze het, met een gesprongen blindedarm?’
‘Wegwezen.’ Lamonts ijzige stem was zo scherp als haar scalpel.
‘Raak ik een gevoelige snaar? Je geeft veel te veel om anderen, Kiana. Niemand zal zo’n sloof missen. We hebben er nog veel meer beneden.’
Ik weet niet wat Lamont antwoordde, want mijn hoofd tolde van het feit dat Karla de dokter Kiana had genoemd. Maar er waren vast nog meer Kiana’s op de bovenste niveaus. Op de onderste niveaus waren er ook verscheidene sloven met dezelfde naam. Het zou ook een te groot toeval zijn.
Maar het klopte natuurlijk wel, allemaal. De ongemakkelijke blik van de dokter toen ik tijdens de eerste bijeenkomst van de Ploeg van Schapen had gezegd wie de spion was geweest. Die veelbetekenende blik die ze had gewisseld met Rileys vader. Het feit dat ze al met Jacob bevriend was sinds hun training. Maar het zou dan wel erg toevallig zijn dat ik uitgerekend degene was die door de buizen klom en betrokken was geraakt bij de zoektocht naar de Poort en die Riley had ontmoet. Tenzij…
Tenzij het geen toeval was. Domotor had speciaal naar mij gevraagd. Hij had beweerd dat ik zijn aandacht had getrokken met mijn reputatie als Koningin van de Buizen, maar misschien was het al die tijd een vooropgezet plan geweest.
Ondertussen wist ik niet meer waar Karla en de dokter waren. Het was nu stil in de kamer, en ik keek voorzichtig tussen mijn oogharen door. Niemand. Ik wachtte af, en al snel kwam Lamont weer binnen. Haar verhitte gezicht en kwade grimas verzachtten toen ze me zag.
‘Karla en haar agenten zijn verdwenen. Hoelang ben je al bij?’
Ik trok het masker van mijn gezicht en ging rechtop zitten. ‘Lang genoeg, Kiána. Was je van plan ons allemaal meteen te verlinken? Of wilde je wachten tot mijn wonden genezen waren, zodat het tenminste weer een uitdaging is voor Vinco?’ Ik wikkelde het laken om me heen en probeerde van de tafel te glijden.
Ze versperde me de weg en duwde me terug. ‘Geen sprake van.’
‘Je kunt me niet tegenhouden.’ Ik probeerde weer te gaan zitten.
Kiana gaf me onverwacht een injectie. ‘Ja, ik kan je wél tegenhouden.’
Vloeibaar vuur stroomde door mijn aderen en verdreef mijn verlangen om terug te vechten. Ik verslapte en verloor het bewustzijn.
Het was niet voor niets dat ik de pest had aan behandeltafels. Toen ik bijkwam uit mijn verdoving was ik vastgebonden aan de tafel. Ik kon me niet bewegen. Een paar van de snijwonden klopten van de pijn, maar verder voelde ik me wel goed. Voorlopig.
In de ziekenboeg hoorde ik mensen zachtjes praten, en ik vroeg me af of ik om hulp moest roepen. Maar waarschijnlijk zou ik dan net weer de mazzel hebben dat het Vinco en Karla waren, dus hield ik mijn mond.
Toen ik voetstappen hoorde, draaide ik mijn hoofd om. Ik schrok toen ik Riley zag. Hij leek slecht op zijn gemak te zijn, friemelde aan zijn shirt en keek alle kanten op behalve de mijne. Ik sloot mijn ogen om de tranen tegen te houden. Ik had me al zo vaak vergist. Waarom was ik dan toch nog verbaasd?
‘Ella, gaat het wel?’ vroeg hij.
‘Mijn naam is Trella. Mijn vrienden…’ Ik slikte. Ja, ik had verdomme vrienden. ‘Mijn vrienden noemen me Trell. Hoelang waren jullie dit al van plan?’
‘Eh… ze heeft ons er net bij geroepen. Dokter Lamont zegt dat ze ons nodig heeft om het je uit te leggen. Wat moet ze uitleggen?’ vroeg hij.
Mijn ogen vlogen open, en ik keek hem verbijsterd aan.
Riley hapte naar adem. ‘Heeft het met je ogen te maken?’
‘Wat is er met mijn ogen?’
‘Ze zijn blauw.’
Geschrokken vroeg ik: ‘Wat is er aan de hand, verdomme?’
‘Dat weet ik niet!’
‘Hij verdient ook een verklaring,’ zei Jacob, die de kamer binnen kwam met achter zich dokter… Kiana.
‘Waarom zit hij dan niet vastgebonden aan een tafel?’ vroeg ik sarcastisch.
‘Omdat hij niet vol nieuwe hechtingen zit,’ zei de dokter.
‘Wat heb je met mijn ogen gedaan?’
‘Ze hun oorspronkelijke kleur teruggegeven, om je te vermommen. Riley zei dat je misschien een kind van een opper bent. En aangezien die druppels om de kleur terug te veranderen bij jou werken, moet dat wel zo zijn.’
‘Waarom doe je nog moeite? Voel je je dan beter als je ons uiteindelijk verraadt?’ vroeg ik.