Home>>read Het Zevende Kind free online

Het Zevende Kind(69)

By:Erik Valeur


‘Ja.’ Peter tekende een uitroepteken aan de rechterkant van het doorgekraste vraagteken. ‘Ik heb wel het gevoel dat er iets interessants aan het verhaal zit – net als jij.’

‘Heb jij een brief ontvangen?’

De vraag kwam plotseling. Knud Tåsing was een volleerd journalist, en de pauze verraadde Peter, voordat hij hem kon pareren. ‘Ja,’ zei hij. Er waren maar weinig journalisten in het land op het niveau van Knud. Misschien slechts een handjevol.

‘Dezelfde tekst?’

‘Ja.’

‘Als je hulp wilt hebben na zoveel jaar, moet je wel eerlijk zijn.’

Knud Tåsing legde een lichte nadruk op het op een na laatste woord.

Peter Trøst voelde de gereserveerdheid bij zijn vroegere vriend. Die was ontstaan nadat ze uit elkaar waren gegaan, als een subtiel schild tegen wat hem op de particuliere school was overkomen – en wat uiteindelijk Knud Tåsings vader het leven had gekost.

‘Zijn er nog oude hoge tantes van Moederhulp te vinden?’

‘Misschien.’ Peter sprak dat ene woordje zonder overtuiging uit.

‘Misschien. Misschien de oude directrice. Hoe heette zij...?’

‘Mevrouw Krantz. Die is dement.’

Knud zei: ‘Ik heb geprobeerd Martha Ladegaard te pakken te krijgen. Ze is er op een of andere manier bij betrokken. Maar ze is doodsbang. Ze wil überhaupt niets zeggen.’

‘Jij gelooft dus dat verhaal over rijke mensen die hulp kregen bij het wegwerken van de gevolgen van hun slippertje... de kinderen van beroemde mannen?’

De journalist negeerde de vraag met een lange stilte. Toen zei hij: ‘Wie lagen er behalve jij op die zuigelingenkamer? Ik kan het niet uit Susanne Ingemann krijgen. Maar jij hebt het kindertehuis toch nog bezocht nadat je...’ Hij viel stil.

Peter dacht even na. ‘Ik ben zeker van drie,’ zei hij. ‘De eerste is Orla Berntsen, die we al kennen, en de tweede is een jurist die je misschien ook wel kent. Hij is vluchtelingenadvocaat en heet Søren Severin Nielsen. Dat is echt een opmerkelijk detail. In een artikel over hem vertelde Severin Nielsen ooit dat hij samen met Orla Berntsen op Regensen had gewoond, als student – en dat is curieus, want tegenwoordig staan ze ieder aan een andere kant bij de grote vluchtelingenzaken. Er is vermoedelijk niemand die weet of ze als baby ook samen in het kindertehuis hebben gezeten. Ze moeten echt vijanden zijn geworden – ergens onderweg.’ Knud Tåsing zei niets, en Peter begreep de stilte. Vrienden laten elkaar in de steek.

‘En verder was er nog Marie Ladegaard, het meisje dat door de directrice zelf geadopteerd werd... door juffrouw Ladegaard. Ik geloof ook dat er een jongen was waar Marie me eens over vertelde, die Asger heette. Hij is bij een gezin in Århus terechtgekomen. Ik heb juffrouw Ladegaards pleegdochter al jaren niet meer gesproken.’

‘Ze zijn dus allemaal getroffen door... een of andere angst. Marie heb ik helemaal niet te pakken kunnen krijgen. Wanneer ga je het uitzenden?’

‘Vlak voor het jubileum.’

‘We weten van jou af – van Orla, en van de advocaat – en Marie en misschien ook een jongen met de naam Asger. Maar dan missen we er nog twee, nietwaar?’ Aandringend. ‘Wie zijn toch verdorie die laatste twee...? Een meisje en een jongen...’

‘Ik weet het niet.’

‘De jongen is degene die interessant is in dit verhaal. Als iemand iets uit Magna of Marie kan krijgen, dan ben jij het wel. Ik geloof dat hier een fantastisch verhaal in zit. Ik voel het gewoon.’ Hij was even stil.

Peter kon het enthousiasme van zijn vroegere vriend horen aanzwellen als een golf die niet tegen te houden was. Misschien was hij net zo overtuigd geweest toen hij de fout van zijn leven had gemaakt en zijn eigen carrière om zeep had geholpen.

‘Luister. Ik heb echt een succes nodig... een compleet waar en onthullend verhaal. Mijn op sterven na dode krant heeft het nodig, en daarom laten ze me verder mijn gang gaan zo lang dit hele zaakje naar samenzwering ruikt – met daarbij een snufje klassenstrijd.’ De verguisde journalist kuchte. ‘Ze zullen niet graag het schandaal missen dat het zou zijn als een groot, geschubd monster uit het verleden plotseling legio respectabele burgers neerhaalt omdat ze arme meisjes zwanger hebben gemaakt – en hen vervolgens hun nakomelingen onder dwang laten afstaan – in ruil voor geheime donaties en bescherming van ’s lands beroemdste tehuis voor kwetsbare kindertjes. Niet te geloven, man. Met de grote, sociale, solidaire partij als opperschurk. ’

Peter zei niets. Knud Tåsing was altijd al directer geweest dan hijzelf. De arbeidersjongen en de zoon van de hoofdarts; dat was hoe het begonnen was.

Hij legde de hoorn neer.