De zes anderen waren Peter, Asger, Susanne, Orla, Severin en Nils, maar geen van hen wordt op de pagina’s van het oude logboek beschadigd genoemd of met speciale behoeften aan veiligheid en zorg. Nergens wordt een dergelijke reden genoemd – en dat zou elke lezer vreemd moeten voorkomen. Wat was haar motief om juist ons samen te laten blijven – zo lang – in de belangrijkste kamer van het tehuis? Ik leunde scheef over het boek. Ik zou eindelijk antwoord krijgen.
Precies hier, op deze plek in het Protocol, ontwikkelde Magna’s zorgvuldige reeks notities zich tot het schokkendste dat ik ooit had kunnen vrezen te lezen. Ze draaiden bijna uitsluitend om mij – en ze vertelden een verhaal dat ik nooit voor mogelijk had gehouden.
Pagina na pagina werd ik me bewust van wat de oorzaak was van Gerda Jensens paniek om het oude boek aan mij toe te vertrouwen – Magna’s pleegkind.
De angst had niets te maken met bescherming van de kinderen die erin werden besproken. Of van het werk van Magna. Integendeel.
Die had alleen met mij te maken gehad.
Ze wist dat dit boek het kind zou kapotmaken, waarvan zowel zij als Magna hield.
*
Het zijn haar fantasieën die mij het meest zorgen baren. Steeds betrap ik mezelf erop mijn eigen angst te voelen voor wat er gaande is in haar. Een deel van wat ik zie en voel is zo vreemd en anders, dat ik geen woorden kan vinden om het te beschrijven: de rolstoel. De telescoop. De spiegel. Om het maar niet te hebben over de spastische vrouw, over wie ze begonnen is te dromen, dag en nacht. De Hemel mag weten dat ik honderd keer op het punt heb gestaan de rolstoel weg te halen en ermee naar de vuilstortplaats in Klampenborg te rijden, maar ik vrees haar woede, en iets zegt me dat ik moet luisteren naar deze angst.
Dit schreef Magna, die anders voor niets of niemand bang was.
En ik had tegengehouden moeten worden – precies daar, op dat moment, aan het begin van haar verhaal – maar dat was natuurlijk onmogelijk geweest.
Ik ben de dochter van een predikant, en zo nu en dan krijg ik het gevoel dat het Kwaad op Kongslund zijn intrek heeft genomen in een gedaante die ik niet ken, schreef mijn pleegmoeder in een nog raadselachtigere aantekening op een van de volgende pagina’s, en ik begreep de samenhang niet, hoewel de toon een beklemmend gevoel in mijn borst achterliet. Voor een vrouw als Magna, die nooit behoefte had gehad aan wat voor dramatische toevoeging dan ook, zou dit type bezweringen volledig overbodig moeten zijn.
Op de volgende pagina’s schrijft ze het verhaal van Eva Bjergstrand – en over het kind – en alles wat nooit had mogen gebeuren, maar dat toch deed. En ze doet het op een manier die laat zien dat ze zich er langzaam van bewust wordt wat ze in gang heeft gezet – met de hulp van haar trouwe assistente, Gerda Jensen.
Haar eerste ontmoeting met het pasgeboren kindje wordt in het Protocol bijna als een openbaring gepresenteerd: Nog nooit in mijn tijd als directrice van Kongslund heb ik zo’n kwetsbaar schepsel gezien. En ik heb toch wel veel gezien.
Dat is begin mei 1961, drie dagen na de aankomst van de mysterieuze vrouw op kraamafdeling B, waarna zij werd verlost en vervolgens verdween.
De belangrijkste gebeurtenis is niet de geboorte zelf, want die was zoals Magna het uitvoerig beschrijft tot in het kleinste detail gepland en volgde een draaiboek dat door machtige mannen was geschreven en daarom tot in detail werd uitgevoerd. De beslissende gebeurtenis die alles in de zorgvuldige planning veranderde was Martha Louise Ladegaards eigen ontmoeting met het kind, dat anoniem ter adoptie afgestaan had moeten worden – zoals was overeengekomen met de piepjonge moeder.
Toen Ole Almind-Enevold samen met Carl Malle mijn pleegmoeder had bezocht en het ongelooflijke verhaal van de affaire in de gevangenis had verteld, had Magna eerst geweigerd hen te helpen. Kongslund zou zich niet inlaten met een dergelijk frauduleus en gevaarlijk spel.
Maar toen de twee mannen het plan schetsten dat zowel het incident kon verhullen als de moeder ontzien – en Ole in staat zou stellen zijn eigen kind te adopteren – had ze ten slotte ermee ingestemd. Voor het bestwil van het kind natuurlijk. Ook al zou het laatste deel van het plan geheim worden gehouden voor de ongelukkige vrouw.
Eva Bjergstrand had haar eigen gratie in een soort ruil voor het kind aanvaard, vertelden de twee mannen aan Magna – en ze bleven niet lang stilstaan bij die constatering. De redenen voor het pardon zouden zowel haar jonge leeftijd zijn, als het feit dat ze pas moeder was geworden.
Ole en Carl hadden belangrijke contacten uit het verzet bij de rechterlijke macht ondergebracht, en binnen de Partij vermoedde men de contouren van een schandaal, dat men uit alle macht wilde voorkomen, en kneep men graag een oog dicht. Strategisch geplaatste ambtenaren trokken aan de benodigde draden, en wisselden bepaalde diensten en wederdiensten uit. Het meisje zou een nieuw leven in Australië krijgen, en dat was het beste waar ze op kon hopen. Ze kon in ieder geval nooit – als veroordeelde en helemaal alleen op de wereld – het moederschap over het kind krijgen. Het zou in elk geval eindigen in een adoptie.