Home>>read Het Zevende Kind free online

Het Zevende Kind(273)

By:Erik Valeur


Het was duidelijk dat de krantenjournalist zijn uiteindelijke propositie tot in het kleinste detail had voorbereid – en hij genoot er bijzonder van. Nooit had de eugeneticadokter tegenover zo’n prominent slachtoffer gezeten en met beide handen de scalpel opgeheven. ‘En dit aanbod geldt alleen omdat Nils Jensen mij dit uitdrukkelijk verzocht heeft. Hij is minstens net zo geschokt als jij. Hij wil niet dat iemand van jullie band komt af te weten. Afgezien van de aanwezigen in deze kamer.’

De blik die de journalist vanaf het voornaamste punt van het Rijk vasthield, was zo vol haat, dat ik niet begreep hoe Knud Tåsing zijn concentratie kon behouden. Maar dat kon hij.

‘Ik heb tegen Nils gezegd dat er maar een manier was om zijn wens te vervullen – zodat ik mezelf in de ogen kan kijken als journalist wanneer ik geen geschiedenis schrijf – en dat is dat je aan de drie voorwaarden voldoet die ik hier voor je heb. Weiger je dit te doen, dan maak ik alles openbaar. En dat doe ik met het grootst mogelijke plezier.’

‘En wat zijn die drie voorwaarden?’ Dat was Carl Malle, die voor het eerst sprak. Om de een of andere reden hield hij mijn blik vast op het moment dat hij de vraag stelde, en ik voelde mijn oude angst naar boven komen en liet mijn linkerschouder naar een absoluut dieptepunt zakken. Had ik geprobeerd op dat moment te praten, dan zou niemand een woord hebben verstaan, en de oude Magdalene zou in vergelijking daarmee als een logopediste hebben geklonken. Zelfs in zijn uur van nederlaag kon de grote oud-politieman mij de stuipen op het lijf jagen.

‘De eerste voorwaarde is dat Ole ons – Nils – precies vertelt wat er zich heeft afgespeeld toen hij Eva Bjergstrand ontmoette.’ Nu gebruikte Tåsing volledig respectloos alleen de voornaam van zijn oude vijand.

‘En de tweede?’ vroeg Carl Malle.

‘Daar komen we later aan toe. Eerst de verklaring.’

Ten slotte nam Ole Almind-Enevold het woord en het was alsof de enorme schok de gebruikelijke arrogante, afstandelijke toon uit zijn stem had verwijderd: ‘Maar Tåsing – als het geheim blijft – de hele affaire – dan krijg je nooit je ultieme primeur. Dat, wat je alle eer en waardigheid die je nooit hebt gehad, moest teruggeven.’

Dat was een vreemde, maar ook moedige formulering. Ik stelde me de chaotische gedachten voor die door het hoofd van de verder zo getrainde politicus raasden, en het risico dat hij moest voorvoelen. Op de eerste ochtend op de troon die hij altijd begeerd had, riskeerde hij alles te verliezen en het middelpunt van een schandaal te worden dat niets van hem over zou laten. En hem waarschijnlijk naar de gevangenis zou sturen. Nu werd hem een uitweg geboden, en hij zocht alles af naar mogelijke valkuilen, terwijl hij zijn beul beledigde. Met tegenzin moest ik zijn moed bewonderen.

Zijn zoon zat tegenover hem, maar geen van beiden sloeg acht op de ander. Een levenslange, denkbeeldige vaderliefde was in een klap geveld door iets volstrekt alledaags: ondraaglijke teleurstelling.

‘Ik ben niet meer in dienst bij de krant,’ zei de journalist. ‘Dus het is toch te laat. En weet je wat, Ole?’

Er kwam geen reactie.

‘Het kan me ook geen barst schelen. Vertel ons je verhaal. Het zal niet verder naar buiten komen. Als jullie je verder aan jullie deel van de afspraak houden.’

‘Wat zijn de andere twee voorwaarden?’ Het was de oud-politieman weer, die dat vroeg.

‘Dat zijn beide dingen waar jullie je hand niet voor hoeven om te draaien, dat beloof ik jullie. Het verhaal van de oorsprong van de jongen is het belangrijkste. Nils Jensen heeft er op zijn zachtst gezegd recht op.’

Ik kon het niet méér eens zijn met hem.

Zelfs Carl Malle knikte – langzaam, maar toch. Hij stelde zich zonder twijfel iets voor als het verlenen van bepaalde gunsten – of zelfs geld – misschien een extra subsidie voor kindertehuis Kongslund voor de twee volgende voorwaarden.

Ik glimlachte bijna bij de gedachte aan de verrassing die Knuds laatste twee duivels uitgedachte eisen zouden teweegbrengen.

‘Oké.’

Dat was een woord dat de veiligheidschef zelden gebruikte. Een uitdrukking van acceptatie. Nederlaag. Hij haatte het.

Toen wendde hij zich tot zijn oude verzetskameraad en zei: ‘Vertel het hun Ole. Het zijn toch alleen nog maar details die over zijn.’



*



Eerst vertelde hij aarzelend, met een stem die nog steeds sporen bevatte van de schok die hij had gekregen – maar toen was het alsof het verhaal hem in zijn greep kreeg en zelfs een soort van opluchting teweegbracht, die ik hem niet benijdde, want de details waren zo grotesk dat hij allang had moeten zijn ingestort. Hij verdiende geen redding – en al helemaal geen zoete pijn door het herbeleven van zijn oude passie en door de zoon, die hij in feite nu pas had gekregen.