Ze zuchtte diep.
‘Bedankt,’ zei Harry.
‘Ik heb níets toegezegd!’
‘Wanneer heb je iets voor me, denk je?’
‘Verdomme!’ Ze sloeg met haar hand op tafel. Harry zag dat een verpleger hun kant op keek. Harry hield Katrines verwilderde blik vast. En wachtte.
‘Ik weet het niet,’ fluisterde ze. ‘Om eerlijk te zijn, geloof ik niet dat ik op klaarlichte dag in de hobbyruimte kan gaan zitten om op een illegale zoekmachine te gaan zoeken.’
Harry stond op. ‘Oké, over drie dagen neem ik contact met je op.’
‘Ben je niet iets vergeten?’
‘Wat dan?’
‘Om me te vertellen what’s in it for me.’
‘Nou,’ zei Harry, die zijn jas dichtknoopte. ‘Ik weet nu wat je graag zou willen.’
‘Wat ik graag zou…’ Toen ze het doorkreeg, maakte de verbazing op haar gezicht plaats voor verbijstering en ze riep Harry na, die al naar de deur liep: ‘Brutale aap! Verwaand ben je ook nog!’
Harry ging in de taxi zitten, zei ‘vliegveld’, viste zijn mobieltje uit zijn zak en zag dat hij drie gemiste oproepen had; een kwam van een van de twee nummers die hij in zijn telefoonlijst had. Mooi, dat betekende dat ze iets hadden.
Hij belde terug.
‘Lyseren,’ zei Kaja. ‘Daar is vijftien jaar geleden een touwslagerij gestopt. De wachtcommandant in Ytre Enebakk zal ons vanmiddag de plaats laten zien. Hij had een paar notoire criminelen in zijn district, maar dan ging het om kleine zaken, inbraken en auto’s. Plus iemand die een straf heeft uitgezeten voor mishandeling van zijn vrouw. Hij heeft een lijst van criminelen opgestuurd en ik check die nu in het strafregister.’
‘Mooi. Haal me op van Gardermoen, dat ligt op de route naar Lyseren.’
‘Dat is niet zo.’
‘Je hebt gelijk. Haal me toch maar op.’
Hoofdstuk 19
De witte bruid
Ondanks zijn lage snelheid schudde en hobbelde de Volvo Amazone van Bjørn Holm op de smalle weg die door en over de heuvels en akkers van Østfold slingerde.
Harry sliep op de achterbank.
‘Dus geen verkrachter in de omgeving van Lyseren,’ zei Bjørn.
‘Er is niemand voor gepakt,’ corrigeerde Kaja hem. ‘Heb je niet in vg gelezen over dat onderzoek waarin een op de twintig mensen zegt dat hij ooit een misdaad heeft begaan?’
‘Geven mensen op zoiets antwoord? Als ik lang geleden een dame had misbruikt, dan geloof ik dat mijn hersenen dat na al die tijd wel hadden weggerationaliseerd.’
‘Heb je dat gedaan?’
‘Ik?’ Bjørn gaf gas en haalde een tractor in. ‘Ik ben een van die negentien. Ytre Enebakk. Verdomme, hoe heette die komiek op televisie ook alweer die hier vandaan komt? Die dorpsgek met zijn kapotte bril en brommer? Uit Ytre Enebakk. Hilarische parodie.’