Home>>read Het Pantserhart free online

Het Pantserhart(49)

By:Jo Nesbo


                ‘Omdat vijfennegentig procent van al het onderzoek bestaat uit zoeken op de verkeerde plek.’

                Ze had zojuist Harry geciteerd.

                ‘En je moet leren om ook van die vijfennegentig procent te houden. Anders word je gek.’

                Vierde gebod van Harry.

                ‘En de rapporten?’ vroeg Harry.

                ‘We hebben uiteraard alleen onze eigen rapporten van de moorden op Borgny en Charlotte, en verder niets. Geen technische sporen, geen getuigen die iets ongewoons melden. Niemand die iets wist over verbitterde vijanden, jaloerse minnaars, gretige erfgenamen, gestoorde stalkers, ongeduldige pooiers of andere crediteuren. Kort samengevat…’

                ‘Geen sporen, geen duidelijk motief, geen moordwapen. Ik zou graag de getuigen in de Marit Olsen-zaak verhoren, maar zoals je weet werken wij niet aan die zaak.’

                Kaja lachte. ‘Uiteraard niet. Ik heb trouwens vandaag met een parlementair verslaggever van vg gesproken. Hij zei dat geen van hun journalisten bij het Storting iets wist over een mogelijke depressie bij Marit Olsen, over persoonlijke crises of zelfmoordneigingen. Of over vijanden, noch op het werk, noch privé.’

                ‘Hm.’

                Harry liet zijn ogen gaan over de gezichten van de rij toeschouwers. Een vrouw met een blik van een slaapwandelaar met een kind op de arm.

                ‘Wat willen deze mensen?’

                Op de achtergrond: de rug van een man die wegloopt. Ski-jack, ijsmuts. ‘Ze willen worden gechoqueerd, geschokt raken, worden geamuseerd, gezuiverd…’

                ‘Ongelooflijk.’

                ‘Hm. En jij leest dus John Fante. Kennelijk hou je van oude dingen.’

                Hij doelde op de spullen in de kamer, het huis. Hij verwachtte dat ze over de man zou beginnen die, zoals Harry vermoedde, zoveel ouder was dan zij.

                Ze keek hem opgewonden aan. ‘Heb jij Fante gelezen?’

                ‘Toen ik jong was en in mijn Bukowski-periode zat, heb ik er een gelezen, waarvan ik de titel niet meer weet. Ik heb hem vooral gekocht omdat Charles Bukowski zo’n uitgesproken fan van hem was.’ Hij keek demonstratief op zijn horloge. ‘Oei, het wordt tijd dat ik naar huis ga.’

                Kaja keek hem eerst verbaasd aan en keek toen naar de onaangeroerde beker koffie.

                ‘Jetlag,’ zei Harry lachend en hij stond op. ‘We hebben het er op de vergadering morgen verder over.’

                ‘Uiteraard.’

                Harry klopte op zijn broekzakken. ‘Ik heb trouwens geen sigaretten meer. Die slof Camel-sigaretten die jij voor me mee hebt genomen in verband met de taxfreebepalingen…’

                ‘Wacht even,’ zei ze glimlachend.

                Toen ze terugkwam met de geopende slof, stond Harry in de gang met zijn schoenen en jas al aan.

                ‘Bedankt,’ zei Harry, hij haalde er een pakje sigaretten uit en maakte dat open.

                Toen hij op de trap stond, leunde ze tegen de deurpost en zei: ‘Ik behoor het misschien niet te zeggen, maar ik heb het gevoel dat dit een of andere test was.’

                ‘Test?’ zei Harry, die een sigaret opstak.