Home>>read Het Pantserhart free online

Het Pantserhart(286)

By:Jo Nesbo


                Harry stond op, liep de gang in en belde Katrine Bratt. Het was nog geen zeven uur, maar ze was al op. Ze zou vandaag worden ontslagen. En na het weekend zou ze op het hoofdbureau in Bergen gaan werken. Hij hoopte dat ze rustig zou beginnen. Hoewel, het was moeilijk voor te stellen dat Katrine Bratt iets rustig zou kunnen doen.

                ‘Een laatste klusje,’ zei hij.

                ‘En daarna?’ vroeg ze.

                ‘Dan verdwijn ik.’

                ‘Niemand zal je missen.’

                ‘…behalve ik?’

                ‘Er stond een punt, lieverd.’

                ‘Het betreft Crédit Suisse in Zürich. Of Lene Galtung daar een rekening heeft. Misschien heeft ze al een deel van de erfenis gehad. De Zwitserse banken zijn moeilijk, waarschijnlijk heb je meer tijd nodig.’

                ‘Prima, ik krijg het al in de vingers.’

                ‘Mooi. En ik wil dat je de handel en wandel van een vrouw onderzoekt.’

                ‘Van Lene Galtung?’

                ‘Nee.’

                ‘Niet? Hoe heet het slachtoffer dan?’

                Harry spelde de naam voor haar.



                Om kwart voor acht parkeerde Harry zijn auto voor het huis uit de volkssprookjes in Voksenkollen. Er stonden een paar auto’s voor en door de regendruppels zag Harry vermoeide gezichten achter het raam zitten en lange fotolenzen van de paparazzi. Het leek of ze daar al de hele nacht zaten. Harry belde aan bij het hek en liep door.

                De vrouw met de turkooizen ogen stond hem in de deuropening op te wachten.

                ‘Lene is er niet,’ zei ze.

                ‘Waar is ze?’

                ‘Op een plek waar zij haar niet kunnen vinden,’ zei ze, naar de auto’s voor het hek knikkend. ‘En jullie hadden beloofd dat jullie haar met rust zouden laten na het laatste verhoor. Dat duurde drie uur.’

                ‘Ik weet het,’ loog Harry. ‘Maar ik wilde graag met jou praten.’

                ‘Met mij?’

                ‘Kan ik binnenkomen?’

                Hij liep achter haar aan naar de keuken. Ze knikte naar een stoel, keerde hem de rug toe en schonk een kop koffie in uit een apparaat dat op het aanrecht stond.

                ‘Wat is het verhaal?’ vroeg Harry.

                ‘Wek verhaal?’

                ‘Dat verhaal dat jij de moeder bent van Lene.’

                Het koffiekopje viel op de grond en brak in stukken. Ze zocht steun tegen het aanrecht en hij kon zien dat ze zwaar ademde. Harry aarzelde een ogenblik, haalde diep adem en zei wat hij zich had voorgenomen: ‘We hebben dna-testen gedaan.’

                Ze draaide zich woedend om: ‘Hoe dan? Jullie hebben toch geen…’ Ze zweeg plotseling.

                Harry’s blik kruiste haar turkooizen blik. Ze was uit het veld geslagen. Hij voelde een vaag onbehagen. Het kon zijn dat hij zich schaamde. Maar dat ging wel over.