‘Flora,’ roept Ewa.
Ze trekt de la weer open, ziet niets vreemds, probeert hem dicht te schuiven maar trilt te erg om erin te slagen.
In de gang klinken weer voetstappen.
Flora duwt tegen de la. Hij zit scheef maar gaat toch dicht, traag en moeizaam. Ze klapt de secretaire dicht, maar heeft geen tijd meer om hem op slot te doen.
De deur van Ewa’s slaapkamer gaat open, stoot tegen de emmer zodat het water eruit klotst.
‘Flora?’
Ze pakt de zwabber, mompelt iets en verplaatst de emmer, veegt het gemorste water op en gaat dan verder met dweilen.
‘Ik kan mijn handcrème niet vinden,’ zegt Ewa.
Haar ogen zijn gespannen en de rimpels rondom haar ontevreden mond verdiepen zich. Ze staat blootsvoets op de pas gedweilde vloer, haar gele joggingbroek zit zakkig en haar witte t-shirt spant over haar buik en grote borsten.
‘Die... staat misschien in het kastje in de badkamer, naast het haarwater, denk ik,’ zegt Flora en ze spoelt de zwabber weer uit.
Er is reclame op televisie, het geluid staat harder en schelle stemmen hebben het over voetschimmel. Ewa blijft bij de deur naar haar staan kijken.
‘Hans-Gunnar vond de koffie niet lekker,’ zegt ze.
‘Dat spijt me.’
Flora drukt overtollig water uit de zwabber.
‘Hij zegt dat je goedkopere koffie overgiet in het pak.’
‘Waarom zou...’
‘Lieg niet,’ kapt Ewa haar af.
‘Dat doe ik niet,’ mompelt Flora terwijl ze verder dweilt.
‘Je begrijpt toch wel dat je zijn kopje af moet wassen en nieuwe koffie moet zetten?’
Flora stopt met dweilen, zet de zwabber tegen de muur naast de deur, zegt sorry en gaat naar de televisiekamer. Ze voelt de sleutel en de biljetten in haar zak. Hans-Gunnar kijkt haar niet eens aan als ze het kopje naast de schaal koekjes wegpakt.
‘Jezus, Ewa,’ roept hij. ‘Het begint weer!’
Flora schrikt van zijn stem, haast zich verder, komt Ewa in de hal tegen en kijkt haar in de ogen.
‘Weet je nog dat ik vanavond naar de sollicitatiecursus moet?’ zegt Flora.
‘Je krijgt toch geen werk.’
‘Nee, maar het moet wel, dat zijn de regels... Ik maak nieuwe koffie en probeer de vloer af te maken... dan kan ik de gordijnen morgen misschien doen.’
34
Flora betaalt de man met de grijze jas. Het water van zijn paraplu druipt in haar gezicht. Hij geeft haar de sleutel van de deur en zegt dat ze hem na afloop weer in de brievenbus van de antiekzaak kan stoppen.
Flora bedankt hem en loopt gehaast verder over de stoep. De stiknaden van haar oude jas beginnen los te laten. Ze is veertig jaar, maar haar meisjesachtige gezicht straalt eenzaamheid uit.
Het eerste blok van de Upplandsgatan na het Odenplan zit vol antiek- en curiosazaken. In de etalages glinsteren kristallen kroonluchters en vitrinekasten, oud speelgoed van beschilderd blik, porseleinen poppetjes, medailles en pendules.
Naast de betraliede glazen deur van de winkel Carlén Antikviteter zit een smallere deur naar een souterrain. Op de ondoorzichtige glazen ruit plakt Flora een bordje van wit karton.
spiritistische avond
Een steile trap leidt naar het souterrain, waar je de leidingen hoort ruisen als er iemand boven doortrekt of de kraan gebruikt. Flora heeft de ruimte zeven keer gehuurd om seances te houden. Elke keer zijn er tussen de vier en zes deelnemers geweest, net voldoende om de huur te dekken. Ze heeft contact met een aantal kranten en tijdschriften opgenomen voor artikelen over haar vermogen met doden te spreken, maar ze heeft geen respons gekregen. Voor vanavond heeft ze een vrij grote advertentie geplaatst in het newagetijdschrift Fenomen.
Flora heeft maar een paar minuten voordat de deelnemers arriveren, maar ze weet wat ze moet doen. Vlug schuift ze de meubels in de kamer aan de kant en zet dan twaalf stoelen in een kring.
Op de tafel in het midden legt ze de twee poppen in negentiende-eeuwse klederdracht. Een man en een vrouw met glimmende porseleinen gezichtjes. Het idee is dat die haar helpen een sfeer van vroeger op te roepen. Na afloop van de seances stopt ze ze meteen weer terug in de eikenhouten kast, omdat ze ze eigenlijk onprettig vindt.
Om de poppen heen zet ze twaalf theelichtjes op tafel. Met een lucifer drukt ze een beetje strontiumzout in een kaarsje, waarna ze het gaatje dichtmaakt.
Vervolgens loopt ze snel naar de kast om de oude wekker te zetten. Dat heeft ze vier keer geleden geprobeerd. De klepel ontbreekt, dus het enige wat je hoort als hij gaat, is een hakkelend geluid in de kast. Voor ze hem heeft kunnen opwinden, gaat de buitendeur open. De eerste deelnemers zijn er al. Paraplu’s worden uitgeschud en daarna hoort ze voetstappen op de trap.
Flora kijkt zichzelf per ongeluk aan in de vierkante muurspiegel. Haar bewegingen stokken, ze ademt in en strijkt met haar hand over de grijze jurk die ze bij het Leger des Heils heeft gekocht.