Uit de boxen klinkt de eerste cellosuite van Bach als een ingetogen herfstsprookje.
De acht rijstroken van de snelweg lopen dwars door het Hagapark waar de kroonprinses in haar paleis woont en de enorme begraafplaats waar de socialist August Palm begraven ligt.
Elin kijkt naar Vicky’s rustige gezicht en glimlacht even.
Om de opdringerige media te ontlopen hebben ze besloten de tijd tot de zitting door te brengen in Elins buitenhuis in de bergen. Het is een huis van bijna vierhonderd vierkante meter op de helling van de Tegefjäll vlak voor Duved.
Elin heeft geregeld dat er dag en nacht toezicht is op Vicky. Bella is al in het huis, Daniel gaat met zijn eigen auto en de verpleegkundige komt morgen.
Vicky heeft zich in het ziekenhuis gewassen en haar haar ruikt naar goedkope shampoo. Elin heeft een paar spijkerbroeken en truien, ondergoed, sokken, sportschoenen en een winddicht jack gekocht. Vicky heeft een zwarte Armani-spijkerbroek aangetrokken en een flodderige grijze trui van Gant. De rest van de kleren ligt in tassen op de achterbank.
‘Waar denk je aan?’ vraagt Elin.
Vicky reageert niet. Ze zit naar de weg te staren, door de voorruit. Elin zet de muziek iets zachter.
‘Je zult op alle punten worden vrijgesproken,’ zegt Elin. ‘Dat weet ik, daar ben ik van overtuigd.’
Ze laten de buitenwijken achter zich en vervolgen hun weg door akkers en bossen.
Elin biedt Vicky chocola aan, maar krijgt slechts een kort hoofdschudden als antwoord.
Vicky ziet er vandaag beter uit. Haar gezicht heeft een gezondere kleur, de pleisters zijn weg, alleen het verband om haar gebroken duim zit er nog.
‘Ik ben zo blij dat Daniel mee kon komen,’ zegt Elin.
‘Hij is goed,’ fluistert Vicky.
Daniel is in zijn eigen auto onderweg en rijdt ergens voor hen. Elin zag zijn goudkleurige combi bij Norrtull, maar is daarna achteropgeraakt.
‘Is hij beter dan je eerdere therapeuten?’ vraagt ze.
‘Ja.’
Elin zet het geluid van de muziek nog zachter.
‘Je wilt dus wel dat hij doorgaat?’
‘Als het moet.’
‘Ik denk dat het goed is als je nog een poosje doorgaat met therapie.’
‘Dan wil ik Daniel.’
Hoe noordelijker ze komen, hoe verder de herfst is gevorderd. Het is alsof de seizoenen met enorme snelheid wisselen. De groene blaadjes worden geel en rood. Ze vallen als lichtgevende meren rond de stammen van de bomen en wervelen over de rijbaan.
‘Ik moet mijn spullen hebben,’ zegt Vicky plotseling.
‘Welke spullen?’
‘Mijn dingen, alles...’
‘Ik geloof dat ze alles wat de politie niet nodig had naar het huis hebben gebracht waar de andere pupillen nu wonen,’ legt Elin uit. ‘Ik kan ervoor zorgen dat iemand ze ophaalt...’
Ze kijkt naar het meisje en bedenkt dat het misschien belangrijk voor haar is.
‘Of we rijden er nu langs, als je dat liever hebt...’
Vicky knikt.
‘Wil je dat? Oké, dan overleg ik even met Daniel,’ zegt Elin. ‘We komen er toch langs.’
154
Het is al donker tussen de naaldbomen in het bos als Elin rechts afslaat naar Jättendal en stopt achter de auto van Daniel. Hij heeft een roze koeltas tevoorschijn gehaald en zwaait naar hen. Ze stappen uit en strekken de benen, eten ieder een broodje kaas, drinken Ice Tea en kijken uit over de spoorlijn en de velden.
‘Ik heb de invalster gebeld,’ zegt Daniel tegen Vicky. ‘Ze vond het geen goed idee dat je mee naar binnen zou komen, naar de meisjes.’
‘Wat maakt dat nou uit?’ vraagt Elin.
‘Ik wil ze toch niet zien,’ mompelt Vicky. ‘Ik wil alleen mijn spullen terug.’
Ze stappen weer in. Een kronkelige weg leidt langs meren en ossenbloedrode stallen, door bos en dan naar de vlakke kust.
Ze rijden het terrein op en stoppen voor het gebouw waar de pupillen van de Birgittagården nu verblijven. Naast een oude benzinepomp staat een zwarte zeemijn en op de telefoonpalen zitten stormmeeuwen.
Vicky maakt haar gordel los maar blijft in de auto zitten. Ze ziet Elin en Daniel de grindweg oversteken naar een groot rood huis en verdwijnen achter de seringenstruiken.
Waar de weg splitst staat een vergeelde meiboom. Vicky kijkt uit over het gladde wateroppervlak van de zeebaai en haalt de nog ingepakte mobiele telefoon tevoorschijn die Elin haar heeft gegeven. Ze trekt de verzegeling los, tilt het deksel op, pakt de telefoon en haalt voorzichtig het beschermplastic van de display.
*
De pupillen staan voor het raam als Daniel en Elin de trap naar de grote veranda op lopen. Invalster Solveig Sundström van jeugdinternaat de Sävstagården staat al bij de voordeur. Het is duidelijk dat ze niet blij is met het bezoek. Ze laat onmiddellijk weten dat ze helaas niet kunnen blijven eten.