Paul Bielert trok zijn bureaula een eindje open en streek even liefkozend over zijn blauwglanzende 7.65. Met dat pistool had hij de professor, de laatste van de medeplichtigen, neergeschoten. Het onderzoek was afgesloten en Nebe overgeplaatst. Hij had zich te ijverig getoond en het spoor nog verder willen volgen.
'Mooie Paul' lachte geluidloos. Hij had zelf onmiddellijk lont geroken. Er klopte iets niet. Dat had hij beseft en onmiddellijk overplaatsing aangevraagd. Later was een heel dorp in de buurt van Praag geliquideerd. Dat was gedaan door eenheden van de Feldgendarmerie. Volgens de geruchten was dat het werk van de SS geweest, maar in werkelijkheid hadden zich in de hele groep hoogstens vijf SS-ers bevonden. De Feldgendarmerie uit Dresden en Leipzig had het dorp verwoest en de bewoners doodgeschoten.
Paul Bielert glimlachte bij de herinnering. SS-Obergruppenführer Berger had zich verzet toen men de Waffen-SS met de liquidatie van het dorp had willen belasten. Het zou, meende hij, een slechte indruk maken op de vrijwilligers uit Bohemen en Slowakije. Het idee om het dorp te liquideren was van Himmler en Nebe afkomstig. Een uitstekende inval. Een afschrikwekkende daad stellen waarover de hele wereld zou spreken, zodat iedereen zou begrijpen hoe dom het van de Tsjechoslowaakse verzetsbeweging was geweest om Heydrich te liquideren. De woede en de wanhoop over zoveel executies als represaille voor de moord op één man moesten op de verzetsbeweging worden gericht. Maar de Engelsen hadden te snel gereageerd. Ze hadden de opzet onthuld. Telkens en telkens weer, tot het goed in alle geesten was doorgedrongen, hadden ze herhaald dat de SS en de Gestapo de werkelijke schuldigen waren. De eerste vrijwilligers uit Bohemen en Slowakije waren uit de Waffen-SS gedeserteerd. Op de rekruteringsbureaus verscheen niemand meer. De verzetsbeweging kreeg steeds meer invloed. Door de SS opgeleide jongens sloten er zich bij aan. Gevaarlijke individuen, die niet uit vaderlandsliefde vochten maar gedreven door haat.
Hij nam de luitenant van de pantsercompagnie die voor hem zat op. Een enkele blik was voldoende. Het was een handige truc om die belachelijke intellectuelen het arrestatiebevel te laten lezen. Ze voelden dan algauw dat ze zich op gevaarlijk terrein bevonden en waren eerder geneigd door te slaan.
Glimlachend tikte hij met zijn linkerhand op de armleuning van zijn stoel, terwijl hij naar de witte as van zijn Braziliaanse sigaar staarde. Hij wist dat de luitenant het bevel nu voor de derde maal las. Dat deed iedere arrestant. De eerste keer begrepen die lui er niets van, de tweede maal drong de inhoud tot hen door en bij de derde keer lezen sloeg de schrik hen om het hart. Als ze het voor de vierde maal lazen, waren ze soms al helemaal uit hun evenwicht.
Luitenant Ohlsen vormde geen uitzondering op deze regel. Hij las heel langzaam. Hij begreep er niets van. Dit moest een benauwde droom zijn, een nachtmerrie, waaruit hij straks wakker zou worden.
President van de Volksrechtbank
Volksrechtbank
7.J.636/43 (52/43 – 693)
Hamburg, 3 april 1943
Stadthausbrücke; 8
Hamburg, 2.
ARRESTATIEBEVEL
Reserveluitenant Bernt Viktor Ohlsen, geboren 4 april 1917 te Berlijn-Dahlem, in dienst bij het 27ste pantserregiment, 2de bataljon, 5de compagnie, moet door de Geheime Staatspolitie worden aangehouden. Het 2de bataljon van het 27ste pantserregiment is tot nader order ondergebracht in de infanteriekazerne van Hamburg-Altona en verricht in Hamburg bewakingsdienst.
Er moet een gerechtelijk onderzoek tegen Ohlsen worden ingeleid. Hij wordt ervan verdacht de openbare orde te hebben verstoord door het verkondigen van defaitistische meningen en het aanzetten tot sabotage en opstand. Deze verdenking berust op de volgende gronden:
Bernt Viktor Ohlsen heeft op 22 januari 1943, toen het regiment aan het Oostfront stond, tegen een collega-officier gezegd:
'Die rotoorlog is voor het zogenaamde duizendjarige rijk al verloren. Over een poosje zullen de Engelsen en de Amerikanen Duitsland via Italië en de Balkan binnenvallen. En dan zal die schoft van een Himmler met al zijn handlangers in hun eigen ovens worden vergast.' Bovendien heeft de verdachte aan een luitenant van de intendance Russische propagandablaadjes laten zien, waarin de Duitse soldaten worden opgewekt om te deserteren.
Dit zijn overtredingen van par. 5 en par. 91 artikel 1, Wetboek van Strafrecht. De arrestatie en het voorlopige onderzoek moeten worden verricht door de geheime staatspolitie, Stadthausbrücke 8, Hamburg. Het is noodzakelijk verdachte te detineren, omdat hij anders vrijwel zeker zal proberen zich schuil te houden.
Verzet tegen dit arrestatiebevel en de detinering kunnen worden aangetekend bij de president van de volksrechtbank.
Dr Mickert, president.
Luitenant Ohlsen liet het fraaie document vallen. Hij keek Kriminalrat Paul Bielert aan.
'Wat moet ik daarvan zeggen?' Hij maakte een berustend gebaar.