'Maar ik ben het, zak,' zei Barcelona razend, 'ik, je kameraad Barcelona.'
'Ken ik niet. Kameraden hebben we hier niet. Wachtwoord of ik vuur!' Hij legde aan.
We durfden van angst geen adem meer te halen. Als Broertje zó was, wist je nooit wat er gebeurde.
'Hou er nou maar mee op.' fluisterde Heide. 'Anders komt er rotzooi van.'
'Zal me een zorg zijn,' schreeuwde Broertje. 'Ik ben een goed soldaat en ik ken mijn consigne. Het wachtwoord of ik schiet.'
Barcelona verloor zijn geduld, het op hem gerichte geweer maakte hem woest.
g
'Vuile pooier, schiet dan maar. En loop naar de bliksem met je wachtwoord!' Met drie enorme sprongen schoot hij ons wachthuisje binnen.
Broertje begon te lachen.
'Je zat lelijk in je stinkerd, hè, ouwe zuiplap?'
'Och, barst toch,' zei Barcelona nog hijgend. 'Wat is het wachtwoord eigenlijk?'
'Geen idee van,' erkende Broertje ronduit. 'Is er een wachtwoord? Maar dan moet jij dat als Feldwebel toch zeker kennen.'
'Maar waarom deed je dan zo idioot?' zei Barcelona weer razend. Hij stak zijn hand uit naar de fles met Slibowitz.
'Geef hier. De Ouwe stuurt me hierheen om jullie te zeggen dat je vannacht een makkie hebt. Het gaat er heet toe bij de Gestapo. Mooie Paultje is bezig al zijn medewerkers in de cel te stoppen. Grote zuivering. Ze staan in de rij voor de cellen.'
'Wat hebben ze dan gedaan?' vroeg Porta nieuwsgierig.
Barcelona wreef zich in de handen.
'O, van alles. Sabotage. Insubordinatie. Plichtsverzuim. En dan nog wat kleinigheden zoals corruptie en diefstal. Als Mooie Paultje zo doorgaat, zit hij binnenkort alleen daar boven. Al die zakken pissen nou in hun broek. We kunnen doen wat we willen.'
Porta knikte.
'Machtig! We zouden gek zijn als we daar niet van profiteerden.'
'Wat, wil jij Mooie Paul helpen?' riep Broertje verwonderd uit.
'Ja zeker, maar niet zoals jij denkt.'
'Ik begrijp er niks van,' zei Heide zuchtend.
'Qui vivra verra,' zei de Légionnaire glimlachend. Hij vermoedde wel wat Porta van plan was.
Tien minuten later werden we afgelost. Zo luidruchtig mogelijk betraden we het wachtlokaal. Porta kondigde aan: 'Ik zal me belasten met het fouilleren van de gevangenen.'
De Légionnaire glimlachte triomfantelijk.
'Aha, jij ruikt buit.'
'Pas op, Porta, dat is achteroverdrukken van gelden.'
'Kom, kom,' zei Porta.
De deurbel rinkelde. De Ouwe ging opendoen zonder zich te haasten.
Een schrijver duwde met ruwe bewegingen drie mannen van de SD naar binnen.
'Daar zijn jullie kettinggangers.' Hij wierp de arrestatiebevelen op het bureau van de Ouwe.
Barcelona opende het gevangenenregister en schreef daar hun namen en de reden van de arrestatie in. Dat register dateerde al uit de tijd van het keizerrijk, het had ook dienst gedaan tijdens de Weimarrepubliek en werd nu gebruikt door de nazi's.
De Ouwe bekeek de drie arrestatiebevelen, waarop bovenaan links vermeld stond: 'De gevangene zal binnen 48 uur verschijnen voor het Hoog Militair Gerechtshof van de SS. De gevangene wordt tijdelijk bewaakt door een strafcompagnie.'
Porta had zich midden in het lokaal opgesteld. Hij had de pet van Heide geleend en wilde zich op deze wijze voor Feldwebel laten doorgaan. Hij glimlachte gemaakt vaderlijk tegen de drie gevangenen.
'Kijk me aan! Jullie kennen mijn rang? Vergeet die dan nooit! Je zult die overigens in de komende uren wel leren kennen. Het hangt van jullie zelf af hoe je behandeld zult worden. Ik kan een poesje zijn dat over haar rug. wordt geaaid, maar ook een Siberische beer die uitgehongerd is. Ik ben Obergefreiter, de ruggegraat van het leger. Ik heet Joseph Porta, 27ste regiment. Leg de inhoud van jullie zakken op tafel.'
Daarbij kwamen vreemde dingen aan het licht.
De SD-Unterscharführer Blank keek angstig naar de vijf marihuanasigaretten die hij uit zijn borstzak had gehaald.
Porta wees ernaar. 'Schaam je je niet? Dat is streng verboden rommel! Ik geloof dat jij een geniepig kereltje bent.'
'Ik heb ze van een gevangene gekregen,' zei Blank in een poging om zich vrij te pleiten.
'Zo? En een gevangene heeft ze op zijn beurt weer aan mij gegeven! riep Porta triomfantelijk uit. Hij wendde zich tot SD-Scharführer Leutz.
'En heb jij ook cadeautjes gekregen?' Zonder het antwoord af te wachten legde hij zes kleine balletjes terzijde.
'Wat hebben we daar nou? Daar ontbreekt alleen nog maar een pijp aan! Hoe durf jij als SD-er, als bewaker van het vaderland, opium in je bezit te hebben?'
Leutz sloeg zijn ogen neer. Hij wist niet goed wat hij doen moest. Zou hij schreeuwen, vloeken en die verdomde Obergefreiter een paar stevige trappen in zijn onderlijf geven? Hij keek terzijde naar Broertje. Hij maakte zich gereed om te trappen. Maar die grote kerel voor hem joeg hem angst aan. Die speelde met een gevaarlijk scherp geslepen pionierschop. Plotseling deed die kerel iets dat de gevangenen de adem benam. Hij legde de schop op de rugleuningen van twee stoelen en brak de zware steel met één enkele slag van zijn hand.