De Ouwe had hem ten slotte het zwijgen opgelegd. De kleine Légionnaire wist echter heel goed wat hij zei. Hij kende uit ervaring alle kazernes tussen de hete woestijnen van Afrika en de toendra's van Finland.
'Ik wou dat die wacht voorbij was,' zuchtte ik. 'Ik ben kletsnat. Die rotregen loopt me nu al over mijn rug.'
'Als er hier maar een kat liep,' zei Porta lachend, 'dan kroop ik er onder. Het is hier knap vervelend.'
'Laten we naar afloop naar tante Dora gaan,' stelde ik voor. 'Daar is altijd wel een grietje te vinden.'
'Ik ga eerst naar de "Drie Hazen",' antwoordde Porta. 'Bernard de Zuiplap is me nog zeven rondjes schuldig.' Hij opende zijn zakboekje om het te controleren.
We hadden de hoge muur bij de ingang bereikt, de muur waarin kleine schietgaten waren aangebracht.
'Laten we binnen maar een pokertje maken,' stelde Porta voor. 'Broertje en Heide kunnen er ieder ogenblik aankomen. En ze brengen onze drank mee. Dan kunnen wij een kwartiertje opdrogen en warm worden. Geen mens ziet ons hier.'
Hij ging het wachthokje binnen,' zette zijn helm af en plaatste zijn geweer in de hoek.
'Misschien geven we een arme bliksem zo ook nog een kans om de hele rotbende hier de lucht in te laten vliegen. Ik verzeker je dat er daar wel een paar zin in zouden hebben.'
We kropen in de hoek bij elkaar om te praten over de verkoop van de dingen die we uit het wapenarsenaal hadden gestolen.
'De Légionnaire heeft beslag gelegd op tweeduizend stalen helmen,' zei Porta. 'Hij heeft ze ondergebracht bij een Zweed die conciërge is in de Bernhard Nochtstrasse. In de Thalstrasse zit een slotenmaker die ze graag wil hebben, maar dan moeten we ze afleveren aan een magazijn in de Ernststrasse schuin tegenover het station Altona. De moeilijkheid is dat we ze niet kunnen vervoeren in onze eigen wagens.'
'Wat betaalt hij per kilo?' vroeg ik. 'Ik weet een aardig partijtje patroonhulzen te zitten, maar die moeten vroeg op de morgen worden weggehaald en wel met een vrachtwagen met het kenteken van de SS. Ook het rijbewijs moet zijn afgestempeld "SS-regiment Der Führer", anders worden ze niet afgegeven. Ze zijn geweldig achterdochtig geworden sinds de verdwijning van die twee locomotieven. Een SS-Schütze heeft me dit aan de hand gedaan. Die vent heeft enorm de pest aan de SS. Hij heeft één keer geprobeerd hem te smeren, maar hij kwam in Heuberg terecht. Dat heeft hij ze nooit vergeven.'
'Hij betaalt 67. pfennig per kilo,' zei Porta. 'Als we een tikje geluk hebben, zal hij misschien tot 69 gaan, maar hoger niet. Broertje zal de nummerplaten verzorgen en voor het vervoer gebruiken we de grote Krupp, de 6-tons diesel. Die lijkt als twee druppels water op een SS-vrachtwagen.
Jouw SS-vriendje zal voor het vervoerbewijs moeten zorgen.'
'Wat betalen we hem daarvoor?'
'Een trap in zijn kont kan hij krijgen! Laat die vent niet vergeten dat wij op wacht staan bij de Gestapo! Voor wat hij allemaal heeft verteld, heeft hij minstens een enkele reis Torgau verdiend!'
'Kop dicht, daar komt iemand aan.'
We luisterden. Van verre hoorden we stappen dichterbij komen. Porta stak de loop van zijn geweer door een schietopening.
'Als het een vent van de Gestapo is, knal ik hem neer. Dan zeggen we dat we dachten dat het een saboteur was.'
'Ben je nou helemaal bedonderd? Man, daar komt alleen maar rotzooi van.
'Ach, wat kan dat verrekken. Dat moet je er voor over hebben.'
We hoorden een metalig geluid.
Op dat ogenblik kwamen ze achter de schuilkelder in het park te voorschijn. Zo nu en dan stonden ze even stil en maakten grootse gebaren met hun armen. Ik zag dat Broertje een fles in de hand had.
'Die holle poot van het paard van de keizer is toch maar een geweldige vondst geweest,' fluisterde Porta. 'Geen mens zal ooit op het idee komen daar drank te zoeken.'
Broertje produceerde zijn paardelach. Julius Heide kuchte.
'Ik zal die schooier eens een lesje geven,' bromde Heide.
'Ja, het wordt tijd dat die rotzak de bek wordt gesnoerd,' erkende Broertje.
'Man, wat is dat een viezerd. Ik sla hem al zijn tanden uit de bek,' beloofde Heide. Hij bleef staan, spuwde op het trottoir en veegde het spuug weg met zijn met ijzer beslagen laars. 'Zo zal ik hem aanpakken.'
'Ik heb al heel wat schoften ontmoet in mijn leven,' vervolgde Broertje met drukke gebaren. Hij verloor daarbij zijn helm, die met enorm lawaai op de straatstenen terechtkwam.
'Ze hebben het over Feldwebel Brandt,' zei Porta lachend. 'Die vent is bestemd om vermoord te worden en ik heb zo'n idee dat Onze Lieve Heer Broertje en Julius heeft uitgekozen om dat karweitje op te knappen.'
Broertje raapte zijn helm op, bracht hem weer op zijn plaats en verkondigde: 'Man, ik zal net zolang op zijn buik dansen tot hij crepeert.'
'Broertje, oude gauwdief, als ik er alleen maar aan denk, stijgt me het bloed al naar de kop. Alles was volkomen volgens voorschrift. Ik ben de best geklede infanterist, de best verzorgde tanksoldaat van het hele regiment, ja. van de hele divisie. Ontken het eens!'