‘Maar dit was een rijdende auto,’ wierp McCall tegen.
Dave grinnikte. ‘Wilde zwijnen blijven ook niet met hun handen omhoog stil staan als je op ze wilt schieten. En vergeet niet dat die weg heel smal was, zodat niemand het in zijn hoofd haalt om er hard te rijden.’
‘Oké, we zijn weer terug bij de lijsten. Jij hebt voor de andere drie vrouwen lijsten opgesteld van mogelijke verdachten tussen de twintig en de veertig. Ik zal ervoor zorgen dat Cassie een lijst voor zichzelf maakt, al moet ik haar op haar bureaustoel vastbinden.’ Hij aarzelde even en stelde toen de vraag die hij vermoedelijk beter niet kon stellen. ‘Staat er iemand op jouw lijsten die er naar jouw gevoel uitspringt?’
Nu was het Daves beurt om te aarzelen. Per slot van rekening werd een politieman geacht van bewijzen, en niet van zijn intuïtie uit te gaan. Wayne Cramp is een soort manusje-van-alles. Hij werkt momenteel in het ziekenhuis, maar voorheen werkte hij als tuinman. Hij maaide het gazon van Mrs. Ambrose en dat van Lisa Santorini’s moeder, maar dat zijn de enige verbanden die ik kan leggen. Ik vermoed dat hij bij me opkomt omdat hij altijd een beetje eigenaardig is geweest. Een eenling, die bij zijn moeder woont. En ik moet zeggen dat hij altijd een prima schutter is geweest. Het is de enige sport waarin hij ooit heeft uitgeblonken en het enige dat hem ervoor behoedde door de andere kinderen op school te worden gepest.’
‘Heeft hij bij jou en Cassie op school gezeten?’
‘Ja, vanaf de kleuterschool. Lisa’s familie is veel later hier komen wonen. Ze was ouder dan wij, maar ze zat nog op de middelbare school toen wij ernaartoe gingen. Judy is niet opgegroeid in Wakefield, zij is hier komen wonen in verband met haar baan. Ze had een contract voor vijf jaar bij het plaatselijke radiostation als dj.’
‘En is deze Wayne de enige die er naar jouw gevoel uitspringt?’
Er viel een stilte en ten slotte schudde Dave zijn hoofd. ‘Misschien nog een paar anderen, maar ik kan ze niet in de stad plaatsen op alle drie de tijdstippen waarop de ongelukken plaatsvonden. Hoewel deze kerel kennelijk slim genoeg is om zichzelf een alibi te verschaffen, door schijnbaar buiten de stad te zijn. Eerlijk gezegd zie ik Wayne er niet toe in staat zulke gecompliceerde moorden te plannen en uit te voeren, hoewel hij altijd verstand heeft gehad van auto’s. Hij doet wel eens wat reparatiewerkzaamheden voor kennissen, en er liggen een stuk of zes wrakken in zijn tuin. Als iemand de auto die Judy overreden heeft, in elkaar heeft kunnen knutselen, is hij het.’
Dit wekte McCalls interesse op, maar voordat hij verdere vragen kon stellen, zei Dave: ‘Ik moet er weer vandoor. Er is te veel te doen om tijd te verspillen aan speculaties. Ik zal met de mannen in de garage spreken en iemand naar de dam sturen.’
‘Ga zelf,’ stelde McCall voor. ‘We hebben het schot gehoord, en het klonk alsof het afkomstig was van de stadszijde van de dam, bij het water, waar volgens Cassie een picknickplek is. Als de weg niet helemaal afgezet is, rijdt er dan niet over want er zouden bandensporen of voetafdrukken kunnen zijn. We hebben bewijsmateriaal nodig, Dave, iets om een bepaald persoon aan de misdrijven te kunnen koppelen. En hoewel we nog niet weten wie die bepaalde persoon is, zullen we wanneer we hem eenmaal te pakken hebben, bewijsmateriaal nodig hebben om hem te kunnen laten veroordelen.’
Dave vertrok met een grimmig gezicht. McCall besefte hoe moeilijk hem zijn werk moest vallen nu de dader van de drie moorden waarschijnlijk in dit stadje gezocht moest worden.
‘Hier hebben we twee droge en gezonde kinderen, die niets opgelopen lijken te hebben van hun duik. Is hun vader in het andere hokje?’
Glimlachend kwam Cassie met de twee kinderen het hokje uit.
McCall was zich opnieuw bewust van het onrustbarende effect dat haar glimlach op hem had. En dat, terwijl hij haar pas vierentwintig uur kende!
‘Hij is naar de garage gegaan om naar zijn auto te kijken. Hij is uit vrije wil vertrokken, dus hij is zelf verantwoordelijk voor eventuele nadelige gevolgen.’
‘Maar de kinderen?’ vroeg Cassie, op gedempte toon om de kinderen niet ongerust te maken.
‘Ik denk dat we met hen opgescheept zitten, in ieder geval tot hij terugkomt. Heb ik gisteren niet ergens een doos speelgoed zien staan?’
‘Ja, in de wachtkamer van de polikliniek. Die deur door,’ zei Cassie afwezig, alsof ze met haar gedachten bij andere dingen was. Ineens keek ze McCall vol afgrijzen aan en fluisterde ze: ‘Auto’s en water. Hij heeft op beide manieren gemoord. Was dit... Zou dit...’
Ze was zo bleek geworden, dat hij zich gedwongen voelde haar arm vast te pakken om haar te ondersteunen. ‘We praten er straks wel over. Eerst moeten we die kinderen wat speelgoed geven, zodat ze zich bezig kunnen houden tot hun vader terugkomt.’