Mrs. Ambroses dochter vorige week niet terug was gekomen uit de Verenigde Staten. Albert, Mrs. Ambroses broer, had het huis afgesloten en was weggegaan tot Roslyn arriveerde om de spullen uit te zoeken. Zij vond deze, keurig opgeborgen onder de A, voor anonieme brieven misschien.’
Hij overhandigde Cassie een bundeltje A4-tjes die met een paperclip aan elkaar zaten.
Cassie was zich ervan bewust dat McCall zich omdraaide en naar haar toe liep alsof hij over haar schouder wilde meelezen. ‘Mrs. Ambrose?’ fluisterde ze met de papieren tegen haar borst gedrukt. ‘Heeft Mrs. Ambrose brieven gekregen? Was haar dood geen ongeluk?’
‘Ja, ze heeft brieven gekregen, maar wat het ongeluk betreft... Dat zijn kopieën,’ zei Dave. Somber voegde hij eraan toe: ‘Niet dat we iets zouden kunnen opmaken uit de originelen. Ze zijn getypt en bevatten geen vingerafdrukken. Misschien dat de enveloppen ons iets hadden kunnen vertellen, maar Mrs. Ambrose heeft die niet bewaard.’
Cassie dwong zich ertoe naar het bovenste vel papier te kijken, dat slechts één regel bevatte. Ze keek Dave aan. ‘Had Mrs. Ambrose huisdieren? Honden of katten? Dat wist ik niet. Ze reisde zoveel dat ik niet had gedacht -’
‘Ik denk niet dat de schrijver dat soort huisdieren bedoelde,’ zei McCall bedaard. ‘Dave heeft me verteld dat ze lerares op de middelbare school was. Waarschijnlijk doelt de schrijver op haar lievelingsleerlingen.’
De blik in zijn ogen maakte meer indruk op haar dan zijn woorden. Vlug draaide ze zich om naar Dave. ‘Denk jij dat ook?’
‘Ik geloof niet dat dat het punt is, Cassie, hoewel het suggereert dat de schrijver hier vandaan komt,’ antwoordde Dave. ‘Lees de andere brieven maar.’
Ze deed het en ontdekte dat ze allemaal éénregelig waren.
Je had lievelingetjes.
Je was oneerlijk.
Je denkt dat je slim bent.
Je zult spijt krijgen.
Je zult de zeventig niet halen.
‘En die heeft ze inderdaad niet gehaald,’ zei Cassie ontdaan. Met trillende vingers gaf ze de brieven terug aan Dave. ‘Er is iemand, hè? Mijn brieven zijn op dezelfde manier getypt en uitgeprint. En ze bevatten ook allemaal maar één regel.’
Voor het eerst ervoer ze niet de irritatie die de eerste brief haar had bezorgd, of de woede van de tweede en derde brief, maar enkel onverhulde angst.
‘Heb je er drie gehad?’
Het was McCall die de vraag stelde en hoewel ze naar hem keek, richtte ze haar eigen vraag tot Dave. ‘Heb je ze hem laten zien?’
‘Natuurlijk. Hij moet de achtergrond kennen. Feitelijk moet hij alles weten wat je hem kunt vertellen. Daarom is het het beste dat hij bij je in de buurt blijft. Je kende Lisa goed. Judy Griffiths misschien minder goed, maar je kent de stad en de mensen hier waarschijnlijk beter dan wie dan ook. Praat met McCall. Hoe meer hij weet, hoe beter hij je kan beschermen.’
Cassie wilde protesteren, maar ze keek Dave alleen maar hoofdschuddend aan. Hoe kon ze bescherming nodig hebben in een stadje met slechts zesduizend inwoners? Het stadje waarin ze opgegroeid was?
Omdat iemand in dit stadje mensen vermoordde? Haar misschien zou vermoorden...
‘Maar het kunnen allemaal ongelukken zijn geweest. Lisa is verdronken toen ze ‘s nachts ging zwemmen na te hebben gedronken. Het zou kunnen dat Mrs. Ambrose haar gaspedaal heeft ingetrapt in plaats van haar rem toen ze haar garage in reed, en Judy was het slachtoffer van een auto-ongeluk waarbij de bestuurder is doorgereden. Die dingen gebeuren nu eenmaal,’ zei ze zwakjes. In werkelijkheid was ze zich ervan bewust dat ze zich in de ontkenningsfase bevond, omdat ze de realiteit moeilijk te verdragen vond.
‘Ja, dat zou kunnen,’ stemde Dave in, ‘maar is het waarschijnlijk, gezien wat we nu weten?’
‘We kunnen dat risico niet nemen,’ verklaarde McCall, die voor haar bureau ging staan en zijn handen op de rugleuning van de bezoekersstoel legde. ‘Of wel soms?’
‘Er moet toch een andere manier zijn om dit te doen zonder dat McCall zijn tijd verspilt met om mij heen hangen?’ vroeg ze. ‘Denk eens aan de kosten. Ik weet niet hoe veel lijfwachten verdienen, maar hij moet worden betaald. Ik kan het me niet veroorloven om iemand aan te nemen en ik neem aan dat jullie budget dat ook niet toelaat, Dave.’
‘Maak je maar niet druk over ons budget,’ antwoordde Dave, nadat hij een blik met McCall had gewisseld. ‘Ik zou feitelijk een heel team tot mijn beschikking moeten hebben, maar enkel en alleen op grond van verdenkingen en verhulde dreigementen kreeg ik dat niet. Dus heb ik mijn toevlucht genomen tot McCall.’
McCall schonk haar een glimlach die duidelijk geruststellend bedoeld was, maar volgens Cassie ook voor andere interpretatie vatbaar zou kunnen zijn.