Home>>read Geen tijd voor een kus free online

Geen tijd voor een kus(57)

By:Meredith Webber


McCall knikte.

‘Ik kan niet geloven dat hij dat heeft gedaan. Het laatste waaraan ze behoefte heeft, zijn nog meer zorgen.’

‘Ze had al met Dave gesproken. Ze wist dat je minstens één brief had gekregen.’

‘Hoe weet je dat? Hoe wist zij dat?’

McCall haalde zijn brede schouders op. ‘Had het niet iets te maken met een kind dat in je kamer was geweest? Ik geloof dat Dave dat zei.’

De tweeling, vorige week. Blijkbaar hadden ze niet alleen de onderste laden van haar commode leeggehaald, maar tevens haar bureau doorzocht!

‘Mijn moeder had iets tegen mij moeten zeggen in plaats van naar Dave te rennen,’ mompelde ze. ‘Stel dat ik het niet met Daves plan eens was geweest?’

‘Het is Daves taak om voor iemands veiligheid te zorgen. Alleen een idioot zou niét rapporteren dat hij anonieme brieven heeft gehad.’

‘Welja, maak me maar voor idioot uit,’ snauwde Cassie. ‘Ik zou er niets over hebben gezegd, als ik me niet iets had herinnerd wat Lisa Santorini kort voor haar dood had gezegd over anonieme brieven.’

‘Lisa? De vrouw die verdronken is? Heb je dit tegen Dave gezegd?’

‘Ja. Maar wat weet jij van Lisa af? Het is te laat om nog iets aan haar dood te doen, dus waarom heeft Dave het je verteld?’

‘Achtergrondinformatie,’ antwoordde McCall prompt.

Hoewel het logisch was dat Dave haar vragen omtrent Lisa’s dood aan een ander zou melden, geloofde ze hem niet. Voordat ze verdere vragen kon stellen, werden ze echter gestoord.

‘Maken jullie eens dat jullie wegkomen en ga ergens anders een potje vrijen. Ik moet het verbandwagentje bijvullen,’ deelde Betty mee.

‘Een potje vrijen?’ herhaalde Cassie, met opeengeklemde tanden.

De grijns op McCalls gezicht maakte duidelijk dat hij van deze situatie genoot. Dit onderonsje had de leugen die hij had verteld nog geloofwaardiger gemaakt.

‘Alsjeblieft!’ mompelde ze, terwijl ze langs hem heen liep om zowel aan de boosdoener als de situatie te ontsnappen. Ze was vastbesloten om Dave op te bellen en hem te vertellen dat hij zich van deze kerel moest ontdoen.

Dat bleek echter niet nodig. Toen ze met een rood gezicht uit de voorraadkamer kwam, stond hij pal voor haar neus.

‘Ik kom even kijken hoe het met Cheryl gaat. Bill is hier ook en hij brengt haar naar huis.’ Dave stak zijn hand al op, alsof hij precies wist wat ze wilde zeggen. ‘Ik heb hen allebei gewaarschuwd. Het kan me niet schelen wie er is begonnen of wie er gewond is geraakt, de volgende keer neem ik hen mee naar het bureau en klaag ik hen aan vanwege verstoring van de openbare orde. Het wordt tijd dat er een einde komt aan deze onzin.’ Hij knikte tegen McCall, alsof het hem niet verbaasde hem uit de voorraadkamer te zien komen. ‘Dat is de enige manier waarop ik actie tegen hen kan ondernemen,’ legde Dave McCall uit. ‘Als de een de ander aanklaagt, worden de aanklachten steevast ingetrokken voordat de zaak voorkomt.’

Cassie keek Dave met gefronste wenkbrauwen aan. McCall de gang van zaken uitleggen was helemaal niet nodig. Die kerel hoorde hier niet. Zodra ze Dave had duidelijk gemaakt hoe ze erover dacht...

‘Kan ik je in mijn kantoor spreken?’ vroeg ze aan de politieman, waarop die knikte en haar naar de gang volgde.

Hoewel Cassie niet omkeek, was ze er tamelijk zeker van dat McCall hen volgde. Ook al kon ze hier geen scène schoppen, ze hoefde hem niet in haar kantoor te laten.

‘Natuurlijk moet hij er bij zijn,’ zei Dave echter, waarop hij McCall mee naar binnen loodste.

Alsof hij de indruk wilde wekken dat hij geen deel uitmaakte van het gesprek, ging de man weer bij het raam staan.

‘Ik betwijfel of de tuinman of een van de vrouwen uit de wasserij zulke goede sluipschutters zijn dat ze me door het raam kunnen raken,’ zei Cassie tegen hem. ‘En als je je onzichtbaar probeert te maken, kun je het beter opgeven. Om te beginnen ben je veel te groot om niet op te vallen, behalve in een groep basketbalspelers.’

‘Dat weet ik,’ gaf hij onwillig toe. ‘Maar ik heb nu eenmaal geen zitvlees. Ik kan beter nadenken wanneer ik rondloop.’

Blij te horen dat je kúnt nadenken, dacht Cassie wrang. Ze wendde zich tot Dave. ‘Hoor eens, Dave, het spijt me dat ik je lastig heb gevallen met die brieven en dat je al die moeite hebt gedaan om McCall hier mee naartoe te nemen, maar ik kan echt wel op mezelf passen. En we weten niet zeker of de doden met de brieven te maken hebben. In het weekeinde heb ik de ziekenhuisstatistieken nog eens bekeken. Hoewel een reeks dodelijke ongelukken ongewoon is, is het niet onmogelijk.’

Dave knikte. ‘Onze statistieken komen min of meer op hetzelfde neer. Ik zou er verder niets aan hebben gedaan als