Home>>read Geen tijd voor een kus free online

Geen tijd voor een kus(27)

By:Meredith Webber


Hij overhandigde het eind van de kabel aan Simon en wees waar hij hem vast moest maken. Intussen schoof Meg de rugzakken opzij en haalde eruit wat ze nodig zouden hebben. Toen ze de twee lichtgewicht brancards had uitgevouwen en naast elkaar gezet, bedacht ze dat de helikopter twee vluchten zou moeten maken.

Bij het gebrul van de bulldozer, keek ze om. Sam liet de grote laadklep omhoog komen, en langzaam bewoog de auto mee naar boven.

‘Het gaat goed zo,’ riep Simon, terwijl hij gebaarde met zijn hand. ‘Kun je die klep zo houden?’

Dat kon kennelijk, en het duurde niet lang of Sam had zich weer bij hen gevoegd om Simon te helpen de achterbak open te maken.

‘Je had hem op zijn andere kant moeten trekken,’ zei een zwakke stem. Meg glimlachte. Tenminste één van de gewonden had niet alleen het bewustzijn, maar ook zijn gevoel voor humor behouden. De bewusteloze chauffeur woog minstens honderddertig kilo. Hij was enorm en hij drukte met zijn hele gewicht op zijn onfortuinlijke collega’s.

Sam controleerde of hij nog ademde, voelde zijn pols, en praatte tegen hem, maar hij kreeg geen antwoord. Zijn reflexen werkten nog, dus het was niet waarschijnlijk dat hij rugletsel had opgelopen. Ze besloten een brace om zijn nek te doen voor ze hem zouden optillen.

‘Hoe krijgen we hem eruit?’ vroeg Simon bedenkelijk.

‘Wij met zijn drieën,’ zei Sam. ‘Meg, jij pakt zijn benen, dan nemen Simon en ik zijn romp. Simon, als we hem niet kunnen houden, laten we hem weer los. De andere twee verliezen bloed, we kunnen niet langer wachten.’

Maar het was gemakkelijker gezegd dan gedaan. Meg trok een voor een zijn benen vrij. Moeilijker was het de grote buik van de man vanachter het stuur vandaan te krijgen. Sam trok zijn hemd uit, draaide er een soort koord van, en maakte een lus. Daarmee lukte het hen uiteindelijk de man los te trekken.

Zodra hij op de grond lag, sjorden ze hem een eindje opzij zodat ze bij de voorbank konden komen om de andere mannen te bevrijden.

‘Kijk jij even naar hem, Meg,’ beval Sam. ‘Simon, als we eerst die ene eruit tillen, kan ik hier naar de zwaarst gewonde kijken.’

Meg onderzocht de grote man: luchtwegen schoon, ademhaling oké, geen bloedingen, sterke pols. Ze betastte zijn hoofd en stootte op een zwelling achter zijn oor. Dankzij zijn dikke buik, die als een soort airbag dienst had gedaan, was hij niet door de voorruit geslagen, maar waarschijnlijk was zijn hoofd wel met een klap tegen het zijraam aan gekomen. Ze onderwierp de bult aan een nader onderzoek. Zat er een kuiltje in? Was het een lengtebreuk? Moeilijk te zeggen met al dat bloed in zijn haar. Een röntgenfoto zou uitsluitsel moeten geven.

Als het een breuk was, dan was een epidurale bloeding het meest waarschijnlijk, maar zonder scan kon ze niets met zekerheid zeggen.

Ze tilde zijn oogleden op. Gelukkig, zijn pupillen trokken samen. Dat betekende dat er geen druk in zijn hoofd was. Daar was ze even bang voor geweest, want dat kon een hersenbeschadiging veroorzaken. Ook kwam er geen heldere vloeistof uit zijn neus of oren. Toch kon ze alleen maar raden naar de ernst van de verwonding. Hij moest zo snel mogelijk naar het ziekenhuis.

‘Is hij oké?’ Sam en Simon legden de tweede man op de brancard achter haar.

‘Hij heeft een zwelling achter zijn rechteroor, waarschijnlijk een schedelbreuk, lineair, niet verbrijzeld. Ik vermoed een tijdelijke bloeding.’

Sam knikte.

‘Ja, schade aan het middelste bloedvat. Hij moet zo snel mogelijk naar het ziekenhuis, dan kan hij aan de monitor,’ zei Sam. ‘Wat is jullie gewone procedure in gevallen als deze?’ vroeg hij aan Simon.

Die legde uit dat acute patiënten altijd regelrecht naar het grote, regionale ziekenhuis werden gebracht, een uur vliegen van hier. ‘Zoals het er nu uitziet, lijkt het me beter dat we ze alle drie daarheen brengen,’ voegde hij eraan toe. Ondertussen liepen ze terug naar de auto, de zorg voor de tweede patiënt aan Meg overlatend.

Ze pakte een fles met zoutoplossing en watten. De hand van de man bloedde heftig. Zijn vingers waren er niet helemaal af, maar zijn verwondingen waren ernstig, net als de wond in de palm van zijn hand.

Ze vermeed het naar het wankele voertuig te kijken, want ze wist dat Sam er weer in zou kruipen om naar de derde man te kijken. Was het evenwicht verstoord nu de andere twee eruit waren gehaald? Zou de ketting het kunnen begeven?

Met pijn in haar buik concentreerde ze zich op de hand. Ze goot de vloeistof over de gewonde palm en vingers om vuil en stukjes grint weg te spoelen.

Simon had gelijk. De hand zag er vreselijk uit, de zenuwen en de pezen waren geraakt. Het weer aan elkaar zetten van zulke fijne weefsels vereiste een vaardigheid die de artsen van het ziekenhuis in de Bay, hoe goed ze ook konden opereren, niet bezaten.