‘Oké,’ zei hij. ‘Dan vergaderen we wel! Voor zover ik tot nu toe heb gezien, functioneert het ziekenhuis goed. Ik ben hier maar tijdelijk en ik ben niet van plan iets te veranderen. Deze vergadering zal dus hoofdzakelijk gaan over zaken die jij te berde brengt.’
Dat was het toespraakje dat hij had voorbereid toen Sally gisteren had verteld dat deze vergadering voor vandaag op de agenda stond. Maar toen was Meg er niet geweest.
Hij leunde achterover en wachtte.
Eindelijk zei ze iets, maar het ging niet over zakelijke dingen. Ineens waren ze terug op het persoonlijke vlak. ‘Waarom ben je teruggekomen?’
Hij haalde diep adem, hopelijk merkte ze het niet. Toen het idee bij hem was opgekomen, had het allemaal zo simpel en praktisch geleken. Hij vroeg zich af of hij misschien onbewust...
‘Ik dacht dat we het zakelijk zouden houden.’ Zijn woorden maakten het alleen maar erger. Hij haalde zijn schouders op en liep naar de deur om hem dicht te doen. Oké, hij zou er niet langer omheen draaien. ‘Het had met mijn moeder te maken, dat dacht ik althans, maar nu ik terug ben, vraag ik me af of ik ook niet zou zijn teruggekomen als...’
Hij streek door zijn haar, een gewoonte die hij vroeger niet had gehad. ‘Ik wilde me ergens vestigen. Dat klinkt afgezaagd, maar ik weet niet hoe ik het anders moet zeggen. Je beschuldigde me ervan dat ik niet goed over mijn terugkeer heb nagedacht, maar dat heb ik wel degelijk gedaan. Toen mijn moeder nog leefde. Het was haar droom, niet alleen om terug te komen, ook om hier iets goeds te doen. Ze had wat geld gekregen, vrij veel om eerlijk te zijn, en ze wil de een privéziekenhuis laten bouwen. Als ik leraar was geweest, had ze er waarschijnlijk een school mee gebouwd. Eigenlijk was ze vanwege mij uit de Bay weggegaan en ik stond diep bij haar in de schuld. Na lang nadenken was ik tot de conclusie gekomen dat ik het ook wilde.’
‘En toen stierf ze?’
Voor het eerst in weken voelde hij een brok in zijn keel en hij kon geen woord uitbrengen. Hij knikte en draaide zich om om zijn moment van zwakte voor haar te verbergen. Hij liep naar zijn bureau en pakte Sally’s agenda. ‘Ja, nog voor ik de cursus bedrijfsorganisatie had afgemaakt waar ik mee bezig was. Voor ze terug was in de Bay.’
Er viel een stilte. Voor ze kon reageren, ging hij snel verder. ‘Misschien is dat de reden waarom het me allemaal een beetje heeft overvallen. Het maakte me kwetsbaar vanwege het verleden.’ Hij zwaaide met het papier in zijn hand. ‘Kwetsbaar is iets dat niet echt bij me past, Meg,’ zei hij. ‘Ik was altijd trots op mijn zelfbeheersing.’
Zelfbeheersing. Ineens herinnerde ze zich wat haar zo vreemd was voorgekomen toen hij het had uitgemaakt.
Zijn zelfbeheersing. Met een paar woorden had hij haar uit zijn leven gebannen. Hun breuk leek zo weinig te betekenen voor hem dat ze het niet had gewaagd vragen te stellen of een uitleg te eisen.
Waarom had hij destijds niet gezegd waarom hij het uitmaakte? Dat was de vraag die ze wilde, die ze móést stellen.
Maar niet nu. Ze was te moe en ze was te bezorgd over de kleine baby’tjes die vanmorgen waren vertrokken. Ze was, om zijn onverwachte woorden te gebruiken, te kwetsbaar nu.
Met de agenda in zijn hand was hij weer achter zijn bureau gaan zitten. ‘klaar?’
Het moment om het hem te vragen was voorbij.
‘Ik geloof het wel,’ antwoordde ze. Zou ze zich nog normaal kunnen gedragen nu de lucht tussen hen leek te zinderen van de spanning?
‘Het ziekenhuis wordt goed geleid,’ begon ze, toen duidelijk werd dat hij niet van plan was iets te zeggen, ‘maar we zitten krap in het personeel vanwege die griepepidemie. We hebben twee oudere patiënten naar de stad moeten overbrengen.’
‘Waarom speciaal oudere patiënten?’
Ze ontspande een beetje. Genoeg om zich op het werk te concentreren. ‘We hebben een zaal gesloten, of liever gezegd een tweepersoonskamer. Je hebt vast wel gezien dat de kinderafdeling de enige echte afdeling van het ziekenhuis is. Alle andere ruimten zijn voor één of twee personen. Ze zijn zo ontworpen dat we er een of meerdere patiënten in kunnen onderbrengen. De ene week hebben we zes postoperatieve patiënten en slechts drie medische of vice versa, als er die week geen chirurg is geweest. Vanwege het ziekteverzuim hadden we niet genoeg personeel om die twee oudere patiënten te verzorgen. Ze liggen hier te wachten tot er plaats is in een verzorgingshuis. Ze hebben niet veel zorg nodig, alleen wat hulp. Ze vonden het niet erg voor een week overgeplaatst te worden. Ik denk zelfs dat ze het wel als een welkome afwisseling beschouwden.’
‘Is het volgens de regels niet verboden patiënten voor onbepaalde tijd hier te houden, ook als ze op plaatsing elders wachten?’