Ze wilde het portier opendoen, maar tot haar verbazing was Noah al uitgestapt om het voor haar open te kunnen houden. Voor zo’n grote man kon hij verbazend snel zijn!
‘Zie ik je vandaag nog?’ vroeg hij.
Jena keek hem aan. Er schitterde iets in zijn ogen dat haar naar adem deed happen. ‘Ja, dat denk ik wel,’ stamelde ze.
De schittering in zijn ogen werd ronduit ondeugend. Voordat Jena het wist, had hij zich naar haar toegebogen en kuste haar op de lippen.
‘Als ze dan toch gaan kletsen, kunnen we ze net zo goed iets geven om over te praten,’ fluisterde hij.
Zijn adem voelde warm aan tegen haar wang, en Jena voelde dat ze helemaal begon te gloeien. Met een gesmoorde kreet schoot ze langs hem heen en haastte zich naar de mensen van de filmploeg, die grinnikend en grapjes makend op haar stonden te wachten.
Noah liep het gebouw in door de zij-ingang. Hij was blij dat niemand van het ziekenhuis hem en Jena samen uit de auto had zien stappen. Hoewel hij zich afvroeg of het iemand iets zou kunnen schelen. Hij werkte hier nu vijf maanden en hij kende iedereen, maar echte vrienden had hij nog niet gemaakt. Behalve Rhoda misschien...
Alsof de hoofdzuster zijn gedachten had gelezen, kwam ze hem in de hal tegemoet. ‘Linda Carthew is naar je op zoek. Ze zit in de foyer,’ deelde ze mee. ‘Ik denk dat ze met je over de parade wil praten. Ze had dat eigenlijk gisteren tijdens de vergadering al ter sprake willen brengen, maar toen is het er niet van gekomen.’
Rhoda haalde diep adem, en Noah realiseerde zich dat het ergste nog moest komen.
‘Het bestuur wil dat het ziekenhuis meedoet aan de parade,’ ging Rhoda verder. ‘Iedereen moet er een steentje aan bijdragen.’
Noah keek haar met open mond aan. ‘Hoe?’ vroeg hij verbijsterd.
‘Dat zal Linda je ongetwijfeld precies kunnen vertellen,’ gniffelde Rhoda. Toen maakte ze zich met een brede grijns uit de voeten.
‘We dachten eraan om in de optocht mee te rijden met een wagen waarop we een ziekenzaal nabootsen,’ legde Linda even later uit. ‘Ik heb het al met Jeff besproken, en die vindt het een geweldig idee.’
Noah kreunde inwendig. Met moeite bedwong hij de neiging zijn ogen ten hemel te slaan. Hij zag het al helemaal voor zich: dokters met een nepbrilletje op, die met een grote injectiespuit achter een patiënt aan zaten, terwijl een verpleegster in een veel te kort uniformpje zich over een bed heen boog, zodat je goed haar benen kon zien.
‘Ik ben bang dat ik daar geen tijd voor heb,’ zei hij verontschuldigend, terwijl hij wanhopig zocht naar een goede reden om eronderuit te komen. ‘Ik heb de jongelui in mijn huis al beloofd hen te helpen. Ze willen iets doen om de inwoners van Kareela te bedanken voor hun gastvrijheid.’
De vriendelijke glimlach verdween van Linda’s gezicht. ‘Het ziekenhuis moet toch kunnen rekenen op je loyaliteit, Noah.’ Hoewel haar stem heel rustig klonk, had hij onmiskenbaar een dreigende ondertoon.
‘Natuurlijk,’ beaamde Noah. ‘Dat spreekt vanzelf. Maar de parade is op een zaterdag, en dan heb ik geen dienst. Ik heb ook recht op een eigen leven, Linda.’
Linda draaide zich om en liep met driftig tikkende hakken weg.
‘Ze kan je bloed wel drinken, hè,’ vroeg Jena, die juist kwam aanlopen.
Noah vroeg zich af of de aanwezigheid van Jena Linda misschien nog bozer had gemaakt dan ze al was. ‘Het is misschien voor een deel mijn eigen schuld,’ zei hij, in een plotselinge behoefte zich uit te spreken. ‘Toen ik hier net woonde, heeft ze me een keer uitgenodigd om bij haar te komen eten. Later heb ik haar een keer mee uit eten genomen. Er is hier een fantastisch restaurant bij de rivier, en daar zijn we naartoe gegaan. Vervolgens nodigde zij mij uit voor de jaarlijkse voorstelling van de plaatselijk toneelvereniging -’
‘Je bent een keer of wat met haar uit geweest en toen heb je haar gedumpt,’ begreep Jena. ‘En dan zeg je nog dat het maar gedeeltelijk jouw schuld is?’
‘Ik heb haar niet gedumpt,’ zei Noah verontwaardigd. ‘Om iemand te kunnen dumpen - wat een vreselijke uitdrukking trouwens - moet er eerst een relatie zijn geweest, en dat was helemaal niet zo. Zodra het tot me doordrong waar ze op uit was, heb ik haar verteld dat ik niet geïnteresseerd was in een relatie.’
Jena glimlachte. ‘Je hebt er in elk geval iets van geleerd. Mij heb je tenminste direct van dat feit op de hoogte gesteld. Maar het verbaast me wel, want dat was toch de hele opzet van dat plan van jou en Lucy - om andere mensen te leren kennen, andere relaties te hebben?’
Ze glimlachte hem stralend toe, draaide zich om en rende moeiteloos de trap op met haar lange, slanke benen.
Noah keek haar verbijsterd na. Ze was al verdwenen voordat hij zich realiseerde dat hij helemaal was vergeten haar te vertellen dat hij had besloten om zijn ‘junkies’ te helpen bij de parade. Dat de reden voor dat besluit niet zo nobel was, hoefde Jena niet te weten.