‘Hoe zit die optocht eigenlijk precies in elkaar?’
‘Hij begint bij de openbare bibliotheek en eindigt in het park, waar een soort fancyfair wordt georganiseerd. De meeste deelnemers doen mee met een versierde wagen. Dat hadden wij ook graag gewild, maar we hebben geen idee hoe we daaraan moeten komen. Dus toen bedachten we dat we ook tussen twee wagens in zouden kunnen lopen of dansen - een beetje zoals een majorettecorps.’
Jena dacht even na. Ze zouden haar auto kunnen gebruiken, en de timmerlui die in het ziekenhuis bezig waren, zouden ongetwijfeld wel een rijdend podium in elkaar kunnen flansen...
‘We hadden ook bedacht dat we misschien iets zouden kunnen opvoeren aan het eind van de optocht, in het park. Iemand stelde voor om ons als standbeelden te vermommen. Heb je dat wel eens gezien, die lui die net doen alsof ze standbeelden zijn? Meestal zijn ze helemaal wit of goudkleurig beschilderd. We dachten dat ze dat in Kareela misschien nog niet zouden kennen.’
‘Ik zal erover nadenken,’ beloofde Jena. Wat dacht je ervan als ik bijvoorbeeld overmorgen weer even langskom? Ben jij dan thuis, of ben je dan weer aan het werk?’
Carla wees op het verband boven haar rechterslaap. ‘Ik mag vier dagen niet werken van de dokter,’ deelde ze mee. ‘Dus ik ben gewoon thuis.’
Nadat Jena afscheid had genomen, liep ze terug naar het ziekenhuis. Haar auto stond geparkeerd voor de hoofdingang. De sleuteltjes en de rekening voor de reparatie lagen zoals afgesproken onder een van de stoelen.
Jena stapte in en reed naar de parkeerplaats voor het personeel, waar Noahs auto stond. Ze was juist bezig een briefje voor hem onder zijn ruitenwisser te schuiven, toen ze opeens werd opgeschrikt door zijn stem, vlak achter haar.
‘Op heterdaad betrapt! Je probeert mijn ruitenwissers te stelen!’
‘Ik wilde er alleen maar een briefje onder schuiven.’ Haar stem klonk wat beverig van de schrik van zijn plotselinge verschijning.
‘Om me te vertellen dat ik je geen lift hoef te geven?’ vroeg hij met opgetrokken wenkbrauwen.
‘Dat is nu toch niet meer nodig? Zoals je ziet heb ik mijn eigen auto weer terug. Bovendien ben ik klaar om te vertrekken, terwijl jij pas na zeven uur hier weg kan.’ Ze stapte in haar wagen. ‘Gisteren heb jij voor mij gekookt, daarom zal ik vanavond voor jou koken,’ ging ze verder. Het leek haar verstandig om maar direct een paar goede afspraken te maken. ‘Maar vanaf morgen moet je voor jezelf zorgen.’
Noah grinnikte. ‘Ik heb een enorme voorraad levensmiddelen in mijn eigen hut.’ Zijn grijze ogen, die doorgaans een koele, sceptische uitdrukking hadden, begonnen te twinkelen. ‘Vanavond ga ik even bij Greg en Rose kijken, en dan zal ik wel het een en ander meenemen. Ik heb zelfs een flinke koelbox, dus ik hoef geen ruimte in beslag te nemen in de jouwe.’
Jena was zo afgeleid door die onverwachte twinkeling in zijn ogen, dat ze de helft niet had gehoord. ‘Mooi,’ was alles wat ze kon bedenken. Omdat ze zelf ook wel voelde dat ze niet bepaald een gastvrije indruk maakte, voegde ze er onwillig aan toe: ‘Nou, tot vanavond dan.’
Ze stapte in haar wagen.
‘Maar ik ga ook naar huis. Die vergadering duurde korter dan ik had gedacht.’
Voor de zoveelste keer probeerde Noah Blacklock haar ervan te weerhouden het portier van haar wagen dicht te gooien. Hij stond zo dichtbij, dat Jena goed kon zien hoe zijn hoekige jukbeenderen zich aftekenden onder de gebruinde huid van zijn gezicht. En de lippen, waar ze vervolgens haar aandacht op richtte, neigden naar een glimlach. ‘Laat mij dan tenminste rijden,’ zei hij. Hij keek haar smekend aan. ‘Dat is toch wel het minste wat ik voor je kan doen, na alle last die ik je al heb bezorgd.’
‘Je bedoelt: door zeer tegen mijn zin bij me in te trekken?’ vroeg Jena met opgetrokken wenkbrauwen. Maar ze kon niet voorkomen dat haar lippen zijn glimlach beantwoordden.
Ze stapte uit haar wagen, sloot het portier en liep naar Noahs jeep, waarvan hij het portier al voor haar open hield. ‘Ik doe dit alleen omdat het zo’n energieverspilling is om met twee auto’s te rijden,’ deelde ze mee, terwijl ze naast hem zitten.
‘Ik zou het niet in mijn hoofd halen om te denken dat je het doet omdat je smacht naar mijn gezelschap. Dat wilde je toch zeggen?’
Jena haalde haar schouders op. Hij had wel gelijk, maar de oorzaak van haar afwijzende houding lag meer bij haarzelf dan bij hem. Ze maakte zich zorgen over de manier waarop haar lichaam reageerde op zijn nabijheid. Op dit moment kon ze nu eenmaal geen man in haar leven gebruiken. Als ze carrière wilde maken, zou ze al haar energie op haar werk moeten richten.
Noah bestudeerde aandachtig haar profiel, en het ontging hem niet dat ze ergens over zat te piekeren. Wil je erover praten?’ vroeg hij. Ze hadden de stad achter zich gelaten, zodat hij niet meer al zijn aandacht nodig had voor het verkeer.